Stuk 34 I Delft, 19 februari 1998.
Dienst Stadsontwikkeling
S98000738
Onderwerp: Verkeers- en Vervoerplan.
Aan de gemeenteraad.
Geachte dames en heren,
Voor u ligt ter inzage het Verkeers- en Vervoerplan van Delft inclusief de inspraak- rapportage. Dit Verkeers- en Vervoerplan vormt het gemeentelijke beleidskader voor de diverse activiteiten op het gebied van verkeer en vervoer en de daaraan verwante beleidsvelden, zoals ruimtelijke ordening, economie en milieu.
Doel Verkeers- en vervoersplan
Binnen de kaders van het rijks-, provinciale- en regionale beleid moet de gemeente haar eigen beleid bepalen ten aanzien van verkeer en vervoer. De belangrijkste invalshoeken daarbij zijn het waarborgen van bereikbaarheid, het verbeteren van verkeersveiligheid en het beperken van de schadelijke milieu-effecten.
Met dit Verkeers- en Vervoersplan wordt het verkeers- en vervoerbeleid van de gemeente Delft expliciet verwoord. Met het uitwerken van een samenhangende visie op verkeer en vervoer maakt de gemeente Delft duidelijk waar zij staat en waar ze naar toe wil. Zowel voor de lokale besluitvorming als voor de inwoners en bedrijven die zich in Delft hebben gevestigd (of willen vestigen) is dit belangrijke informatie. Daarnaast zijn er de andere overheden waarvoor de gemeentelijke visie van belang is voor de eigen beleids- en planvorming of subsidiëring.
De centrale doelstelling van het VVP luidt:
Het zeker stellen van de bereikbaarheid van de maatschappelijke en economische activiteiten in de gemeente en van de mobiliteit van de bevolking, onder de conditie van verbetering van het milieu en van de verkeersveiligheid.
Om de centrale doelstelling te kunnen realiseren moet de groei van de automobiliteit binnen de gemeente worden beperkt tot 10% tussen 1986 en 2010.
Voor het behalen van de doelstellingen ten aanzien van verkeer en vervoer stelt de gemeente diverse instrumenten beschikbaar die onderling nauw met elkaar samenhangen. Te denken valt daarbij aan:
verkeersinfrastructuur (onder andere wegen, fietspaden, trambanen);
parkeer-/stallingsvoorzieningen (capaciteit, locaties, kwaliteit);
het voorzieningenniveau van het openbaar vervoer (routes, frequenties, halteplaatsen);
"flankerend beleid" (parkeertarieven, vervoermanagement);
communicatie/voorlichting;
ruimtelijke ordening.
Het Verkeers- en Vervoerplan geeft de visie weer van de gemeente Delft op verkeer en vervoer en de daartoe in te zetten instrumenten in hun onderlinge samenhang. Per vervoerwijze is in het plan een doelstelling aangegeven met de bijbehorende oplossingsrichtingen.
Resultaten Inspraak
In de maand december van 1997 is de inspraak rond het concept Verkeers- en Vervoerplan gehouden. De reacties die in dit kader zijn ontvangen zijn verwerkt in de Inspraakrapportage.
In totaal zijn er ruim 40 reacties binnengekomen. Naast vele individuele reacties zijn ook brieven ontvangen van belangenorganisaties als Kamer van Koophandel, ENFB, ROVER, Milieudefensie en diverse bewonersverenigingen. Al deze reacties zijn als bijlage in de Inspraakrapportage met een puntsgewijze samenvatting opgenomen. De opmerkingen die zijn gemaakt in de raadscommissie Wonen van 2 december 1997 en de opmerkingen die zijn gemaakt op de inspraakavonden van 15 en 16 december 1997 zijn eveneens verwerkt. De Inspraakrapportage is opgebouwd uit de volgende delen:
Deel I Beantwoording van de circa 170
vragen uit de inspraak. In vet is aangegeven
hoe de reactie is verwerkt;
Deel II Overzicht van teksten en tekeningen die ten opzichte van het concept hoofd -
rapport VVP zijn gewijzigd;
Deel III Prioriteitenoverzicht maatregelenplan 1998-2001;
Deel IV Verslag van de inspraakavonden inclusief presentielijsten;
Deel V Samenvattend overzicht van de reacties met verwijzing naar de beantwoording;
Deel VI Kopie ontvangen inspraakreacties.
In alle brieven is een commentaar op het concept VVP verwoord. In een aantal reacties is waardering uitgesproken voor de opzet en de beleidsdoelen van het VVP.
