terug naar agenda

volgende deel handelingen

Handelingen raadsvergadering - 6 november 1997 deel 1 uit 2


D E R T I E N D E V E R G A D E R I N G

 

op donderdag 6 november 1997 om 19.30 uur in het stadhuis.

Overzicht van de verhandelde punten.

Stuknr.

259. Opening en mededelingen.

260. Vaststelling van de concernbegroting 1998-2001

alsmede vaststelling van:

- de risicoparagraaf

- aktieplan Delft Kennisstad

als onderdeel van de begroting.

 

Algemene en financiële beschouwingen (eerste termijn raad)

PvdA J.P. Torenstra

CDA L.J.M. Borghols

D66 M.P. Oosten

VVD R. de Boer

Groen Links H.J. Grashoff

STIP M. Castro

SGP/GPV/RPF J. van den Doel

CDA N.A.J.M. van Doeveren

 

Voorzitter: de heer mr H.M.C.M. van Oorschot, burgemeester.

Aanwezig zijn: de heren Den Boef, Boelens, De Boer, Bonthuis, mevrouw Boogaard, de heren Borghols, Bot, Castro, Van den Doel, Van Doeveren, de heren De Graaf, Grashoff, mevrouw Heuvelman, de heren Hollink, Van der Hout, mevrouw Koop, de heren Van Leeuwen, Lispet, mevrouw Lourens, de heren Meijer, Oey, Oosten, Ploeg, Plooij, Van der Pot, Rensen, Scalzo, Smithuis, mevrouw Steffen, de heren Taneja, Van Tongeren, Torenstra en mevrouw Zweekhorst.

Secretaris: de heer U. Sijtema.

259. De VOORZITTER: Ik open de vergadering en heet u allen van harte welkom en deel u mede, dat er berichten van verhindering zijn ontvangen van de gehele CD-fractie en van mevrouw Schoone.

Eventuele hoofdelijke stemmingen zullen beginnen bij nr. 5 van de presentielijst, de heer Ploeg.

Naar het zich laat aanzien, hebben wij dinsdagmiddag een bezoeker in onze stad en wel de heer Gaebler, schrijver van het boek Reinventing Government, een boekwerk over modern lokaal bestuur. De heer Gaebler heeft zich bereid verklaard voor belangstellenden op woensdagmorgen een lezing te verzorgen. Ik weet dat ik u hiermee overval, omdat u normaal gesproken op de dag andere werkzaamheden hebt, maar ik wil het toch zeggen opdat u het weet.

Voor alle zekerheid vraag ik nog maar of sprekers die hun tekst op papier hebben staan, maar deze nog niet bij het bureau raad hebben afgegeven, dat alsnog willen doen opdat de teksten kunnen worden gekopieerd.

U hebt al een overzichtje gekregen van de beschikbare spreektijden. Het is de bedoeling om in ieder geval van iedere fractie in volgorde van de grootte één persoon aan het woord te laten. Mocht een tweede lid van een fractie nog het woord voeren, dan komt hij eveneens in dezelfde volgorde na alle fractievoorzitters aan de beurt. Ik zou het op prijs stellen als de fractievoorzitters in hun eerste bijdrage aangeven of nog een ander lid van hun fractie het woord wenst te voeren.

Zoals gebruikelijk zult u aanstaande dinsdag een overzicht krijgen van nog resterende spreektijd die streng doch rechtvaardig zal worden geklokt!

260. Vaststelling van de concernbegroting 1998-2001

alsmede vaststelling van:

- de risicoparagraaf

- aktieplan Delft Kennisstad

als onderdeel van de begroting.

De VOORZITTER: Allereerst volgen nu de algemene beschouwingen waarvoor ik als eerste het woord geef aan de heer Torenstra.

De heer TORENSTRA (PvdA): Het college doet wat het kan, maar omdat het niet zoveel kan, doet het ook niet veel!

Voorzitter. Zo'n laatste begrotingsbehandeling staat vaak in het teken van nakaarten en vooruit zien. Ik doe dat namens de PvdA-fractie op een vijftal onderwerpen:

1. de evaluatie van het college;

2. ik beschouw zo'n beetje het speel- en krachtenveld;

3. de financiële situatie;

4. de collegevoorstellen;

5. de PvdA-voorstellen en haar inzet de komende tijd.

 

Wat onze voorstellen betreft, zal ik aan het eind van mijn bijdrage enkele moties en amendementen overhandigen. Ik zou het op prijs stellen, voorzitter, als u ze voorleest. Dat mag dan wel van onze 40 minuten 'zendtijd' af.

Allereerst de evaluatie. Nog nooit heb ik een college meegemaakt dat zoveel woorden nodig had om zo weinig te zeggen. De evaluatie is in mijn optiek meer een opsomming van wat gedaan is, weinig effecten, weinig cijfers, geen resultaten. Het is meer een overzicht van een tijdsbesteding.

Het college heeft gekozen voor een evaluatie middels de agogisch verantwoorde veilige methode, die van 'wat vind ik er zelf van?'. Een extern bureau heeft vraaggesprekken gevoerd met de collegeleden en ook intern is nog enig materiaal aangeleverd. Dat hebben wij althans zo kunnen lezen. De tevreden conclusie van de zelfevaluatie: uitvoering collegeprogramma goeddeels gehaald! Tja, wat blijkt? De zelfkennis is niet geweldig ontwikkeld. Men had ook wat meer van de externe oriëntatie gebruik kunnen maken. Een evaluatie is ook mogelijk vanuit betrokkenen, de stad en de burgers. Dat gaan wij nu maar even doen! Dat zou wel eens tot de merkwaardige constatering kunnen leiden: het collegeprogramma nagenoeg gehaald, maar het college nagenoeg gefaald!

De evaluatie vanuit de stad. Een beknopte omsomming, een mix uit de categorie missers, gestuntel en onvermogen.

Wethouder BONTHUIS: Hebt u het nog wel een beetje naar uw zin?

De heer TORENSTRA (PvdA): Ik vind het heerlijk!

Wethouder BONTHUIS: Ik hoor van u dit soort woorden bij de DMZ-problematiek, bij de reorganisatie en nu weer bij de algemene beschouwingen!

De heer TORENSTRA (PvdA): Voorzitter. Sinds wanneer wordt er in de eerste termijn van de algemene beschouwingen door het college geïnterrumpeerd?

Wethouder BONTHUIS: Ik wordt er zo'n beetje doodziek van.

De heer TORENSTRA (PvdA): Ik doe daar ook uitstekend mijn best voor!

Wethouder BONTHUIS: Mijn hond praat in ieder geval beter met mij dan u!

