Stuk
34 I
01/003346 Delft,
8 februari 2001.
Onderwerp: Heroverwegingsbesluit naar aanleiding van
bezwaarschriften tegen de nota
"Bereikbare
binnenstad, parkeerbeleid sleutel tot
autoluw(plus)".
Aan de gemeenteraad.
Geachte dames en heren,
1. Inleiding
Op 29 juni 2000 heeft uw
gemeenteraad besloten (zie Stuk 116 II 00/013023) vast te stellen de nota ‘Bereikbare binnenstad,
parkeerbeleid sleutel tot autoluw (plus)’ van 19 april 2000, met inbegrip van
de wijzigingen daarop, alsmede de
nota van wijzigingen op bovengenoemde nota, van 31 mei 2000, met inbegrip van
de brief met bijlagen van de wethouder duurzaamheid d.d. 22 juni 2000 tot
herziening op onderdelen van het voorstel (hierna te noemen “nota Bereikbare
binnenstad c.a.”). Dit alles als
leidend principe en richtinggevend kader waarbinnen verdere besluitvorming
inzake (de uitvoering van) het parkeerbeleid en het proces van autoluw (plus)
maken van de binnenstad zal plaats vinden.
Tevens is besloten de beide nota’s te beschouwen als beleidsregel, als bedoeld
in artikel 1:3 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
Dit besluit is bekendgemaakt
in de Stadskrant van 17 augustus 2000. Tegen de vaststelling van de nota zijn
vijf bezwaarschriften ingediend. De bezwaarschriften liggen voor u ter inzage.
Op 20 november 2000 heeft een hoorzitting plaatsgevonden bij de Commissie voor
de beroep- en bezwaarschriften, Kamer I (hierna te noemen “de Commissie”).
2. Advies Commissie
De Commissie heeft op 22
januari 2001 advies uitgebracht, dat u in de eveneens voor u ter inzage gelegde
bijlage aantreft. De Commissie is van mening dat uit het vaststellen van de
nota “Bereikbare binnenstad c.a.” op zichzelf geen rechtsgevolgen voortvloeien
en dat deze nota kan worden beschouwd als een samenstel van beleidsvoornemens
die nog moeten worden uitgewerkt in concrete besluiten. Het hier aan de orde zijnde parkeerbeleid
kan naar het oordeel van de Commissie niet worden aangemerkt als een besluit in
de zin van de Awb.
Over het aanmerken van de nota “Bereikbare binnenstad
c.a.” als beleidsregel merkt de Commissie in haar overwegingen het volgende op:
“De Commissie is van mening dat in dit geval sprake is van voorgenomen
parkeerbeleid voor de Delftse binnenstad in algemene zin, dat is gebaseerd op
een politieke keuze. Dit beleid is niet aan te merken als beleidsregels in de
zin van de Awb. Volgens artikel 1:3, vierde lid, Awb moet onder een
beleidsregel worden verstaan een bij besluit vastgestelde algemene regel, niet
zijnde een algemeen verbindend voorschrift, omtrent de afweging van belangen,
de vaststelling van feiten of de uitleg van wettelijke voorschriften bij het
gebruik van een bevoegdheid van een bestuursorgaan.
Beleidsregels
moeten aanknopen bij bestaande bevoegdheden en dienen ter invulling van een
bestaande beleidsruimte. In dit geval moeten de wettelijke voorschriften en de
daarop te baseren bevoegdheden echter nog worden vastgesteld. Ook voor de
voorgestelde ontheffingsregelingen bestaat op dit moment nog geen wettelijke basis,
zodat deze niet aangemerkt kunnen worden als "beleidsregels.”
Op grond hiervan concludeert
de Commissie dat de nota waartegen bezwaar is gemaakt moet worden geacht geen
rechtsgevolg te hebben en adviseert de Commissie uw raad de bezwaarschriften
niet-ontvankelijk te verklaren.
