Stuk 192 I Delft, 9 december 1997.

Dienst Maatschappelijke Zorg

D97003129

Onderwerp: mandateringsbesluit Wet

Inschakeling Werkzoekenden (WIW)

Aan de gemeenteraad.

Op 10 december 1997 brengt de commissie educatie en werk een advies uit over de nota "Wet Inschakeling Werkzoekenden" (D 973129). Een voorstel uit die nota betreft de mandatering aan Stichting Werkplan van (delen van) de uitvoering van de WIW.

In art. 8 van de WIW is geregeld dat het gemeentebestuur voor de uitvoering van de WIW een rechtspersoon kan aanwijzen. In het aanwijzingsbesluit regelt het gemeentebestuur de inhoud van de rechtsbetrekking tussen de gemeente en de betrokken rechtspersoon.

In overeenstemming met het advies van de commissie educatie en werk stellen wij u voor om accoord te gaan met het mandateringsbesluit WIW.

Hoogachtend,

Burgemeester en wethouders van Delft,

H.M.C.M. van Oorschot ,burgemeester.

U. Sijtema ,secretaris.

Stuk 192 II

Dienst Maatschappelijke Zorg

D97003129

De raad van de gemeente Delft;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 9 december 1997;

gelet op artikel 8 van de Wet Inschakeling Werkzoekenden (WIW),

overwegende dat de gemeenteraad een rechtspersoon kan aanwijzen ten behoeve van de uitvoering van de WIW en dat in dat aanwijzingsbesluit de inhoud van de rechtsbetrekking tussen de gemeente en de betrokken rechtspersoon moet worden geregeld,

b e s l u i t :

vast te stellen het volgende

Dit aanwijzingsbesluit verstaat onder:

de Wet : de Wet Inschakeling Werkzoekenden;

arbeidsvoorzieningsorganisatie : de arbeidsvoorzieningsorganisatie als bedoeld in de Arbeidsvoorzieningswet 1996;

uitkeringsgerechtigde : de uitkeringsgerechtigde als bedoeld in artikel 1, 1e lid, onderdeel d, van de Wet;

langdurig werkloze : de langdurig werkloze als bedoeld in artikel 1, 1e lid, onderdeel e, van de Wet;

jongere : de jongere als bedoeld in artikel 1, lid 1, onderdeel f, van de Wet;

dienstbetrekking : de dienstbetrekking met de gemeente als bedoeld in artikel 4 van de Wet;

arbeidsovereenkomst : de arbeidsovereenkomst als bedoeld in artikel 610, eerste lid, van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek;

werkervaringsplaats : de plaatsing als bedoeld in artikel 5 van de Wet van een jongere of langdurig werkloze bij een werkgever;

werknemer : degene die een dienstbetrekking heeft;

onderneming : de onderneming als bedoeld in artikel 1, onderdeel c, van de Wet op de ondernemingsraden.

Op grond van artikel 8 van de Wet wordt de Stichting Werkplan aangewezen ten behoeve van de uitvoering van de Wet, voor zover het betreft de taken en bevoegdheden genoemd in artikel 3 van dit besluit.

Stuk 192 II pag. 2

Stichting Werkplan krijgt daarbij de volgende taken en bevoegdheden:

- het namens de gemeente aangaan van arbeidsovereenkomsten met jongeren en langdurig werklozen, overeenkomstig de bepalingen in de Wet. Op deze arbeidsovereenkomsten zijn de bepalingen van titel 10 van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek van toepassing;

- het namens de gemeente verstrekken van opdrachten aan werknemers welke voortvloeien uit de arbeidsovereenkomst, dan wel gericht zijn op het realiseren van in het kader van de Wet gestelde individuele doelstellingen;

- het namens de gemeente aangaan van overeenkomsten met ondernemingen aangaande het detacheren van werknemers;

- het namens de gemeente toepassen van arbeidsovereenkomsten waartoe de gemeente is verplicht bij of krachtens de Wet en een Collectieve Arbeidsovereenkomst waar de gemeente aan is gebonden;

- het namens de gemeente, binnen het kader van de Wet en de gemaakte financiële afspraken, alsmede de samenwerkingsafspraken met de arbeidsvoorzienings-organisatie, toekennen van subsidies aan werkgevers, waar jongeren of langdurig werklozen in dienst treden in het kader van een werkervaringsplaats.

In gevallen, de uitvoering van dit besluit betreffende, waarin dit besluit niet voorziet, beslissen burgemeester en wethouders.

Dit besluit treedt in werking per 1 januari 1998.

Dit besluit kan worden aangehaald als: Aanwijzingsbesluit WIW

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 18 december 1997.

H.M.C.M. van Oorschot, burgemeester

U. Sijtema, secretaris

Stuk 192 II pag. 3

Op het moment van de totstandkoming van dit besluit is de WIW nog niet formeel vastgesteld in de Eerste Kamer en ontbreekt een wettelijke basis voor dit besluit. Niettemin is ervoor gekozen om het besluit toch voor te bereiden, gezien het feit dat de WIW per 1 januari 1998 in werking treedt. Mede gezien het korte invoeringstraject is niet gekozen voor het voeren van een fundamentele discussie over de exacte positionering van de uitvoering van de WIW. Deze discussie wordt in de loop van 1998 gevoerd. Mocht dat tot bijstelling van dit besluit leiden, dan worden daar in de loop van 1998 voorstellen over voorbereid.

Bij de Stichting is thans de uitvoering van de Banenpoolregeling en van de Jeugdwerkgarantiewet ondergebracht. Daardoor is bij de Stichting alle kennis en ervaring aanwezig om ook de WIW uit te voeren. Overigens is in artikel 9 van de Statuten van de Stichting vastgelegd dat de feitelijke uitvoering van de werkzaamheden geschiedt door de gemeente Delft. De uitvoerders zijn dan ook allen ambtenaren in dienst van de gemeente (DMZ).

Met de huidige werknemers van de Stichting (BP-ers en JWG-ers) hoeven geen nieuwe arbeidsovereenkomsten te worden afgesloten. De Wet is dusdanig geformuleerd dat de arbeidsovereenkomst in het kader van de BP-regeling en de JWG bij wet wordt omgezet in een arbeidsovereenkomst in het kader van de WIW.

Hierin is geregeld dat de uitvoeringstaken en bevoegdheden van Stichting Werkplan liggen op het terrein van de detacheringen en de werkervaringsplaatsen. De beleidstaken en verantwoordelijkheden op het terrein van scholing en (sociale) activering liggen bij de diensten WOC en DMZ.