De heer TORENSTRA (PvdA): Voorzitter. In de categorie missers met veel ongerief voor betrokkenen is er allereerst de verkoop van het Kruithuis, een zeperd eerste klas. In de categorie gestuntel, is er het vastlopen van de kwaliteitsverbetering binnenstad met de last van de voorgenomen bouw van vijf parkeergarages. Volstrekt onhaalbaar gebleken! De ondernemers laten het afweten, het college vermorst nog wat tijd en wat geld met weer meer onderzoek. Het stagneren van Zuidpoort onder acht jaar Boudewijn Boelens. De wethouder van steen krijgt letterlijk weinig van de grond. De wethouder van cultuur, welzijn, opening en foto is wat stil gevallen. Zo was er de miskleun met de speeltuinen. Hij laat een chaos achter in het buurtwerk, voor jongeren is er niks en komt er niks, onvoldoende opvang in de wijken, geen Eland, geen disco, niks! In de categorie debacle is er de sociale dienst. Veel mensen die het hard nodig hebben, zijn tekort gedaan. De dienst lag op zijn gat en de wethouder was zorgelijk, spreekt voor zichzelf en noemt zichzelf ook naïef. In de categorie gestuntel en bestuurlijk onvermogen is er de slepende reorganisatie. Eerst een valse start, veel onrust in de tent. Vervolgens een doorstart waar het restant aan krediet werd verspeeld. De aansturing was zwak en star tegelijk. Het onvermogen om zo'n proces te leiden was groot. Met nu de ultieme poging tot herstel en voortgang. Het zwak functioneren van de bestuurlijke en ambtelijke toptien. Dat is niet alleen schadelijk voor de uitvoering van de reorganisatie, maar zoiets vreet door over de volle breedte. Dubbel wrang is dat de duurst betaalden hun werk onvoldoende deden, besturen en aansturen, en als het dan vastloopt huurt men maar externen in, zowel binnen de diensten als rond het college een veel geziene soort. Dat alles kost niet te weinig en de uitkomst is dan ook kassa, één werk voor dubbele kosten. Op zijn hollands gezegd: men zou zich eens moeten schamen en eens gaan doen waarvoor men is ingehuurd, gewoon aan het werk.

Voorzitter. Ik ga een beetje het speelveld overzien. Het college en ook de coalitie doen hun best. Ik wil dat best geloven en er is best ook wel het een en ander gelukt. Maar het kon eigenlijk ook niet echt wat worden. Er is geen balans, de verhoudingen zijn niet zuiver en het college is onevenwichtig. Bij wat scherper kijken, is er vooral sprake van politieke maar ook inhoudelijke verschillen of verschillende posities. Op een aantal belangrijke onderwerpen zijn politieke compromissen gesloten, maar verschillen zijn niet echt verwerkt, zo blijkt. Er zal er een vijftal noemen en zeker niet de minste.

De parkeergarages. Stadsbelangen en VVD willen onder de Markt, D66 en CDA in de rand van de stad.

De grenzen. De VVD en D66 zijn voor grenscorrecties, het CDA tegen.

Haaglanden. Stadsbelangen zag het eigenlijk niet zitten en is blij dat het niet doorgaat.

Het referendum. D66 deed het met GroenLinks.

De reorganisatie. Voor Stadsbelangen slechts een manier om fl.  5 mln. te bezuinigen, anders hoeft het niet, en het CDA, D66 en VVD hebben ook inhoudelijke overwegingen. Voeg daarbij nog de verschillen in bestuurskracht en bestuursstijl van de diverse wethouders. Daarbij was men ook niet echt uit op kritisch collegiaal bestuur.

 

De heer OOSTEN (D66): De heer Torenstra doet nu voorkomen alsof dat in andere tijden anders is geweest. Ik kan mij geen ander college herinneren waar deze verschillen minder groot waren!

De heer TORENSTRA (PvdA): Die verschillen werden dan in een coalitie-overleg en in de raad overbrugd en dat is bij dit college nauwelijks gebeurd! Er was vaak geen sprake van een strakke regie, men gaf vaak geen effectieve steun aan het college ...

Wethouder VAN DER HOUT: Weet u hoe wij die regie overigens noemen in de stad? Dat wordt 'achterkamertjespolitiek' genoemd!

De heer TORENSTRA (PvdA): Was die achterkamer de vorige periode dan op de Oude Delft?

Voorzitter. Het was een luilekkerland voor de oppositie. Ik heb er in ieder geval weer het een en ander van opgestoken. Bij het aantreden van dit college heb ik verklaard dat in een democratie de oppositie een belangrijke taak heeft te vervullen. Ik mag u alvast verklappen dat wij na de verkiezingen overigens zullen proberen die schone taak weer aan een ander te gunnen. De PvdA wilde niet per se onaardig zijn, geen stokken tussen de spaken steken, e.d. Of tegen zijn om het tegen. Wij hebben wel geprobeerd om onze oppositierol met inzet en overtuiging neer te zetten, niet alleen politiek tegenspel, maar ook inhoudelijke alternatieven zijn geboden. Ik zal er een vijftal noemen:

1. Bij de scenariodiscussie kwam van ons het rapport 'Delft sociale stad';

2. Met GroenLinks en STIP is Forta ma non troppa geproduceerd, het alternatief voor de binnenstad;

3. De rectificatie op de begroting;

4. Met GroenLinks, STIP, SGP/GPV/RPF, SP en PvdA is gezamenlijk opgetrokken bij de discussie rond de DMZ;

5. Dezelfde brede oppositie heeft op diverse momenten goed samengewerkt rond de reorganisatie.

Wij danken in ieder geval deze fracties voor de goede en prettige samenwerking in wat ik maar noem het 'oppositie-overleg'.

Voorzitter. Ik kom op het financiële beeld en de financiële vooruitzichten. Vaak heb ik het beeld van de waterstanden gebruikt. Er dringt zich nu een beeld op van de lekkende emmer als een gieter. Drie onderdelen wil ik aan de orde stellen: iets over de zorgelijke tendens die wij zien, een beeld van de bezuinigingen over deze hele periode en een beeld van de bezuinigingen die er nog staan voor de volgende periode.

Voorzitter. Wij zien een zorgelijke tendens. Het beeld loopt meerjarig fors in de min. Dan lukt het jaarlijks de begroting op 0 te sluiten en vervolgens loopt de lopende begroting al een aantal jaren weer fors in de min. Voorheen werd eenmaal per jaar bij de Beslispuntennota de plus en de min verwerkt en dan was er volgens mij meestal sprake van tonnen. Nu worden bij het moment van de Kadernota en het moment van de begroting de plussen en minnen verwerkt en het loopt in de miljoenen! Dit kan volgens mij gierend uit de klauw gaan lopen en dat met de badkuip indachtig: of het kort cyclisch begrotingssysteem deugt niet meer in Delft of de toepassing zit niet goed, maar deze tendens moet in ieder geval wel gekeerd worden!

