Stuk 191 I Delft, 21 november 1995.
Onderwerp:- vaststelling van de verordening op de benoeming van de openbare ruimte en de toekenning van straatnaamgeving en huisnummering;
- delegatie van de bevoegdheid tot het toekennen van huisnummers aan het college van burgemeester en wethouders.
Aan de gemeenteraad.
Geachte dames en heren,
1. Inleiding.
Tot 1 januari 1994 was de bevoegdheid van de raad tot het benoemen van wijken en straten, gebaseerd op artikel 174 van de gemeentewet en tot 1 oktober 1994 was de bevoegdheid tot het nummeren van gebouwen gebaseerd op artikel 41 e.v. van het Besluit bevolkingsboekhouding. Beide regelingen hebben inmiddels hun kracht verloren. Op 1 januari 1994 is de nieuwe Gemeentewet in werking getreden en op 1 oktober 1994 de Wet gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens (GBA). De laatste had tot gevolg dat de Wet bevolkings- en verblijfregisters en daarmee ook het Besluit bevolkingsboekhouding werden ingetrokken.
Dit betekent dat vanaf 1 oktober 1994 er geen expliciete wettelijke regeling meer is tot het toekennen van huisnummers tenzij de gemeenteraad gebruik heeft gemaakt van de bevoegdheid als bedoeld in artikel 108 en 149 van de Gemeentewet tot het maken van verordeningen. In de Delftse situatie is op 24 februari 1994 de verordening voor de commissie straatnaamgeving vastgesteld. De verordening benoeming openbare ruimte en huisnummering dient echter nog te worden vastgesteld. De noodzaak tot het vaststellen van een verordening die betrekking heeft op het toekennen van huisnummers en het benoemen van de openbare ruimte en straatnamen is recent duidelijk geworden naar aanleiding van een ingediend bezwaarschrift betreffend een hernummering.
De Commissie voor de Beroep- en Bezwaarschriften heeft naar aanleiding daarvan geconstateerd dat hiervoor de rechtsbasis ontbreekt.
Bijgaande concept-verordening voor het toekennen van huisnummers en het benoemen van de openbare ruimte en straatnamen voorziet in deze lacune.
2. De verordening.
De verordening is geënt op de modelverordening van de VNG. In de praktijk verandert er nagenoeg niets, terwijl er wel meer duidelijkheid ontstaat ingeval van bezwaren (bijvoorbeeld ten aanzien van de nummering van ligplaatsen). Onderstaand worden enkele punten eruit gelicht.
a. Delegatie aan B en W.
Als de verordening is vastgesteld, is de bevoegdheid tot het toekennen van huisnummers gedelegeerd aan burgemeester en wethouders.
De bevoegdheid tot het vaststellen van namen voor de openbare ruimte blijft voorbehouden aan de gemeenteraad e.e.a. in aansluiting bij de verordening voor de commissie straatnaamgeving.
b. Vergoeding voor aantoonbaar gemaakte kosten als gevolg van hernummering/herbenoeming openbare ruimte.
Indien door bijvoorbeeld nieuwbouw in een straat (c.q. een wijziging in de planologische opzet en verkaveling van percelen) een reeds bestaand bedrijf een nieuw huisnummer toegewezen moet worden, betekent dit dat dat bedrijf voor kosten komt te staan, waarvan het niet de veroorzaker is. Het betreft kosten als: het drukken van nieuwe visitekaartjes, nieuw briefpapier, wijziging acquisitiemateriaal, adreswijzigingen doorgeven (portokosten) wijziging van schrift op bedrijfswagens en uren van dat bedrijf om dit alles te realiseren. Voor een particulier speelt dit ook enigszins, zij het op beperktere schaal.
Uit jurisprudentie blijkt dat bepaalde kosten (zoals de uren) tot het normale maatschappelijke risico toegerekend mogen worden. Een vergoeding van de gemeente hiervoor is dan ook niet op zijn plaats. Uit jurisprudentie blijkt evenwel niet welke kosten wel exact vergoed dienen te worden door de gemeente, anders dan het criterium naar redelijkheid en billijkheid. Bij andere gemeenten wordt soms in het geheel geen vergoeding gegeven en soms zo'n f 1.000,-- voor bedrijven.
Om redenen van behoorlijk bestuur wordt voorgesteld dat er door de gemeente Delft een gemaximeerde tegemoetkoming wordt gegeven aan particulieren/bedrijven in de kosten die aantoonbaar zijn (met rekening) als gevolg van een hernummering door de gemeente.