Naast de vele gedetailleerde vragen en opmerkingen, hebben de belangrijkste opmerkingen betrekking op:
de procedure (te kort en in een ongelukkige maand);
het ambitieniveau/doelstellingen, aan één kant te hoog en aan de andere kant te laag;
het concentreren van autoverkeer op de Provinciale weg met een functieverlaging van de Voorhofdreef en de Buitenhofdreef voor autoverkeer;
de voorgenomen studie naar de doortrekking van de Zuidwal;
het maatregelenplan dat voorzien moet worden van prioriteiten.
Voor een gedetailleerde beantwoording wordt verwezen naar de voor u ter inzage gelegde Inspraakrapportage.
Kort samengevat zijn de bovenstaande punten in de volgende lijn beantwoord.
De inspraakprocedure voorzag in talrijke momenten dat kennisgenomen kon worden van het plan en de vele mogelijkheden om een reactie kenbaar te maken.
Het verder aanscherpen van de doelstellingen sluit niet aan op de plannen van het Rijk, provincie en Haaglanden en is als zodanig niet realistisch. Voor het behalen van de doelstellingen moeten al vele maatregelen uitgevoerd worden. Daarbij is het Maatregelenplan te beschouwen als een voortschrijdend meerjarenplan. Over de maatregelen kan jaarlijks naar aanleiding van een monitoring-aanpak de fasering en prioriteitsstelling worden vastgesteld, inclusief de bijbehorende kredietvotering.
Het zuidelijk deel van de provinciale weg dient gehandhaafd te worden met het oog op het grote aandeel herkomst-bestemmingsverkeer dat gebruik maakt van deze weg, ook na
doortrekking van de A4 tot Schiedam. Het afsluiten van dit deel van de Provinciale weg leidt tot een forse toename van het verkeer op de Voorhofdreef en de Buitenhofdreef met onevenredig nadelige effecten voor de leefbaarheid, het milieu en de oversteekbaarheid van en bij deze wegen. Op de Voorhofdreef en de Buitenhofdreef dienen zodanige verkeersmaatregelen te worden getroffen dat een gewenste situatie ontstaat ten aanzien van de reductie van het autoverkeer op die wegen en in de omgeving daarvan. Vooralsnog wordt daarbij niet uitgegaan van een afsluiting (knip) van deze wegen. Als uit een analyse op termijn blijkt dat het ontbreken van een dergelijke afsluiting onvoldoende positieve effecten heeft, kan een afsluiting voor doorgaande route als alternatief worden meegenomen.
Voor de uitwerking van de verkeerscirculatie en inrichtingsvarianten zullen in een startnotitie de aanpak en randvoorwaarden worden voorgelegd. In deze studie worden aspecten meegenomen als de vermindering van de barrièrewerking van de Provinciale weg en de verbetering van de kwaliteit en leefomgeving van Voorhof en Buitenhof.
Een globale inschatting van de effecten van de 1oortrekking van de Zuidwal geeft aan dat de verkeersintensiteiten op dit wegvak zullen toenemen. Daar staat tegenover dat de verkeersintensiteiten op diverse wegen in de Wippolder omlaag gaan. Dit maakt een studie op hoofdlijnen noodzakelijk waarbij ingegaan wordt op aspecten als milieu, stedebouw en fysieke mogelijkheden. In deze studie zullen diverse alternatieven bezien worden waaronder:
een afsluiting van de Oostpoortbrug voor autoverkeer, waarbij woningen en bedrijven bereikbaar blijven via de Ezelsveldlaan;
een optimalisering van de verkeerssituatie in en nabij de Mijnbouwstraat en de Julianalaan.
Op basis van deze studie kan besloten worden of een verdere uitwerking van dit project gewenst is.
5. Een prioriteitenlijst is opgenomen.
In deel III van de inspraakrapportage is aangegeven welke wijzigingen/aanpassingen van het concept Hoofdrapport zijn voorgesteld. Deze wijzigingen hebben veelal betrekking op teksten en de tekeningen. Daarnaast is in aanvulling op het maatregelenplan een prioriteitenlijst opgenomen.