Het beeld over de bezuinigingen van deze periode en 1998. Van jaar tot jaar viel de begroting uiteindelijk te sluiten op 0. Prima, maar meest viel ook de junicirculaire mee ten opzicht van eerdere inschattingen. De Financiële verhoudingswet viel fl.  2 mln. mee, de rijksbezuinigingen vielen uiteindelijk fl.  2 mln. mee en de decentralisatie met korting is nauwelijks doorgevoerd. De gebraden kippen, weet u nog? Wij hebben het daar al eerder over gehad! Zo'n fl.  9 ton aan bezuiniging is nog geschrapt en nu in 1998 zit er voor het Gemeentefonds een plus van bijna fl.  4 mln., waarvan fl.  5 ton vrij en de rest geoormerkt. Van de geplande bezuinigingen voor 1998 is, op zichzelf wel begrijpelijk, weer fl.  1 mln. doorgeschoven onder de heg.

Het beeld van de bezuinigingen van de volgende periode is zorgelijk. Het meerjarenbeeld van 1999 en 2000 staan beide fl.  3 mln. in de min, maar van 2001 fl.  2 mln. in de plus, maar de bezuinigingen voor 1998, krap fl.  4 mln. en 1999 fl.  2,5 mln. en 2000 fl.  2 mln. en 2001 ook ruim fl.  2 mln., zijn wel ingeboekt en die moeten dan ook nog wel binnen komen. De eenvoudigste -en dat is ook logisch- zijn in deze periode gehaald, de moeilijkste zijn doorgeschoven, waarvan een aantal zeker niet te halen zal zijn.

Het college stelt dat er ook ruimte is voor nieuw beleid, maar volgens mij moeten wij dat toch wel iets nuanceren. Eigenlijk mogen de stelpost rijkskortingen van fl. 2 mln. en de decentralisatiekorting van fl.  7 ton niet in die zin meetellen.

Al met al een erfenis voor de volgende raad waar wij althans niet erg vrolijk van kunnen worden. Wat wil het college nu nog bereiken en/of in de steigers zetten? Ik heb op dit terrein enkele aandachtspunten, zoals Delft Kennisstad, het kabelfonds, het actieplan 1998 en het prioriteitenlijstje van het college.

Over het Delft Kennisstadbeleid en het beleid op het terrein van economische zaken en werkgelegenheid zijn wij, de PvdA, en het college meestal goed in gesprek met als uitdrukkelijke uitdaging 'het kan beter!'. Wij hebben actief meegedaan aan het ontwikkelen van Delft Kennisstad. Wij zijn zeer betrokken bij het Delft Kennisstad-overleg en in onze buitencontacten e.d. stelt de PvdA-fractie zich op als ambassadeur van Delft Kennisstad. Al acht jaar lang brengt de PvdA-fractie eenmaal per maand een bedrijfsbezoek. Delft Kennisstad is tot nu toe te zeer een losse verzameling projecten geweest en het projectbureau. Wij steunen het college dan ook in zijn suggestie om tot een meer programmatische aanpak te komen. Delft Kennisstad is bedoeld voor werk, samenwerking en innovatie; de schoorsteen moet roken. Wij geven nu geen oordeel over de afzonderlijke projecten, een en ander zouden wij liever in de commissie bespreken. Wel doen wij enkele voorstellen tot een herverkaveling van Delft Kennisstad. De PvdA was al akkoord met de fl. 2 mln. van het Kabelfonds en het college doet nu een richtinggevende suggestie voor de resterende fl.  9 mln. kabelreserve. De PvdA doet een richtinggevend voorstel voor een andere variant. In de kern komt dat erop neer dat binnen de reserves van Delft Kennisstad een deel, zo'n beetje de helft ad fl. 4,5 mln., wordt gereserveerd voor het project-Bos, dus intern binnen de gemeente. De andere helft zouden wij willen reserveren in de sfeer van informatie- en communicatietechnologieprojecten voor de Delftse burger en instellingen, dus meer buiten de gemeente. De PvdA is voorstander om de kabelgelden in de sfeer van de informatie- en communicatietechnologie te besteden. In die sfeer is het ook opgebracht door de Delftse burger. Het gaat om kennis en ervaring en gebruik breed stimuleren. Kern is het bevorderen van de toegankelijkheid ervan. Hier moeten wij echt onze kansen grijpen. Het gaat erom de boel bijeen te houden, wij moeten het ontstaan voorkomen van een groep wel weters en wel kunners en niet weters en niet kunners. Zo slaan wij twee vliegen in een klap; de bevolking in Delft bij de tijd houden en ook bij elkaar houden. In ons voorstel over de herverkaveling van Delft Kennisstad doen wij een aantal suggesties voor allerlei projecten. Een speciale reserve voor een algemeen economisch structuurfonds lijkt ons niet echt nodig. De acquisitie en flankerend beleid kunnen uit Delft Kennisstad en voor het ontwikkelen van bedrijfsterreinen en kantorenlocaties hebben wij Grondzaken. Een Aardewerkmuseum heeft voor de PvdA geen prioriteit uit deze gelden.

Het actieplan bezuinigingen nieuw beleid 1998. De PvdA zal zich niet keren tegen de voorstellen als zodanig, wel stelt zij een andere financiering voor en ook zullen wij enkele voorstellen doen om enkele posten aan het actieplan toe te voegen. Enkele daarvan wil ik nu al noemen. Het gaat onder andere om een herverkaveling van Delft Kennisstad, het handhaven van het fonds sociale vernieuwing, een formatie voor het algemeen maatschappelijk werk voor de jeugdhulpverlening, een bijdrage aan het algemeen maatschappelijk werk voor het project woonoverlast, een bijdrage voor de profilering van het vrijwilligerswerk en ook voor het aankopen en daarna uitzetten van computers. Wij hebben vrij recent vernomen dat er problemen zouden zijn bij Taal-plus met achterstanden en afhankelijk of ik er nog wat van hoor, zullen wij in tweede termijn ook daarover een motie of amendement indienen.

Wij hebben ook nog een motie over de reiniging van containers, een bijdrage voor het Flora-theater en ten slotte een reservering voor tramlijn 2.

Nu het prioriteitenlijstje waar het college nog deze periode enkele belangrijke stappen vooruit wil zetten. De PvdA heeft geen behoefte aan deze hink-stap-sprong, zeker niet aan al de nota's die kennelijk op basis van de huidige krachtsverhoudingen op de valreep nog even door de raad moeten. Een staaltje van ver over het graf willen regeren en de volgende raad te binden. Door het doorschuiven van de bezuinigingen zitten wij al strak en ook beleidsmatig met een aanval van notaloop op de valreep. Laat een volgende raad toch ook wat ruimte. Dit college past inmiddels toch wel enige bescheidenheid? Doe Delft Kennisstad en de reorganisatie voor zover onomstreden. Ik herhaal maar de oproep aan het college die ik heb gedaan tijdens de behandeling van de Kadernota: college pak geen nieuwe dingen meer op, pas op de winkel en vooral op jezelf!