3. Heroverwegingsbesluit
Een beleidsregel kan
restrictief (beperkt) of extensief (ruim) worden uitgelegd. De Commissie
hanteert de restrictieve uitleg. Over het aanmerken van de nota “Bereikbare
binnenstad c.a.” als beleidsregels hebben wij een andere, meer genuanceerde,
visie dan de Commissie. Wij zijn van mening dat de nota op onderdelen wel is
aan te merken als een beleidsregel in de zin van de Awb en vinden een ruime
uitleg verdedigbaar. Hiertoe overwegen wij het volgende.
De nota “Bereikbare
binnenstad c.a.” vormt het leidend principe en richtinggevend kader waarbinnen
verdere besluitvorming inzake (de uitvoering van) het parkeerbeleid en het
proces van autoluw (plus) maken van de binnenstad zal plaats vinden. Voor de uitvoering van het
parkeerbeleid noodzakelijke maatregelen is nadere besluitvorming noodzakelijk.
Deze nadere besluitvorming betreft onder andere het vaststellen van de
Parkeerverordening Delft 2001, de Verordening Parkeerbelastingen gemeente Delft
2001, de bijlage bij deze verordeningen, de Verordening Ontheffingverlening
autoluw-plusgebied 2001 en diverse verkeersbesluiten. De bevoegdheid om deze
verordeningen vast te stellen ligt op grond van de Gemeentewet bij uw raad. Na
vaststelling van de verordeningen zijn wij op basis van de
wegenverkeerswetgeving bevoegd om de verkeersbesluiten te nemen. De wijze
waarop met deze bevoegdheden dient te worden omgegaan en welke belangenafweging
daarbij dient te worden gemaakt, wordt in de nota “Bereikbare binnenstad” aangegeven.
In die zin is de nota aan te merken als een beleidsregel. Een beleidsregel heeft immers betrekking op
de wijze waarop een bestaande bevoegdheid zal worden uitgeoefend. Enkele
voorbeelden van beleidsregels uit de nota in dit verband zijn:
·
de gehele binnenstad is
autoluw met mogelijkheid voor bewoners en specifieke belanghebbenden om te
parkeren;
·
in het autoluw gebied is
alleen parkeren toegestaan voor vergunninghouders;
·
bezoekersparkeerplaatsen
worden aan de rand van het autoluwe gebied gerealiseerd op de daartoe
aangewezen terreinen en parkeergarages;
·
parkeren op straat wordt
duurder dan op een aangewezen terrein of in een garage.
Daarnaast worden in de nota
“Bereikbare binnenstad c.a.” feiten vastgesteld die van belang zijn wanneer
gebruik wordt gemaakt van de bevoegdheid tot nadere besluitvorming.
(bijvoorbeeld: het vaststellen van de huidige knelpunten in het parkeren, de
parkeerzonering in de bestaande situatie en het bestaande autoluwe gebied).
In
voorkomende gevallen kan ter motivering van een besluit in een concreet geval
worden verwezen naar de beleidsregels uit de nota. Zo wordt in de nota
aangegeven aan welke criteria het autoluw gebied moet voldoen. Bij de te nemen
verkeersbesluiten die nodig zijn om een gebied autoluw te maken kan worden
verwezen naar de betreffende uitgangspunten in de nota. Naar ons oordeel is in
een dergelijk geval sprake van een beleidsregel in de zin van de Awb.
De
wet schrijft geen specifieke vorm voor beleidsregels voor. De Memorie van Toelichting
zegt hierover dat vorm en aanduiding van een schriftelijk stuk niet beslissend
zijn. Het is dus mogelijk dat een beleidsregel is opgenomen is een stuk dat
wordt aangeduid als een beleidsnota/notitie, plan, circulaire of zelfs een
brief. Voor de toepasselijkheid van de Awb maakt dit geen verschil. Het
parkeerbeleid is in dit geval in een beleidsnota vervat.
Gelet
op bovenstaande zijn wij samenvattend primair dan ook van mening dat
verdedigbaar is dat de nota “Bereikbare binnenstad c.a.” op onderdelen is aan
te merken als een beleidsregel in de zin van artikel 1:3 lid 4 Awb. Uit artikel
7:1 j° 8:2 Awb volgt dat geen bezwaar en beroep kan worden ingesteld tegen een
beleidsregel, zodat bezwaarmakers niet-ontvankelijk dienen te worden verklaard.
