Stuk 144 I Delft, 19 september 1995.
Onderwerp: vaststelling werkelijke kosten scholengemeenschap Hugo Grotius 1993.
Aan de gemeenteraad.
Geachte dames en heren,
Ingevolge het bepaalde in artikel 96 i, van de Wet op het Voortgezet Onderwijs dient u voor ieder kalenderjaar met betrekking tot de stedelijke scholengemeenschap "Hugo Grotius" voor VWO, HAVO, MAVO (voorlopig) vast te stellen:
a. de bedragen, die de gemeente in dat jaar heeft uitgegeven voor:
- personeelskosten;
- niet verbruikte formatierekeneenheden;
- exploitatiekosten;
- nascholing;
b. de bedragen, die ter bestrijding van de onder a genoemde uitgaven door het rijk beschikbaar zijn gesteld;
c. een staat van voorzieningen (reserves) die zijn ingesteld ten behoeve van het openbaar voortgezet onderwijs.
Bij het vaststellen van de bedragen onder a en b zijn buiten beschouwing gelaten de uitgaven en ontvangsten voor administratie, beheer en bestuur, bedoeld in artikel 87, eerste lid, onder d.
Voor de goede orde merken wij nog het volgende op:
1. De van het rijk ontvangen vergoedingen betreffen voorschotten. Definitieve vaststellingen hebben tot op heden nog niet plaatsgevonden. Eventuele verschillen tussen voorschotten en definitieve vaststellingen zullen worden verwerkt in de te zijner tijd vast te stellen zogenaamde vijfjaarlijkse afrekening (zie hierna onder 3).
2. Bij overschrijding van de rijksvergoeding dient aan de besturen van gelijksoortige bijzondere scholen voor het voortgezet onderwijs een voorschot op de zogenaamde overschrijdingsuitkering te worden uitbetaald.
3. Om de vijf jaar dient uw raad voorts op grond van het bepaalde in artikel 96 i, zesde lid, van de Wet op het voortgezet onderwijs voorlopig vast te stellen het totaal van de hierboven onder a tot en met b vermelde bedragen over de voorafgaande vijf kalenderjaren.
In verband met het samen laten vallen van de overschrijdingstijdvakken in het voortgezet- en het primair onderwijs is ervoor gekozen het overschrijdingstijdvak in het voortgezet onderwijs dat begint op 1 januari 1989 met twee jaar te verlengen tot en met 31 december 1995.
Er ontstaat derhalve eenmalig een zevenjarig tijdvak, omvattende de jaren 1989 tot en met 1995.
Voor het kalenderjaar 1993 kunnen bedoelde bedragen worden vastgesteld op die vermeld in het hierbijgaande in ontwerp opgemaakte besluit.
Wij geven u in overweging dit besluit vast te stellen.
Hoogachtend,
Burgemeester en wethouders van Delft,
H.V. van Walsum ,burgemeester.
U. Sijtema ,secretaris.
Stuk 144 II
De raad der gemeente Delft;
gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van Delft van 19 september 1995;
gelet op het bepaalde in artikel 96 i van de Wet op het Voortgezet Onderwijs;
b e s l u i t :
de bedragen met betrekking tot de stedelijke scholengemeenschap "Hugo Grotius" over het kalenderjaar 1993 als volgt vast te stellen:
A. Uitgaven
Personeelskosten 6.022.812,05
Storting in fonds FBS
(niet verbruikte fre's) 98.574,24
Onderhoud gebouw en terrein 179.534,27
Storting in fonds Onderhoud 43.201,84
Onroerend-goedbelasting,
Delflandsluisgeld 51.200,34
Verlichting/verwarming,
waterverbruik 113.300,73
schoonhouden 216.823,75
330.124,48
af:
Inkomsten wegens
medegebruik 82.544,75
247.579,73
Uitgaven onderwijsleerpakket,
(incl. nascholing) 169.070,00
Andere uitgaven (o.a. BGZ, CASO) 19.628,68
Totaal exploitatiekosten 6.831.601,15
B. Rijksvergoeding
Personeelskosten
(incl. fre's schoonhouden periode
1/1 - 31/7/1993) 6.239.716,62
Eigenaarsvergoeding 162.173,50
Gebruikersvergoeding 302.700,00
Schoonhouden (1/8 - 31/12/1993) 92.044,00
Nascholing 16.086,67
BGZ 6.232,32
6.818.953,11
AF:
Kosten administratie/beheer/bestuur 48.661,67-
Totaal rijksvergoeding 1993 6.770.291,44
C. Reserveringen
Stand per Rente Vermeer- Vermin- Stand per
1-1-1993 1993 dering dering 31-12-1993
-Reserve
onderhoud -,-- -,-- 43.201,84 -,-- 43.201,84
-Reserve
FBS 64.408,73 5.796,79 98.574,23 -,-- 168.779,75
Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 28 september 1995.
,burgemeester.
,secretaris.