Voorzitter. De inzet van de PvdA voor de komende jaren. Waar zijn wij voor in? Ten eerste moet de gemeentelijke tent gewoon goed draaien; uitkeringen, paspoorten, belastingen, informatieverstrekking, vergunning e.d. Je zou kunnen zeggen één net, net loket, zou je kunnen zeggen. Ook zijn wij voor het uitbouwen van Delft Kennisstad als drijver voor de Delftse economie en werkgelegenheid. In de derde plaats noem ik maar even Zicht uit Delft, openstaan voor functionele regionale samenwerking in Haaglanden en tegelijk moet Delft op eigen grond ook uit de voeren kunnen. Daarvoor is een herindeling of grenscorrectie echt heel hard nodig. In de vierde plaats wijs ik op de wijkaanpak. De PvdA wil de leefbaarheid in de wijken een niveau hoger tillen. Het huidige wijkbeheer is te beperkt en betreft vooral het tegengaan van het dagelijkse ongerief. De nieuwe wijkaanpak-idee is meer gericht op wijkontwikkeling met veel aandacht voor betrokkenheid, draagvlak, en zeggenschap, noem het maar de kleine democratie en tegelijk meer werken aan een lange-termijnwijkperspectief, over een periode van vijf à tien jaar. Het gaat om een integrale aanpak, sociale veiligheid, verkeer, welzijn, onderhoud en herstructurering. Het gaat ook om een brede benadering van en vraaggericht werken, preventie, activering, opvang en zorg. Het gaat om een aanpak gericht op samenwerken, delegatie, meespraak en zeggenschap.

Wij beogen een wijkontwikkelingsaanpak waar gemengde wijkteams van betrokkenen werken aan wijkplannen. Twee belangrijke schakelpersonen moeten in die aanpak een plaats krijgen; de wijkmanager en de wijkopbouwwerker, de gemeentelijke wijkmanager voor het makelen en het schakelen en de wijkopbouwwerker voor de ondersteuning en de organisatie van bewoners. Het gaat hier om het ontwikkelen van een moderne vorm van samenlevingsopbouw.

Voorzitter. De PvdA is geïnteresseerd in mensen, in oplossingen en in vernieuwing. Zij wil ook graag meewerken aan een andere bestuurscultuur. De vraag is in feite hoe de gemeente Delft de komende periode omgaat met de stad en haar bewoners. Externe oriëntatie is het sleutelbegrip.

In de kern komt dat volgens mij op neer meer ordenen en werken volgens de logica van burgers en bewoners en minder ordenen en werken volgens de logica van de bureaucratie en werkprocessen. Externe oriëntatie betekent het kantelen van de ambtelijke organisatie. Er moet ook aandacht zijn voor een kwaliteitsslag en het meeveranderen van de raad. Externe gerichtheid betekent mijns inziens ook het moeten willen meekantelen van de raad. Een mooie oefening is wellicht het maken van het nieuwe collegeprogramma, want ook dat zou een nieuwe en/of andere opzet kunnen krijgen. De klassieke opbouw van zo'n programma volgt de beleidskolommen van de diensten en de begrotingsindeling. De uitdaging zou zijn om een andersoortig programma op te zetten, een programma dat uitgaat en ook inspeelt op de nieuwe extern georiënteerde situatie. Zo'n programma laat zich ook beter vertalen in op die nieuwe situatie gerichte uitvoeringsprogramma's. Zo'n nieuwe aanpak vergt een wat aangepaste cultuur- en bestuursstijl van de raad en het college. Intern gericht is dienstig en wat meer relativerend, wat meer ruimte latend aan de organisatie, en extern gericht is dienstig, wat minder verkrampt en een wat opener opstelling. Extern kan de gemeente zich best wat meer opstellen als regisseur, als manager van samenwerkingsprocessen. De raad bepaalt uitdrukkelijk de hoofdlijnen van beleid, de financiële kaders, de randvoorwaarden en de raad controleert. Maar, organisaties, bewoners, gebruikers, uitvoerders e.d. moeten meer ruimte en zeggenschap krijgen bij de invulling en uitvoering van dat beleid. De gemeente ontwikkelt zich dan tot regisseur van meer open samenwerkingsprocessen tot een makelaar in een meespraak, delegatie en samenwerking.

Voorzitter. Wij maken ons allen op voor de komende verkiezingen en de volgende bestuursperiode. Wij hebben er alle vertrouwen in dat de PvdA voldoende steun zal verwerven voor een sterke positie in de raad en zo mogelijk en desgewenst in een college van BenW. Geen misverstand: de PvdA heeft die ambitie, in een college van BenW als het kan, in de oppositie als het moet. Uiteraard hangt dat af van de krachtsverhoudingen na de verkiezingen, het programma dat er komt en de politieke wil. Uiteraard zijn wij in principe in voor samenwerking met welke en iedere democratische partij in deze raad dan ook, maar die moeten dan ook wel graag wat willen. 'Vrolijk en met overtuiging de schouders eronder' zou ons devies zijn.

Voorzitter. Ter afronding. De PvdA wil zich inzetten voor a. Delft Kennisstad, uitbouwen voor werk en economie; b. de wijkaanpak voor een grotere leefbaarheid in de wijken; c. Zicht uit Delft voor samenwerking met Haaglanden en het letterlijk verleggen van de grenzen en d. de PvdA wil graag een omslag naar een opener, bestuurlijker cultuur. Dit a.b.c. is onze inzet en uiteraard willen we dat doen samen met anderen. Daarvoor zijn partners nodig in de raad en in de stad. De PvdA is geïnteresseerd in mensen en oplossingen. Bestuurlijk zijn we geïnteresseerd in partners voor een politiek van vernieuwing en tolerantie. Ik dank u.

De VOORZITTER: Door de heer Torenstra c.s. worden de volgende amendementen en moties ingediend:

A I

'Herverkaveling Delft Kennisstad

De gemeenteraad van Delft,

in vergadering bijeen op 13 november 1997,

overwegende,

1. Dat het Delft-Kennisstadfonds leeg raakt,

2. Dat de besteding van de reserve Kabelprojecten (2mln.) en de reserve Afkoop CAI (restant 9 mln.) gericht moeten zijn op een versterking van de informatie-infrastructuur en de ontwikkeling, met partners, van digitale dienstverlening,

3. Dat de voorgestelde besteding van Delft-Kennisstadgelden en van de 11 mln. Kabelgelden breed uitwaaiert over een veelheid van vaak kleine projecten, terwijl, zoals het college ook bepleit, een meer programmatische benadering voor Delft-Kennissstad gewenst is,

besluit,

De reserve Kabelprojecten en de reserve Afkoop CAI toe te voegen aan de Delft-Kennisstadreserve,

De volgende programma's binnen Delft-Kennisstad aan te wijzen (zie toelichting):

a. Technologie en ontwikkeling van marktgerichte netwerken

b. Bedrijventerreinen, acquisitie, starters en accountmanagement

c. Digitale dienstverlening aan consumenten en burgers

d. ICT in het onderwijs

e. KIS-ICT binnen de gemeente

f. Delft-City- het product

g. Milieutechnologie

h. Marketing

En draagt het college op het Actieplan Delft-Kennisstad aldus aan te passen, ieder programma van een doelstelling te voorzien, de veelheid van projecten te prioriteren en op basis van de beschreven doelstellingen binnen de verschillende programma's in te passen en een en ander zo spoedig mogelijk ter goedkeuring aan de raad voor te leggen,

en gaat over tot de orde van de dag.'