Subsidiair
geldt dat indien de nota niet zou zijn aan te merken als een beleidsregel en er
een ander “juridisch etiket” aan gegeven zou worden, dit geen gevolg heeft voor
de status van het besluit, de gemaakte belangenafweging en het dictum
(niet-ontvankelijkheid).
Met het
oog op het voorkomen van precedentwerking adviseren wij uw raad wat betreft de
motivering van de niet-ontvankelijkheid het advies van de Commissie niet over
te nemen. Wanneer we ons standpunt dat de nota “Bereikbare binnenstad”
beleidsregels bevat thans verlaten, wordt in het algemeen het gebruikmaken van
beleidsregels in de toekomst beperkt. Er kan dan namelijk al gauw worden
verwezen naar kennelijk aanvaarde “jurisprudentie” van de Commissie op dit
punt. Bovendien is het resultaat voor de indieners van het bezwaarschrift
hetzelfde, namelijk niet-ontvankelijk.
Wij
adviseren uw raad gelet op bovenstaande om het besluit van 29 juni 2000 om de
nota “Bereikbare binnenstad c.a.” aan te merken als een beleidsregel in stand
te laten en de bezwaarschriften die zijn ingediend tegen de nota “Bereikbare
binnenstad c.a.” niet-ontvankelijk te verklaren, conform het concept-besluit.
Wij stellen uw raad voor ons college te machtigen de indieners van
bezwaarschriften aldus te berichten.
Overigens
zijn wij met de Commissie van mening dat de nota “Bereikbare binnenstad c.a.”
niet kan worden aangemerkt als uitvoeringsregels of administratieve
maatregelen. De vast te stellen bijlagen (exclusief het onderdeel over
tarieven) behorende bij de Parkeerverordening gemeente Delft 2001, de
Verordening Parkeerbelastingen gemeente Delft 2001 en de Verordening
Ontheffingverlening autoluw-plusgebied 2001 zijn wel als zodanig aan te merken.
In deze bijlagen wordt vastgesteld in welk gebied welk parkeerregime geldt. Dat
is een BAS (Besluit van Algemene Strekking) dat vatbaar is voor bezwaar en
beroep.
In haar
overweging ten overvloede geeft de Commissie aan dat het gezien de inhoudelijke
reacties van reclamanten wenselijk is in het vervolgtraject aan reclamanten en
aan andere belanghebbenden duidelijk te maken op welke momenten en tegen welke
besluiten bezwaar en beroep open staat. Wij stellen uw raad daarom voor om ons
op te dragen de indieners van bezwaarschriften
schriftelijk te informeren over het moment waarop en waartegen bezwaar
en beroep kan worden ingediend.
4. Slot
Wij stellen u voor, in overeenstemming met het advies
van de gecombineerde commissie cultuur, kennis en economie en duurzaamheid,
I
de
bezwaarschriften ingediend tegen het besluit van 29 juni 2000 tot vaststelling
van de nota “Bereikbare binnenstad c.a.” niet-ontvankelijk te verklaren,
conform het concept-besluit;
II
het besluit van 29 juni 2000 om de nota “Bereikbare
binnenstad c.a.” te beschouwen als een beleidsregel in stand te laten;
III
voor de
motivering van de besluiten onder I en II de overwegingen uit dit voorstel over
te nemen;
IV
burgemeester en wethouders op te dragen:
·
de
indieners van de bezwaarschriften schriftelijk te berichten inzake het besluit
van de raad op de bezwaarschriften;
·
de
indieners van de bezwaarschriften schriftelijk te berichten over het moment
waarop en waartegen bezwaar en beroep kan worden ingediend.
Hoogachtend,
Burgemeester
en wethouders van Delft,
H.M.C.M.
van Oorschot ,burgemeester.