Bij particulieren is de huidige praktijk sinds jaren dat dit bedrag maximaal f 50,-- is. Dit is thans nog steeds een alleszins redelijke tegemoetkoming.
Voor bedrijven geldt sinds jaren een vergoeding van maximaal f 100,--. Dit staat anno 1995 in geen verhouding tot de daadwerkelijke kosten die per bedrijf behoorlijk kunnen oplopen. Daarom wordt voorgesteld dat aantoonbare kosten kunnen worden vergoed tot een maximum van f 800,-- per hernummering van een bedrijf, dat ingeschreven staat in de Kamer van Koophandel, alsmede de vrije beroepen zoals artsen, advocaten en dergelijke.
Voorgesteld wordt tevens deze maximale bedragen van f 50,-- en f 800,-- per 1 januari 1997 jaarlijks te indexeren, zodat er niet opnieuw een historisch gegroeide situatie kan ontstaan die niet meer up to date is.
Jaarlijks gaat het om circa 10 bedrijven die hernummerd worden. De hiermee gemoeide extra kosten van circa f 8.000,-- worden ten laste gebracht van het BoWon/knelpuntenprojectnummer.
Tot slot wordt opgemerkt dat de inwerkingtreding van deze verordening de reguliere procedure doorloopt, dat wil zeggen behandeling in de gemeenteraad, dan bekendmaking in de Stadskrant (artikel 139 Gemeentewet) en vervolgens de inwerkingtredingsdatum van acht dagen na die van de bekendmaking (artikel 142 Gemeentewet).
3. Beslispunten.
In overeenstemming met het advies van de commissie wonen stellen wij u voor:
a. bijgaande verordening vast te stellen;
b. accoord te gaan met het toekennen van een tegemoetkoming voor de aantoonbare kosten voor een hernummering voor bedrijven tot maximaal f 800,-- en voor particulieren tot maximaal f 50,--. Deze bedragen per 1 januari 1997 jaarlijks te indexeren. De hiermee gemoeide extra kosten van f 8.000,-- op jaarbasis te laten drukken op BoWon/knelpuntenpost.
c. op reguliere wijze de verordening bekendmaken.
d. de bevoegdheid van de raad tot het toekennen van huisnummers te delegeren aan het college van burgemeester en wethouders.
Burgemeester en wethouders van Delft,
H.V. van Walsum ,burgemeester.
U. Sijtema ,secretaris.
Stuk 191 II
De raad van de gemeente Delft,
gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van Delft van 21 november 1995
gelet op artikel 149 van de gemeentewet
b e s l u i t
vast te stellen de navolgende
VERORDENING op de benoeming van openbare ruimte en de toekenning van huisnummers.
HOOFDSTUK 1. Algemene bepalingen
Artikel 1
In deze verordening wordt verstaan onder:
a. openbare ruimte: alle voor het openbaar rij- of ander verkeer openstaande wegen of paden, pleinen, plaatsen, plantsoenen en alle wateren die, al dan niet met enige beperking, voor het publiek bevaarbaar of anderszins toegankelijk zijn, alsmede daarin begrepen alle bouw- en kunstwerken die daar onderdeel van uitmaken;
b. bouwwerk: elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander mate-
riaal, die op de plaats van bestemming hetzij direct, hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond en bedoeld om ter plaatse te functioneren;
c. gebouw: elk bouwwerk dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vorm;
d. complex: een afgebakend samengesteld geheel van onroerende zaken (industriecomplex, ziekenhuiscomplex, complex van vakantiehuisjes enzovoort);
e. afgebakend terrein: een terrein, waarop zich geen bouwwerken bevinden en dat afzonderlijk wordt gebruikt;
f. ligplaats: een deel van het openbare water dat door burgemeester en wethouders is aangewezen voor het permanent afmeren van een woonschip of een woonark;
g. standplaats: een kavel, bestemd voor het plaatsen van een woonwagen, waarop voorzieningen aanwezig zijn die op het leidingennet van de openbare nutsbedrijven, van andere instellingen of van gemeente kunnen worden aangesloten;
h. burgemeester en wethouders: het college van burgemeester en wethouders;
i. nummer: een nummer bestaande uit een of meer Arabische cijfers, al dan niet met toevoeging van een lettercombinatie, behoudens de letters i, o, q, u;
j. object: een bouwwerk, gebouw, complex, afgebakend terrein, ligplaats of standplaats;
k. rechthebbende: ieder, die krachtens eigendom of een ander zakelijk recht zodanig beschikking heeft over een onroerende zaak, dat hij naar burgerlijk recht bevoegd is met betrekking tot die zaak te handelen als in de verordening is voorgeschreven, zomede de beheerder;
l. uitvoeringsvoorschriften: nadere bepalingen van technische en administratieve aard.