MI

'Handhaving fonds sociale vernieuwing

De gemeenteraad van Delft,

in vergadering bijeen op 13 november 1997,

overwegende,

1. Dat de brede doeluitkering Sociale Vernieuwing per 1 januari 1998 verdwijnt en dat het voornemen bestaat de uitgaven, die nu uit het fonds Sociale Vernieuwing worden gedaan, over te brengen naar de dienstbudgetten,

2. Dat de raad ten gevolge van de werkwijze met jaarverslag en Actieplan een goed beeld heeft van (aanvullende) activiteiten op het gebied van werk, scholing, wijkbeheer en migrantenbeleid en bovendien een instrument in handen heeft om flexibel te kunnen inspelen op (actuele) problemen, die zich op de genoemde gebieden voordoen,

3. Dat activiteiten, die onder de werking van de Wet Inschakeling Werkzoekenden vallen, ondergebracht worden in het te vormen Werkfonds,

4. Dat de uitgangspunten die achter het idee Sociale Vernieuwing zitten nog altijd actueel zijn, mede in het licht van een meer wijkgerichte gemeentelijke aanpak,

besluit:

Het fonds Sociale Vernieuwing na 1 januari 1998 in stand te houden voor die activiteiten, die niet overgaan naar het Werkfonds,

Het eerstvolgende Actieplan te benutten om de doelstelling van het fonds Sociale Vernieuwing opnieuw te formuleren, rekening houdend met een meer wijkgerichte gemeentelijke werkwijze,

en gaat over tot de orde van de dag.'

AII

'Budget sociale vernieuwing

 

De gemeenteraad van Delft

in vergadering bijeen op 13 november 1997,

overwegende,

1. Dat het budget voor het actieplan sociale vernieuwing 1998 niet toereikend is om een aantal voorziene maatregelen te kunnen betalen,

2. Dat de gemeentelijk bijdrage aan de sociale vernieuwing in deze collegeperiode structureel is verlaagd met een bedrag van fl. 515.000 (inclusief de korting op het nieuwkomersbeleid),

3. Dat het Algemeen Maatschappelijk Werk vanwege structurele onderbezetting niet toekomt aan jeugdzorg, laat s taan aan een lokaal preventief jeugdbeleid,

4. Dat het Algemeen Maatschappelijk Werk in samenwerking met wijkcoördinatoren, wijkagenten en anderen een project wil opstarten om woonoverlast en vandalisme in de wijk te bestrijden,

5. Dat uit het laatste verslag van Buro Werkplan naar voren komt dat de activering van de profielgroep 4 niet van de grond komt vanwege het uitblijven van de profilering van het cliëntenbestand van DMZ en vanwege problemen met het vinden van geschikte activiteiten en het 'matchen' van kandidaten en activiteiten,

besluit:

1. De gemeentelijke bijdrage aan de sociale vernieuwing met fl. 175.000 te verhogen,

2. De reservering huisvesting gemeentelijke diensten met fl. 175.000 te verlagen (zie toelichting)

3. Uit het budget sociale vernieuwing fl. 100.000 te betalen voor een nieuwe formatieplaats bij het Algemeen Maatschappelijk Werk ten behoeve van de jeugdhulpverlening

4. Uit het budget sociale vernieuwing een financiële bijdrage te leveren aan het project 'woonoverlast' en de precieze hoogte hiervan nader in te vullen in het actieplan voor 1998,

5. Uit het budget sociale vernieuwing een bedrag van fl. 25.000 te betalen om, in samenwerking met de vrijwilligerscentrale, een opname te maken van (nieuwe) activiteitenplekken in de sport, het welzijnswerk, onderwijs en zorg,

en gaat over tot de orde van de dag.'

MII

'Nergens geen computer

 

De gemeenteraad van Delft,

in vergadering bijeen op 13 november 1977,

overwegende,

1. Dat het gewenst is dat zoveel mogelijk kinderen ook thuis leren omgaan met computers,

2. Dat de aanschaf van een computer voor veel gezinnen niet vanzelfsprekend is of financieel haalbaar,

3. Dat in rotterdam een project gestart is, dat beoogt gebruikte 386-computers voor een kleine prijs (fl. 160) te verkopen aan scholieren,

verzoekt het college na te gaan of een dergelijk project ook in Delft mogelijk is,

en gaat over tot de orde van de dag.'

 

AIII

Reinigen containers

 

De gemeenteraad van Delft,

in vergadering bijeen op 13 november 1997,

overwegende,

1. Dat het reinigen van afvalcontainers in de stad niet naar tevredenheid verloopt,

2. Dat het reinigen van afvalcontainers werk is dat geschikt is voor oudere medewerkers van de reiniging en derhalve goed past binnen het gemeentelijk personeelsbeleid,

besluit:

a. De verlaging an het reinigingsrecht van fl. 20 per huishouden te beperken tot fl. 15,

b. De circa fl. 200.000 die daarmee beschikbaar komt te gebruiken om de reiniging van collectieve en individuele afvalcontainers door de gemeente te laten verrichten,

en gaat over tot de orde van de dag.'

AIV

'Nieuw 'beleid'

De gemeenteraad van Delft,

in vergadering bijeen op 13 november 1997,

overwegende,

1. Dat moeilijk in te zien valt waarom de posten Promotiefonds weekmarkten, Taptoe en Spin off Delft 750 jaar Cultuurstad niet in de projectenafweging van Delft Kennisstad zijn betrokken en andere vergelijkbare projecten wel,

2. Dat de bedragen, die gevraagd worden voor communicatie duurzaam bouwen en Stadsontwikkeling, gevonden moeten kunnen worden binnen de begrotingen van de betreffende diensten,

besluit:

De in de eerste overweging genoemde posten te schrappen als nieuw beleid en deze posten te betrekken bij de afweging binnen de verschillende clusters/programma's van Delft-Kennisstad,

De posten, die genoemd worden in overweging twee, te schrappen als nieuw beleid,

en gaat over tot de orde van de dag.'