Financiën
Voor de uitwerking en uitvoering van de projecten van het VVP zijn diverse dekkingsbronnen. In het prioriteitenschema 1998-2001 is waar mogelijk per project aangegeven welke bron voor de financiering wordt aangewend. Voor de projecten waarvan de uitwerking of uitvoering in 1998 is voorzien, wordt gebruik gemaakt van de bestaande, door de raad gevoteerde kredieten en budgetten vanuit de gewone dienst. De belangrijkste financieringsbronnen zijn:
restantkrediet Fietspadenplan 1.100.000,--
restantkrediet Doorstroming autoverkeer 86.000,--
Bewegwijzering 250.000,--
Onderzoek ontsluiting TU-wijk 86.000,--
restantkrediet Beleidsvisie Verkeer en Vervoer 352.000,--
restantkrediet Prominet 74.000,--
Verkeersveiligheid (Nieuw beleid integrale veiligheid) 50.000,--
(voor 1999 is eveneens 50.000,- beschikbaar gesteld door de Raad)
Daarnaast worden ook aanpassingen verricht in het kader van kredieten voor Kwaliteitsverbetering Binnenstad II, Station Zuid en Kwaliteit in de wijken. Voor diverse projecten worden subsidies bij Haaglanden aangevraagd en een aantal projecten vraagt pas financiering op de langere termijn.
Voor de uitwerking en uitvoering van de projecten in 1999 is een netto bedrag nodig van
600.000,-. Dit wordt dan vooral gebruikt voor:
Black Spot Westlandseweg-Provincialeweg: 200.000,--;
diverse verkeersveiligheidsakties: 125.000,--;
inrichting verblijfsgebieden: 100.000,--;
diverse fietsprojecten: 75.000,--.
In de Kadernota 1999-2002 is voor uitwerking en uitvoering van maatregelen uit het VVP voor het jaar 1999 een reservering ad 600.000,-- netto opgenomen.
In het indicatief investeringsprogramma van de Kadernota 1999-2002 is voor de jaren 2000 en 2001 in totaal een bedrag van 9.260.000,-- netto + PM-posten opgenomen voor uitwerking en uitvoering van maatregelen uit het VVP.
Van dit bedrag is globaal 5.000.000,-- + PM bestemd voor fietsroutes, 900.000,-- + PM voor openbaar vervoervoorzieningen en 3.360.000,-- + PM voor verkeersveiligheidsmaatregelen en -acties.
Met de uitvoering van deze projecten wordt aangesloten op overig bestaand en gewenst beleid van de gemeente, Rijk en Haaglanden.
Op basis van het bovenstaande wordt voorgesteld in te stemmen met:
vaststelling van het hoofdrapport en bijlagenrapport VVP inclusief de wijzigingen zoals aangegeven in deel II van de inspraakrapportage;
de beantwoording van de gestelde vragen conform deel I van de inspraakrapportage;
het voor kennisgeving aannemen van de delen IV,V en VI van de inspraakrapportage;
de vaststelling van het prioriteitenschema 1998-2001 conform deel III uit de inspraakrapportage en de wijze van financieren van de daarin aangeven studies en uitwerkingen. Voorzover deze maatregelen nadere uitwerking vereisen, zal dit gedaan worden aan de hand van startnotities die gebaseerd zijn op de doelstellingen en uitgangspunten als aangegeven in het hoofdrapport van het VVP;
Op basis van de vastgestelde stukken wordt een definitief rapport samengesteld.
De raadscommissie Wonen heeft in haar vergadering van 11 februari 1998 in meerderheid ingestemd met dit voorstel. De behandeling van het Verkeers- en Vervoerplan tijdens deze commissievergadering heeft wel geleid tot een aantal aanpassingen en aanvullingen van het hoofdrapport en het Maatregelenplan. Deze wijzigingen zijn, evenals de wijzigingen naar aanleiding van de inspraak, als bijlage aan dit raadsvoorstel toegevoegd. Gemarkeerd is de tekst die ten opzichte van het concept-hoofdrapport is gewijzigd.
Hoogachtend,
Burgemeester en wethouders van Delft,
H.M.C.M. van Oorschot ,burgemeester.
U. Sijtema ,secretaris.
Stuk 34 II
Dienst Stadsontwikkeling
S98000738
De raad der gemeente Delft,
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 19 februari 1998;
b e s l u i t :
het hoofdrapport en bijlagenrapport van het Verkeers- en Vervoerplan vast te stellen, inclusief de wijzigingen zoals aangegeven in deel II van de inspraakrapportage;
in te stemmen met de beantwoording van de gestelde vragen conform deel I van de inspraakrapportage;
de delen IV, V en VI van de inspraakrapportage voor kennisgeving aan te nemen;
het prioriteitenschema 1998-2001 vast te stellen conform deel III uit de inspraakrapportage en de wijze van financieren van de daarin aangeven studies en uitwerkingen die, voor zover nadere uitwerking vereist is, zullen worden gedaan aan de hand van startnotities gebaseerd op de doelstellingen en uitgangspunten als aangegeven in het hoofdrapport van het VVP;
Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 26 februari 1998.
burgemeester.
secretaris.