HOOFDSTUK 2. Het benoemen van openbare ruimte en het nummeren van bouwwerken, gebouwen, complexen, afgebakende terreinen en van ligplaatsen of standplaatsen.
Artikel 2
1. De gemeenteraad verdeelt op voordracht van burgemeester en wethouders, de gemeente al dan niet op basis van bouwblokken, in wijken en buurten en duidt deze aan met nummers, zonodig aangevuld met letters of namen.
2. De gemeenteraad kan op voordracht van burgemeester en wethouders de openbare ruimte en gemeentelijke bouwwerken benoemen.
3. Alvorens burgemeester en wethouders een voorstel op grond van lid 1 en lid 2 aan de gemeenteraad voorleggen worden zij hierover geadviseerd door de commissie straatnaamgeving.
Artikel 3
1. Burgemeester en wethouders kunnen aan een object of aan een te onderscheiden deel daarvan een nummer toekennen, dan wel intrekken. Bij het toekennen van een nummer op verzoek van rechthebbende dient de rechthebbende een aanvraag in te dienen bij burgemeester en wethouders.
2. Indien een rechthebbende om een (her)nummering schriftelijk verzoekt dient hij een aanvraag bij burgemeester en wethouders in te dienen, vergezeld van een overzichtstekening op max. A3-formaat.
3. Aan een object dat een nummer heeft gekregen moet het nummer op een doeltreffende wijze zijn aangebracht, dan wel worden verwijderd, zoals neergelegd in uitvoeringsvoorschriften.
4. De kosten voor het aanbrengen van de nummers, bedoeld in lid 1, zijn voor rekening van de rechthebbende, met dien verstande dat aan de rechthebbende op diens verzoek na het aantonen van gemaakte kosten die direct samenhangen met het hernummeren dan wel wijzigen van een straatnaam door de gemeente, door burgemeester en wethouders tot een bepaald maximum een tegemoetkoming kan worden gegeven.
Artikel 4
1. De door de gemeenteraad aan delen van de openbare ruimte en aan gemeentelijke bouwwerken toegekende namen worden duidelijk zichtbaar en in voldoende aantallen ter plaatse aangebracht.
2. Het is een ieder die daartoe niet bevoegd is, verboden aan delen van de openbare ruimte, aan de daaraan liggende gemeentelijke bouwwerken en aan ligplaatsen of standplaatsen, namen, nummers of kenmerken toe te kennen door deze op zichtbare wijze aan te brengen.
3. Het is een ieder, die daartoe niet bevoegd is, verboden aan een onroerende zaak nummers dan wel kenmerken toe te kennen door deze op zichtbare wijze aan te brengen, dan wel te verwijderen.
HOOFDSTUK 3 Plaatsen van naam- en nummerborden.
Artikel 5
1. Indien burgemeester en wethouders het nodig oordelen dat borden met een wijk- of buurtaanduiding, borden met straatnamen, huisnummer-verzamelborden en verwijsaanduidingen aan een bouwwerk, een gebouw, een muur, paal, schutting of andere soort terreinafscheiding worden aangebracht is de rechthebbende verplicht toe te laten dat de hier bedoelde borden vanwege of op verzoek en overeenkomstig de aanwijzingen van burgemeester en wethouders worden aangebracht, onderhouden, gewijzigd of verwijderd.
2. Burgemeester en wethouders stellen de rechthebbende tijdig op de hoogte van hun voornemen om een bord als bedoeld in het vorige lid, aan te brengen.
3. De rechthebbende dient er zorg voor te dragen dat naamborden vanaf de openbare weg duidelijk zicht- en leesbaar blijven.
Artikel 6
1. Tenzij door burgemeester en wethouders anders is besloten, is de rechthebbende van een object verplicht het nummer, zoals bedoeld in artikel 3, eerste lid, aan te brengen op een wijze zoals in artikel 7, eerste lid, is bepaald.
2. De rechthebbende is verplicht het in het eerste lid genoemde nummer binnen zes weken na kennisgeving van het besluit van burgemeester en wethouders aan te brengen.
3. Indien een object nog niet is voltooid, wordt het nummer binnen zes weken na de voltooiing aangebracht.
4. Burgemeester en wethouders kunnen de in het tweede en derde lid genoemde termijn verlengen.
HOOFDSTUK 4. Uitvoeringsvoorschriften.