AV

'Reservering tram 2

De gemeenteraad van Delft,

in vergadering bijeen op 13 november 1997,

overwegende,

1. Dat de aanleg van tram 2 (37) op het traject Hoornse Hof - Station - Veste - TU - Delfgauw voor Delft van essentieel belang,

2. Dat de aanleg van deze tramlijn in de plannen voor het Agglo-net in fase 2 (2002-2005) is opgenomen,

3. Dat de financiering van de plannen voor het Agglo-net onder druk is komen te staan nu het rijk eerder gedane toezeggingen hieromtrent niet lijkt te willen nakomen,

4. Dat het tijdens 'nadere gesprekken' over de fasering van de uitvoering van Agglo-net dienstig kan zijn, dat de gemeente het belang dat aan de aanleg van dat stuk tram wordt gehecht, onderstreept met een eigen bijdrage in de kosten van het project,

Besluit uit het indicatief investeringsplan de post Openbaar Vervoer voor 2 mln. te schrappen, de post Verbetering kwaliteit wegen met 1,5 mln. te verlagen, de post Verkeer- en Vervoerplan met 1,5 mln. te verlagen en een nieuwe post Tram 2 op te voeren voor 5 mln.,

en gaat over tot de orde van de dag.'

MIII

Flora

De gemeenteraad van Delft,

in vergadering bijeen op 13 november 1997,

overwegende dat het Flora-theater een zeer eigen rol speelt in het Delftse culturele leven,

dat bovendien het gebouw een aantal waardevolle stijlelementen kent,

dat aan de Flora geen gebruiksvergunning kan worden verleend en de continuïteit van het theater bedreigd wordt,

verzoekt het college na te gaan op welke wijze, eventueel met eenmalige ondersteuning van de gemeente, het voortbestaan van de Flora verzekerd kan worden,

en gaat over tot de orde van de dag.'

Al deze stukken zijn voldoende ondertekend.

Ik geef het woord aan de heer Borghols.

De heer BORGHOLS (CDA): Voorzitter. Een maand geleden presenteerde u de laatste begroting van dit college. Een sluitende begroting, waarvoor onze complimenten. Het beleidsdeel bij de begroting is uitgebreid: veel evaluatie, heel veel Kennisstad en erg veel beleidsvoorstellen die nog in deze periode tot besluitvorming moeten leiden. Dit alles overziende, lijkt het ons nog te vroeg om nu al tot een evaluatie van deze collegeperiode te komen. Evalueren betekent onzes inziens ook beoordelen en afrekenen en wel tegen de gemaakte afspraken, neergelegd in het collegeprogramma.

Juist omdat er nog veel beleidsvoorstellen in de pijplijn zitten, willen wij met evalueren wachten tot de kadernota om zodoende het totaal te kunnen beoordelen. Bovendien zijn we de voor ons cruciale datum van 1 december dan ook gepasseerd. Uw uitgebreide opsomming van de dadendrang van dit college nemen wij dan ook op dit moment op één punt na voor kennisgeving aan. Dat ene punt betreft Delft Kennisstad. Terecht dat u daar veel aandacht aan besteedt. Maar jammer dat u getracht heeft Delft Kennisstad overal mee te relateren. Naar onze mening zouden we dit niet moeten doen: het vervaagt de kern van de visie en ontkracht daarmee het concept.

U schrijft dat organisaties en instellingen zijn gaan ervaren dat Delft Kennisstad van iedereen is en dat het werkt. In de volgende alinea staat dat het opvallend is dat er buiten de organisatie meer commitment en draagvlak is dan binnen het ambtelijk apparaat en veel ambtenaren nog niet zien wat de noties uit Delft Kennisstad betekenen voor hun dagelijkse werkzaamheden.

Alleen al daarom moeten we ons nog sterk concentreren op de kern van de visie Delft Kennisstad. Enerzijds om te borgen en uit te breiden wat met organisaties en instellingen bereikt is en anderzijds om de eigen organisatie de kans te geven zich aan het eigene van Delft Kennisstad aan te passen.

Voorzitter, de begroting voor 1998 is terughoudend met het oog op het einde van deze zittingsperiode. Regeren over het graf heen is een ongeschreven taboe waaraan ook dit college zich wenst te houden. Het is de democratische paradox die enerzijds de bestuurlijke continuïteit wil en anderzijds een nieuw college alle ruimte wenst te geven voor zijn eigen visie. Op zich willen wij ons daar best bij aansluiten, mits het werk van het nog zittend college naar behoren afgemaakt wordt en de ideeën van nu niet opnieuw als startpunt in een nieuwe zittingsperiode uit onderhandeld gaan worden. Te denken valt bijvoorbeeld aan de ontwikkeling van de Zuidpoort, de visie op het parkeerbeleid, de reorganisatie van het gemeentelijk apparaat en dergelijke.

Over deze onderwerpen moet besluitvorming genomen worden en als dat niet anders kan, moet de besluitvorming in een dergelijk stadium verkeren dat deze in de nieuwe periode afgemaakt kan worden, zonder dat de uitgangspunten opnieuw ter discussie gesteld worden. Al te vaak is het voorgekomen dat voornemens bij de overgang naar een nieuw college, zo u wilt coalitie, naar de prullenbak verdwijnen om later opnieuw ontwikkeld te worden. Voorbeelden daarvan zijn inderdaad de parkeergarages en de ontwikkeling van de Zuidpoort. En zeker in deze tijd, met de grote concurrentie tussen de steden op economisch gebied, is continuïteit in bestuurlijke ontwikkeling geboden.

Het beleidsdeel bij de begroting maakt daarvan ook impliciet gewag door herhaaldelijk te wijzen op voorstellen die nog deze periode het licht zullen zien. Het CDA vraagt u zich hieraan te houden en daarmee spoed te betrachten.

Over het algemene beeld van de begroting zijn wij tevreden. Ze is sluitend en er is sprake van een voorzichtig beeld naar de toekomst. Het meerjarenbeeld is daardoor wel wat grillig. Een grilligheid die naar onze mening vooral voorkomt uit de onvoorspelbare bijdragen uit het gemeentefonds. Iedere keer opnieuw blijkt dat uitkomsten van de kadernota gewraakt worden door de juni- en septembercirculaires. Dat mag het Rijk en met name de minister van Financiën zich wel eens aanrekenen. Naast het steeds krapper wordende gemeentelijk budget hebben we ook te maken met een onvoorspelbare bijdrage uit het gemeentefonds. Zo langzamerhand wordt dat te gek. Hoe kan je nu een meerjarenbeeld prognotiseren als het Rijk niet eens een voorspelbaar meerjarenbeeld richting gemeentes afgeeft? De ene keer is dat de verdeling van de gelden over de gemeentes, de andere keer is dat nieuwe wetgeving die plots gevoelige implicaties heeft op de gemeentelijke begroting. Dan weer een decentralisatie van taken richting gemeentes met de voorspelbare en onvermijdelijke decentralisatiekorting. En als meest bizarre: als de rijksuitgaven lager uitvallen dan begroot, moeten de gemeentes eenzelfde bezuiniging doorvoeren, maar dan wel als het boekjaar al lang afgelopen is.