N. Roos ,secretaris.
Stuk 34 II
01/003346
De
raad der gemeente Delft;
gelezen
het voorstel van burgemeester en wethouders van 8 februari 2001;
gelezen het advies van de
Commissie voor de beroep- en bezwaarschriften, Kamer I, nummer
I00062/I00063/I00064/I00070/I00076 van 22 januari 2001;
gelet op titel 4:3 en de
artikelen 1:3 lid 4, 7:1, 8:1 en 8:2 van de Algemene wet bestuursrecht;
b
e s l u i t
de bezwaarschriften van:
1. - ir.
J.A.M. Kok en A.W.M. Kok-Haarhuis, Vlamingstraat 80, 2611 LA Delft
-
W.C.E. Kemper - van
Eendenburg en A.J. Kemper, Vlamingstraat 56, 2611 KZ Delft
-
ir. K.J.H.W. Deen en
drs. M.D.T.M. de Jong, Vlamingstraat 86, 2611 LA Delft
-
mr. drs. M.C.M.N. Lutz -
van der Kley en mr. L.J.J.M. Lutz, Vlamingstraat 56, 2611
KZ Delft
gedateerd 7 augustus 2000, ontvangen 9 augustus 2000;
2. Geelkerken & Linskens advocaten, de heer mr.
C.M.E. Verhaegh, Postbus 2020, 2301 CA, Leiden, namens
- de heer W.M. de Wit, h.o.d.n. Bandenservice
De Wit, Beestenmarkt 49-51, 2611 GA Delft gedateerd 9 augustus 2000,
ontvangen 11 augustus 2000, nader
gemotiveerd d.d. 4 september 2000;
3. Evers Bosboom Hiemstra advocaten, de heer mr. J.
Hiemstra, Postbus 56, 2630 AB, Nootdorp, namens:
- V.o.f.
Le Vieux Jean, Heilige Geestkerkhof 3, 2611 HP
Delft
- Stegeman
Schoenen v.o.f., Vrouwjuttenland 27, 2611 LB
Delft
- Videotheek
De Klis, Vrouwjuttenland 11, 2611 LB
Delft
- A-tembo
v.o.f., Vrouwjuttenland 7, 2611 LB Delft
- Fa.
A.H. van Renssen & Zonen, Vrouwjuttenland 15, 2611 LB Delft
- Hartman
geschenken v.o.f., Hippolytusbuurt 39, 2611 HM
Delft
- Rothfusz
Hengelsport B.V., Beestenmarkt 11, 2611 GA
Delft
- Fa.
W. Verbeek jr., verfzaak Beestenmarkt, 2611 GA
Delft
- W.J.
van Velzen v.o.f., h.o. Spar Supermarkt, Burgwal 5, 2611 GE Delft
- Rijwielsporthuis
Piet Vonk, Voldersgracht 20, 2611 EV
Delft
- F.
Wijtman, panden Markt en eigenaar Hotel-Café-restaurant ’t Raedthuys, Markt
34, 2611 GV Delft
- Talens
Foto-Video-Audio, Markt 36, 2611 GV
Delft
- G.W.
Ploegmakers, Markt 36a, 2611 GV Delft
- Talens
Beheermaatschappij B.V., Bellweg 7, 2627 AW
Delft
- Slagerij
Leo van Vliet, Oude Kerkstraat 9A, 2611 HT
Delft
- Firma
A.J. Prins Kantoorboekhandel v.o.f., Choorstraat 2A, 4 en 6, 2611 JG Delft
- Valkenburg
Slagerij B.V., Brabantse Turfmarkt 80, 2611 CP
Delft
- J.
Roodenrijs, Brabantse Turfmarkt , Delft
- G.A.
van der Heijden, Oude Delft 122A Delft, 2611 CG Delft
- T.
Koreneef, woninginrichting Ideaal Wonen, Jacob Gerritstraat 5, 2611 ES Delft
- Talens
Foto Video Hifi TV, Markt 19-21, 2611 GP Delft
Stuk 34 II pag. 2.