Artikel 7
1. Burgemeester en wethouders stellen nadere technische uitvoeringsvoorschriften vast voor de wijze van nummeren en voor het aanbrengen van nummerborden.
2. Burgemeester en wethouders stellen, met het oog op het interbestuurlijk en maatschappelijk belang van een systematische registratie van door hen uitgegeven namen en nummers, nadere registratieve voorschriften vast.
HOOFDSTUK 5. Straf-, overgangs- en slotbepalingen.
Artikel 8 Strafbepaling
1. Overtreding van artikel 4, tweede en derde lid, of het niet voldoen aan de bepalingen in de artikelen 5 en 6, eerste en tweede lid, wordt gestraft met een geldboete van de eerste categorie.
Stuk 191 II pag. 5
2. De opsporing van de in het eerste lid strafbaar gestelde feiten is, naast de in artikel 141 van het Wetboek van Strafvordering genoemde opsporingsambtenaren, opgedragen aan hen die door burgemeester en wethouders met de zorg voor de naleving van deze verordening zijn belast, ieder voor zover het de feiten betreft die in de aanwijzing zijn vermeld.
Artikel 9 Inwerkingtreding
De verordening treedt in werking op de achtste dag na bekendmaking.
Artikel 10 Overgangsbepaling
1. Namen en nummers, die eerder door de gemeenteraad en burgemeester en wethouders zijn toegekend, blijven na het in werking treden van deze verordening ongewijzigd bestaan.
2. De gemeenteraad en burgemeester en wethouders kunnen, ieder in overeenstemming met de ingevolge deze verordening toegekende bevoegdheden, in afwijking van het eerste lid besluiten dat de eerdere gegeven en aangebrachte namen en nummers binnen een door hen te bepalen termijn moeten worden vervangen door namen en nummers die voldoen aan de bij of krachtens deze verordening gestelde voorschriften.
3. Bij het wijzigen van een naam of nummer, bedoeld in het eerste en tweede lid, zullen zowel de oude en de nieuwe naam als het oude en het nieuwe nummer gedurende een jaar mogen worden gebruikt op de wijze bepaald in de uitvoeringsvoorschriften, bedoeld in artikel 7, eerste lid.
Artikel 11 Citeertitel
Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening op de benoeming van de openbare ruimte en de toekenning van straatnaamgeving en huisnummering".
Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van 30 november 1995.
, burgemeester.
, secretaris.
TOELICHTING OP DE VERORDENING
1. ALGEMEEN
Adressen vervullen binnen het openbaar bestuur een wezenlijke functie. Enerzijds is een groot deel van de overheidsregistraties immers geordend (toegankelijk) op alfanumerieke volgorde van adressen. Anderzijds zijn adressen van wezenlijke betekenis voor het koppelen van geautomatiseerde bestanden en voor het maken van selecties uit deze bestanden. Het benoemen van delen van de openbare ruimte (onder andere straatnamen) en het toekennen van nummers aan vastgoedobjecten is een taak van de gemeente en dient derhalve met de nodige zorg te worden omgeven.
Straatnamen en huisnummers (adressen) vervullen ook een essentiële functie in het maatschappelijk verkeer. Niet alleen voor dienstverlenende instanties als politie, brandweer, posterijen en ambulancebedrijven, maar ook voor bijvoorbeeld de makelaardij, de advocatuur, het notariaat en het bedrijfsleven. Zij kunnen veelal hun werkzaamheden niet uitvoeren zonder goed sluitende informatie over adressen. Ook de burger heeft belang bij goede adressering van zijn woonverblijf. Hij wenst immers "vindbaar" te zijn.
De bevoegdheid tot het benoemen van wijken en straten en het nummeren van vastgoedobjecten vloeit voort uit artikel 108 Gemeentewet die op 1 januari 1994 in werking is getreden. Artikel 108 Gemeentewet stelt dat de bevoegdheid tot regeling en bestuur inzake de huishouding van de gemeente aan het gemeentebestuur wordt overgelaten.
2. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING
Artikel 2
In het kader van de Volkstelling 1971 is tussen gemeente, de provinciale planologische diensten en het CBS een gebiedsindeling overeengekomen, die wordt aangeduid met de term "CBS wijk- en buurtindeling". Deze indeling werd noodzakelijk geacht omdat op provin-
ciaal en landelijk niveau behoefte bestond aan inzicht in de onderverdeling van het gemeentelijk grondgebied.