 

Het wordt tijd dat we hierover met de VNG eens echt en diepgaand in discussie treden om hier verandering in aan te brengen.

Tot zover de frustratie richting het Rijk. In het kader van vereenvoudiging van belasting- en regelgeving zou ik daar nog meer over kunnen en willen zeggen, maar dat is nu niet opportuun. Waar het nu om gaat is het beeld dat we de burgers voorzetten en de rekening die zij daarvoor moeten betalen. En dat ziet er redelijk uit. Natuurlijk willen we allemaal dat het nog goedkoper is en dat we minder hoeven bijdragen aan het gemeentelijk budget Maar de stijging van de tarieven valt mee. Ook relatief ten opzichte van andere gemeentes worden we wat goedkoper. Een inspanning die volgens ons blijvend moet zijn. Voor Delft moet het haalbaar zijn ergens in de middenmoot uit te komen wat betreft gemeentelijke lasten voor haar burgers.

Met betrekking tot het reinigingsrecht zijn wij natuurlijk tevreden met de verlaging van het tarief met 20 gulden. Maar toch wil het CDA een lans breken om de verlaging met 5 gulden te beperken om met dat geld de groene bakken schoon te maken. De redenen daarvoor zijn dat daarmee de acceptatiegraad van gescheiden inzameling onzes inziens hoger zal zijn, veel particulieren verlost worden van het schoonmaken van deze bakken dat a. zowel erg lastig en b. bij warm weer tamelijk smerig is, dat de marktpartijen hiervoor stellig een onvoldoende oplossing bieden en dat het bijdraagt aan een schoon en netjes stadsbeeld. Ik dien daarover een amendement in, mede ondertekend door Stadsbelangen, STIP en SGP/GPV/RPF.

Voorzitter, ik zal nu ingaan op een paar onderwerpen, te beginnen met de veiligheid. Hierover kunnen wij nog niet tevreden zijn. Veiligheid, misschien kan ik beter spreken over het veiligheidsgevoel, is een zo primaire behoefte dat zij gelijk staat aan de behoefte aan een eigen woning, werk en gezondheid. En dan word ik ongerust als ik in de krant lees dat er op een vrijdagavond slechts één surveillancewagen voor de stad beschikbaar was. Ik mag toch hopen dat het hier een ongelukkige samenloop van omstandigheden betrof. Het kan niet zo zijn dat wij binnen de politieregio zoveel inspanning aan regionale taken moeten besteden, dat de sterkte van het lokale korps daaronder structureel lijdt. Sterker, wettelijk kunnen wij als gemeente eigen prioriteiten vaststellen en in de politieregio inbrengen. Maar zonder mensen begin je niet veel. Laten we ervoor waken dat de balans in evenwicht is en dat we in Delft over voldoende menskracht beschikken om de burgers te beschermen. Natuurlijk simplificeer ik, ik ben me dat bewust. Maar wat voor antwoord kan ik geven op vragen van burgers die hierop betrekking hebben?

Nogmaals willen wij een lans breken voor de vaste wijkagent. Immers, die kent de wijk en de mensen die er wonen. Van hem gaat de preventieve werking uit die de veiligheidsgevoelens in de wijk kunnen vergroten. Waar mogelijk zien wij dan ook graag uitbreiding van het aantal wijkagenten. Wij zetten dit hoog op de prioriteitenlijst. In de commissie veiligheid is vaak als tegenargument gegeven dat dit betekent dat andere politietaken daar recht evenredig onder lijden. De CDA-fractie betwijfelt dit.

Wij denken dat de preventieve werking van de wijkagent ook leidt tot minder kleine criminaliteit waardoor op dat punt alleen al winst is te behalen. Daarnaast krijgt de politie ook weer een gezicht waardoor zij herkenbaar en aanspreekbaar wordt voor de burgers.

Naar de reacties die ik nu krijg is de politie een te afstandelijk instituut. Nuttig en nodig, maar voor een gestolen fiets moet je er niet heengaan, daar doet men toch niets mee. Dat beeld móet omgebogen worden. Als de politie herkenbaar aanwezig is in de wijk en de problemen en angsten van de bewoners kent zal men daar ook intern profijt van kunnen trekken. Naar de mening van het CDA is de wijkagent dé invulling van meer blauw op straat.

De samenleving is gelukkig niet maakbaar, zij bepaalt zelf wat ze wil en verwacht van de overheid. Met name geldt dat op het gebied van de samenleving en cultuur. Als je dat koppelt krijg je de multiculturele samenleving die wij als politici omarmen en niet verketteren. Wat jammer dat de CD er niet is. Terecht! Wij moeten dat telkens weer uiten en daar een invulling aan geven. Ons gaat het nu om het laatste; de invulling die wij daaraan geven. De focus is onevenwichtig veel gericht op de problemen die wij ondervinden in een groeiproces naar het elkaar accepteren. Van beide kanten, allochtoon en autochtoon. Wij denken dat het goed is als de gemeente Delft zich diepgaand beraadt hoe zij, naast en los van het rijksbeleid, daarop kan inspelen. Is er voldoende ruimte voor alle groeperingen in de samenleving, kunnen zij terugvallen op organisaties met een eigen onderkomen, kunnen wij als gemeente bijdragen aan een goed integratie- en acceptatieproces? Zien wij kans om de problemen die er zijn op te lossen? Ik zal dit nader uitwerken voor het jeugdbeleid.

Aan het jeugdbeleid hebben we het een en ander aan gedaan via de nota 'Zevensprong'. Toch heeft mijn fractie niet de indruk dat we er al zijn. Er is nu een 'crisisteam' beschikbaar, maar dat geeft eigenlijk al aan dat we te veel bezig zijn met het bestrijden van incidenten en te weinig met een gestructureerd opgezet beleid. We weten gewoon te weinig van de Delftse jeugd en hollen daardoor achter de feiten aan. Die situatie van de jeugd wordt beïnvloed door allerlei maatschappelijke ontwikkelingen, een multiculturele samenleving, meer ouders die beiden werken, meer alleenstaande ouders. Maar wat betekent dat feitelijk voor de jeugd in Delft?

Wat we op het eerste gezicht al kunnen constateren is dat de jongeren er met de jongerenaccommodaties door een ongelukkige samenloop van omstandigheden niet op vooruit zijn gegaan. Ik denk dan aan Burgwal 45, de Border etc. Ik heb het dan even niet over de achtergronden, want die zijn stuk voor stuk wel verklaarbaar, maar ik signaleer alleen het eindresultaat. Het CDA wil daarom een aantal ideeën meegeven voor een te ontwikkelen jeugdbeleid:

 

Jeugdbeleid is meer dan het subsidiëren van een aantal organisaties voor jeugd- en jongerenwerk. We moeten als gemeente proberen partijen op een gezamenlijke doelstelling bij elkaar te brengen;

Baseer je op feiten. We moeten meer gestructureerd gegevens verzamelen over de situatie van de Delftse jeugd;

Wees er zo vroeg mogelijk bij. Wat in het begin fout gaat is later slechts met grote moeite te repareren. Jongeren die bijvoorbeeld de school zonder diploma verlaten, zijn aangewezen op een 'tweede-kansroute' die veel inspanning kost. Het blijkt in de praktijk dat slechts weinigen dit kan opbrengen.