- R.
van der Leeuw, opticiën, Koornmarkt 86, 2611 EJ Delft
- Pizza
Rapido, Van Leeuwenhoeksingel 69, 2611 AE Delft
gedateerd 9 augustus 2000, ontvangen 11 augustus 2000,
nader gemotiveerd d.d. 4 september 2000;
4. J.M.F. Kuypers, Van Renswoudestraat 8, 2612 HX Delft, mede namens:
- U.
Frasca, Van Renswoudestraat 20, 2612 HZ
Delft
- R.T.
Frasca, Van Renswoudestraat 20, 2612 HZ
Delft
- A.J.
Brehm, Van Renswoudestraat12, 2612 HX
Delft
- P.E.
Rietveld, Van Renswoudestraat 12, 2612 HX
Delft
- C.J.
Gebraad, Van Renswoudestraat 10, 2612 HX
Delft
- K.
Timmerman, Van Renswoudestraat 6, 2612 HX
Delft
- L.M.
Vergunst, Van Renswoudestraat 6, 2612 HX
Delft
- P.
de Groot, Oostsingel 77, 2612 HE Delft
- Mw.
De Bloois, Van Renswoudestraat 4, 2612 HX
Delft
- A.R.
Ubels, Van Renswoudestraat 8, 2612
HX Delft
- J.
IJzelenberg, Koepoortstraat 11 en 13, 2612 HS
Delft
- L.J.
IJzelenberg, Koepoortstraat 11 en 13, 2612 HS
Delft
- L.P.
Verwey, Koepoortstraat 20, 2612 HT
Delft
- P.J.
Hartogs, Koepoortstraat 4, 2612 HT
Delft
- N.
Bosman, Koepoortstraat 7, 2612 HS Delft
- W.
Woudwijk, Koepoortstraat 14, 2612 HT
Delft
- A.
Bessels, Koepoortstraat 19, 2612 HS
Delft
- G.Th.
Krapels, Koepoortstraat 30, 2612 HT
Delft
- H.
Kluivingh, Koepoortstraat 34, 2612 HT
Delft
- Nutbeij,
Koepoortstraat 36, 2612 HT Delft
- J.
v.d. Meer, Koepoortstraat 43, 2612 HS
Delft
gedateerd 8
augustus 2000, ontvangen 10 augustus 2000, nader gemotiveerd 25 september 2000;
5. Bewonersvereniging Grachtengebied Zuid, p/a Koornmarkt
91, 2611 ED
gedateerd 7 september 2000, ontvangen 11 september
2000;
gericht tegen het besluit van
29 juni tot vaststelling van de nota ‘Bereikbare binnenstad, parkeerbeleid
sleutel tot autoluw (plus)’ van 19 april 2000, met inbegrip van de wijzigingen
daarop, alsmede de nota van
wijzigingen op bovengenoemde nota, van 31 mei 2000, met inbegrip van de brief
met bijlagen van de wethouder duurzaamheid d.d. 22 juni 2000 tot herziening op
onderdelen van het voorstel, niet-ontvankelijk te verklaren;
II
het
besluit van 29 juni 2000 om de nota
‘Bereikbare binnenstad, parkeerbeleid sleutel tot autoluw (plus)’ van 19 april
2000, met inbegrip van de wijzigingen daarop, alsmede de nota van wijzigingen op bovengenoemde nota, van 31 mei
2000, met inbegrip van de brief met bijlagen van de wethouder duurzaamheid d.d.
22 juni 2000 tot herziening op onderdelen van het voorstel, te beschouwen als een beleidsregel in stand te
laten;
III
voor de motivering van de
besluiten onder I en II de overwegingen uit het in de aanhef genoemde voorstel
van burgemeester en wethouders over te nemen;
Stuk 34 II pag.
3.
IV
burgemeester
en wethouders op te dragen:
·
de
indieners van de bezwaarschriften schriftelijk te berichten inzake het besluit
van de raad op de bezwaarschriften;
·
de
indieners van de bezwaarschriften schriftelijk te berichten over het moment
waarop en waartegen bezwaar en beroep kan worden ingediend.
Aldus
vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 22 februari 2001.
,burgemeester.
,secretaris.