In het tweede lid is het benoemen van de openbare ruimte geregeld. De openbare ruimte omvat meer dan alleen straten, plantsoenen en wegen. Zo worden bijvoorbeeld ook waterlopen, sierwater, bruggen, viaducten, metrostations, dijken, meren en plassen veelal van een naam voorzien.
Het benoemen van de openbare ruimte is een facultatieve bevoegdheid van de gemeenteraad. Hij benoemt de openbare ruimte indien dat naar zijn oordeel nodig is.
Artikel 3
Dit artikel regelt het toekennen van nummers aan bouwwerken, gebouwen, complexen, afgebakende terreinen, ligplaatsen en standplaatsen door het college van burgemeester en wethouders. Hier is niet voor de term "huisnummer" gekozen omdat bij een afgebakend terrein of ligplaatsen en standplaats niet kan worden gesproken van een "huis-nummer".
Veelal bestaat een gebouw uit verschillende zelfstandige delen. Voor een goede bereikbaarheid in het kader van de dienstverlening (postbezorging, brandbestrijding, politiehulp, ambulancediensten etcetera) is het noodzakelijk deze zelfstandige delen van een afzonderlijk huisnummer te voorzien. De registratie van woonadressen in de GBA noodzaakt in de meeste gevallen al tot het afzonderlijk nummeren van deze delen. Daarnaast strekt het tot duidelijkheid bij de registratie van woningen, onder andere in het kader van de uitkering uit het Gemeentefonds, als aan deze delen nummers worden toegekend.
De in het eerste lid gehanteerde formulering sluit niet uit dat burgers een aanvraag tot nummertoekenning bij burgemeester en wethouders kunnen indienen. Ook deze aanvraag kan in de regel worden aangemerkt als een verzoek van een belanghebbende een besluit te nemen in de zin van artikel 1:3, derde lid van de Awb. Op de afwikkeling van de aanvraag zijn dan ook wederom in ieder geval de hoofdstukken drie en vier van de Awb van toepassing (algemene en bijzondere bepalingen over besluiten).
In het tweede lid is vastgelegd dat een object een door het college van burgemeester en wethouders toegekend nummer ook feitelijk moet dragen. Daarmee wordt het college van burgemeester en wethouders de mogelijkheid geboden toe te zien op de naleving van het aanbrengen van nummers aan objecten. Met het oog op de dienstverlening is het immers noodzakelijk dat de nummers, die door het college van burgemeester en wethouders zijn toegekend, ook ter plaatse zijn terug te vinden.
Bij lid vier wordt bij het gebruik van de bevoegdheid tot huisnummering door burgemeester en wethouders rekening gehouden met de belangen van bewoners en bedrijven. Wijziging van huisnummer en/of straatnaam treft hun belang, terwijl zij niet de veroorzaker zijn.
Bij aantoonbaar gemaakte kosten voor hernummering en/of wijziging straatnaam zullen burgemeester en wethouders op een daartoe strekkend schriftelijk verzoek een tegemoetkoming in de kosten geven. Hierbij wordt aangehouden dat burgemeester en wethouders een door hen te bepalen maximum in de tegemoetkoming bepalen, welk maximum jaarlijks wordt geïndexeerd.
Bij de hoogte van de tegemoetkoming wordt daarnaast rekening gehouden met onder andere het maatschappelijk risico dat een belanghebbende is toe te rekenen, de mogelijkheid tot bedrijfseconomische en fiscale afschrijving van genoemde kosten en verhaalsmogelijkheden bij het rijk.
Artikel 4
Straatnaamborden zullen overeenkomstig de wens van het college van burgemeester en wethouders worden aangebracht. De kosten daarvan komen voor rekening van de gemeente.
Het tweede lid verbiedt een ieder die daartoe niet bevoegd is straatnamen en huisnummers toe te kennen aan delen van de openbare ruimte, aan de daaraan liggende gemeentelijke bouwwerken en aan ligplaatsen of standplaatsen door deze zichtbaar ter plaatse aan te brengen.
Het derde lid verbiedt tenslotte een ieder die daartoe niet bevoegd is nummers toe te kennen aan onroerende zaken die privé-bezit zijn, door deze op zichtbare wijze aan te brengen. Overtreding van het tweede en derde lid wordt strafbaar gesteld.