Hoewel we telkens trachten ons in hun denkwereld te verplaatsen, moeten we niet de pretentie hebben wel te weten wat er onder de jeugd leeft. Daarom moeten jongeren - bijvoorbeeld in workshopvorm - betrokken worden bij het ontwikkelen van beleidsvoorstellen.

Ondersteuning van professionele jeugdwerkers kan veel ten goede betekenen. Hun kennis en ervaring staan daar borg voor. Wij zien een adequate uitbreiding van hun aantal met vier als noodzakelijk. Deze kunnen ingezet worden op door de raad aangegeven projecten los van, maar wel na overleg met de SWD. Deze extra inzet kan overigens gefinancierd worden uit de nog niet verdeelde gelden Sociale Vernieuwing.

Op veel terreinen liggen er juist nu mooie kansen. De gemeente Delft krijgt geld van het rijk voor het uitbreiden van buitenschoolse opvang. Naar mijn idee moeten scholen, de kinderopvang en de buurthuizen hierin samenwerken. Mijn fractie ziet graag nog dit jaar plannen over de manier waarop we dat gaan invullen. Daarnaast biedt het rijk mogelijkheden om te experimenteren met de opvang voor kinderen in de leeftijd van 12-16 jaar. Ik stel voor dat we ons daarvoor aanmelden. Het CDA gaat ervan uit dat het college in de nog resterende collegeperiode op dit onderwerp nog een aantal dingen zal neerzetten.

Voorzitter. Ook op het gebied van wonen vallen er nog aan voldoende uitdagingen het hoofd te bieden. Genoemd heb ik al de ontwikkeling van het Zuidpoortgebied waarvan ik echt hoop en verwacht dat die nog in deze periode tot besluitvorming zal komen. Maar daarnaast speelt ook het langverwachte volkshuisvestingsplan dat helaas nog niet voor deze begrotingsbehandeling het licht heeft gezien een rol. Een langetermijnvisie is echt op zeer korte termijn noodzakelijk. Wij vinden het noodzakelijk dat er een wooncarrière geboden wordt aan alle burgers van Delft. Voor starters, voor studenten, voor ouderen die graag willen doorstromen, maar geen goed alternatief geboden krijgen. Voor mensen uit de hogere inkomensgroepen die zich nu noodgedwongen buiten Delft moeten vestigen en daardoor de binding met Delft verliezen.

Met name over ouderenhuisvesting maakt mijn fractie zich grote zorgen. Vraag en aanbod lopen ver uiteen, kwalitatief en kwantitatief. De overheid wil graag dat ouderen zo lang mogelijk op zichzelf blijven wonen. Zij willen dat zelf ook, mits niet weggestopt. Zij willen deel uit blijven maken van de samenleving en in die samenleving wonen. De Zuidpoort is een van de gebieden waar dat zou kunnen. Aan de rand van de binnenstad, winkels om zich heen en waar het leven buiten daadwerkelijk aanwezig is.

Als alternatief voor de Marcushof is er nog niet eens sprake van de noodzakelijke uitbreiding van ouderenhuisvesting op langere termijn, maar het zou een goede start zijn op weg daarheen. Zo nodig zal ik daar in tweede termijn een motie over indienen.

Over de gang van zaken bij Combiwerk is de CDA-fractie zeer tevreden. Bij de Kadernota sprak ik over het behoud en waar mogelijk uitbreiding van het aantal WSW'ers. Het is verheugend dat dit doel binnen bereik ligt. Waakzaamheid blijft echter geboden op het punt van bedrijfsmatig handelen, met name op de kostenbeheersing. Maar voor nu is de weg die Combiwerk is ingeslagen een succesvolle gebleken en naar wij hopen zal zich dat vertalen in een steeds groter aantal WSW'ers dat geplaatst kan worden.

Graaf zie ik meer begrip vanuit de gemeente voor de positie van de vrijwilligers. Vele activiteiten in de stad zouden onmogelijk zijn zonder de grote inzet van vrijwilligers. Juist ook bij die activiteiten die de gemeente steunt zoals buurt- en wijkwerk. Wij zouden wat meer respect kunnen tonen voor hun inzet en hun het gevoel geven dat hun aanwezigheid zeer op prijs wordt gesteld. Het college zou zich bijvoorbeeld kunnen aansluiten bij de landelijke vrijwilligersdag,

maar de gemeente kan de vrijwilligers daarnaast ook op eigen wijze ondersteunen, bijvoorbeeld door het aanbieden van scholing of het bieden van hulp in het ontwikkelen van activiteiten. Het CDA verzoekt u in ieder geval nog deze periode met een aanzet voor beleid te komen en ervoor te zorgen dat ook de gemeente Delft in 1998 een soort vrijwilligersdag kent.

Omdat wij later op de avond nog een financiële beschouwing zullen geven, moet ik mij thans beperken in mijn bijdrage. Zoals gezegd, hopen wij dat het college zal waarmaken wat het bij de begroting als beleidsvoornemens heeft opgesomd, als altijd loyaal ondersteund door de ambtenaren. Zij hebben een onrustige periode vol onzekerheid achter de rug en hebben ook nog wat voor de boeg. Desalniettemin kunt u en kunnen wij zeker zijn van hun inzet, waarvoor dank. Ook mijn hartelijke dank voor de ondersteuning van de bodes die zich altijd maar aan ons, vaak wat uitgebreide tijdschema, moeten aanpassen.

Aan allen die zich het komend jaar zich bezig houden met het wel en wee van onze stad wens ik veel wijsheid en onderling respect toe. Het zal zeker in een verkiezingsjaar bijdragen aan een florerend Delft Kennisstad.

De VOORZITTER: Door de heer Borghols c.s. is het volgende amendement (AVI) ingediend:

'De gemeenteraad van Delft, bijeen op 6, 11 en 13 november 1997 besluit:

- de reinigingsrechten voor 1998 te verlagen met fl. 15, zodat de tarieven worden:

voor 1-persoonshuishoudens fl. 270 per jaar en

voor meerpersoonshuishoudens fl. 404,04 per jaar

- het reinigen van de individuele GFT-containers in te voeren tegen geringe meerkosten van fl. 200.000 ofte wel fl. 5 per huishouden. Dit te betalen uit het vereveningsfonds hogere verwerkingskosten.

Zie slot heer Torenstra.

 

volgende deel handelingen