Artikel 5
In het kader van de dienstverlening dienen straatnaamborden door of namens de gemeente ter plaatse goed zicht- en leesbaar te worden aangebracht. Dit is mogelijk door de straatnaamborden te bevestigen aan gebouwgevels, aan terreinafscheidingen van derden of aan paaltjes die op andermans terrein ten behoeve van de straatnaamgeving mogen worden geplaatst. Het artikel houdt echter ook rekening met de omstandigheid dat de borden niet door de gemeente zelf, maar ook derden worden aangebracht. Om te voorkomen dat de leesbaarheid van de aangebrachte naamborden door hoog opschietend groen, zonneschermen of reclameborden wordt belemmerd, is bepaald dat de eigenaar ervoor dient te zorgen dat de bedoelde borden vanaf de openbare weg leesbaar blijven.
Artikel 7
Het eerste lid biedt de mogelijkheid nadere technische uitvoeringsvoorschriften te geven. Daartoe zullen de (opvolgers van de) normbladen NEN 1773 en 1774 als leidraad dienen samen met (de opvolgers van) de beknopte handleiding "straat en nummer", hoofdstuk 3: het nummeren van gebouwen.
Artikel 8
De hier gegeven strafbepaling staat een primaire keuze van bestuursdwang niet in de weg. De bestuursdwang geschiedt op basis van artikel 125 en 136 van de Gemeentewet. Hierin is begrepen het opleggen van dwangsommen, naar analogie van de nota handhavingssystematiek gebruik openbare ruimte (d.d. maart 1995).
Artikel 10
Het principe van het benoemen van de openbare ruimte en het nummeren van bouwwerken, gebouwen, complexen, onbebouwde terreinen, ligplaatsen en standplaatsen dateert al uit de vorige eeuw. In de loop der tijd hebben vele voorschriften gegolden. Het is niet zinvol bij de invoering van de verordening te eisen dat alle huisnummers in de gemeente dienen te worden aangepast aan de nieuwe uitvoeringsvoorschriften, zoals vervat in artikel zeven. Nummers die onder het oude regime tot stand zijn gekomen blijven gehandhaafd. Het college van burgemeester en wethouders heeft wel de mogelijkheid aanpassing van de nummers te eisen.
Artikel 11
Omdat de term "huisnummer" in principe geen juiste term is voor het nummeren van bijvoorbeeld afgebakende terreinen of standplaatsen en ligplaatsen is de officiële titel van de verordening nogal lang.
B E K E N D M A K I N G
Gelet op het bepaalde in artikel 139 van de Gemeentewet, maken burgemeester en wethouders van Delft bekend, dat bij besluit van de gemeenteraad van Delft van 30 november is vastgesteld
de verordening op de benoeming van de openbare ruimte en de toekenning van huisnummers
Dit besluit treedt in werking met ingang van ..........................
Korte weergave inhoud:
De verordening benoeming openbare ruimte en huisnummering geeft regels betreffende het benoemen van de openbare ruimte en gemeentelijke bouwwerken (zoals het geven van straatnamen) het toekennnen van een (huis)nummer aan een object. Het benoemen van de openbare ruimte en gemeentelijke bouwwerken is aan de Gemeenteraad voorbehouden.
Het vaststellen van een (her)nummering aan objecten is in de verordening gedelegeerd aan het college van burgemeester en wethouders. Voorts voorziet de Verordening in de mogelijkheid tot het vaststellen van nadere technische uitvoeringsvoorschriften door burgemeester en wethouders voor de wijze van (her)nummeren en voor het aanbrengen van nummerborden.
Bovendien zijn in de verordening artikelen opgenomen betreffende straf-, overgangs-, en slotbepalingen.
De verordening kan worden aangehaald als de verordening op de benoeming van de openbare ruimte en de toekenning van huisnummers.
N.B. Het betreft hier een korte weergave van de hoofdzaken van het genoemde besluit van de raad. U kunt daar geen rechten aan ontlenen.
Volledige tekst:
De volledige tekst van dit besluit is opgenomen in de publicatiemap besluiten van het gemeentebestuur, inhoudende algemeen verbindende voorschriften, welke map ter inzage ligt in het informatiecentrum van de gemeente, Phoenixstraat 16.
Openningstijden: van maandag tot en met vrijdag van 8.30 uur tot 16.00 uur alsmede op vrijdagavond van 18.30 uur tot 20.30 uur.
Delft, ........................... 19..
Burgemeester en wethouders van Delft,
, burgemeester.
, secretaris.
Hoogachtend,
Burgemeester en wethouders van Delft,
H.V. van Walsum ,burgemeester.
U. Sijtema ,secretaris.