Stuk 155 I

02/030290                                                                                           Delft, 16 oktober 2002.

 

Onderwerp:       benoeming griffier

 

 

Aan de Gemeenteraad.

 

Geachte dames en heren,

 

In de periode vanaf 14 maart 2002 is door de interim griffier kwartier gemaakt voor de nieuw vorm te geven ondersteuning voor de gemeenteraad. Dit heeft er onder meer toe geleid dat de gemeenteraad 27 juni j.l. heeft ingestemd met de invoering van het basismodel voor de raadsondersteuning: een raadsgriffier en een griffie voor het vervullen van secretariële en procesmatige taken. U heeft daarbij gelijkertijd het fractievoorzitters-overleg gemachtigd voor de vervulling van de vacature raadsgriffier een nadere procedure (profielschets, werving) af te spreken. Het fractievoorzittersoverleg heeft eveneens op 27 juni j.l. de te volgen procedure vastgesteld, waarbij in eerste aanleg gezocht zou worden naar geschikte interne kandidaten.

 

De door het fractievoorzittersoverleg ingestelde selectiecommissie heeft in de eerste helft van oktober sollicitatiegesprekken gevoerd met twee interne kandidaten. Op basis van deze gesprekken draagt de selectiecommissie thans  dhr. R. de Groot voor om door u als griffier benoemd te worden. Een ambtelijke adviescommissie heeft hiertoe positief geadviseerd.  De selectiecommissie maakt daarbij de aantekening, dat het voor zowel de raad als voor de aanstaande griffier nog een zoektocht is hoe aan het duaal stelsel verder invulling gegeven kan worden. Het is nu immers nog niet uitgekristalliseerd wat het ambitieniveau van de raad wordt en hoe de griffier daarop in kan spelen. Dit in ogenschouw nemend stel ik u voor per 1 december a.s. de door de selectiecommissie voorgedragen kandidaat te benoemen tot griffier, waarbij wordt vastgelegd dat er na 1 jaar griffierspraktijk een evaluatie zal plaatsvinden, waarbij inhoud van de functie en de feitelijke invulling daarvan opnieuw tegen het licht zullen worden gehouden.

 

Binnen de griffie zijn maatregelen genomen voor onderlinge vervanging m.b.t. het dagelijks gebeuren van commissies en raad. In aanvulling daarop heeft u bij de aanstelling van de interim griffier mv. C. van der Rest, die eerstverantwoordelijk is voor de logistieke ondersteuning voor de raad, tevens tot plaatsvervangend griffier benoemd. Mocht de raadsgriffier echter voor langere tijd niet aanwezig zijn is een aanvullende voorziening nodig voor de gewenste continuïteit in het inhoudelijke griffierswerk. In de door u vastgestelde Instructie voor de raadsgriffier’ is in dit verband opgenomen, dat indien de raadsgriffier (meer dan twee werkweken) verhinderd is zijn ambt te vervullen, hij daarvan tijdig mededeling aan de raad doet, en zijn taken worden waargenomen door de waarnemend raadsgriffier. In de toelichting op deze instructie is ook aangegeven dat daarvoor een beroep gedaan wordt op een vanuit de reguliere organisatie van de gemeentesecretaris nog aan te wijzen waarnemend griffier. Op voorspraak van de gemeentesecretaris  stel ik u thans voor mr. D.J. van Doorninck eveneens ingaande 1 december 2002 tot waarnemend griffier te benoemen.      

 

In de Wet dualisering gemeentebestuur is de overgangsbepaling opgenomen, dat  raadsgriffiers per 7 maart 2003 benoemd worden. Via de Aanpassingswet (die nog ter behandeling voorligt van de Eerste Kamer) wordt de mogelijkheid gecreëerd dat gemeentes al op een eerder tijdstip besluiten om een griffier aan te stellen. Veel gemeentes hebben dat inmiddels ook gedaan. Voorafgaand aan de inwerkingtreding van deze Aanpassingswet (of tot de overgangstermijn verstreken is) is op dit moment formeel alleen het college bevoegd om een medewerker als ‘griffier’ specifiek belast met de ondersteuning van de raad  te benoemen. Na inwerkingtreding van de Aanpassingswet c.q. na het verstrijken van de overgangstermijn kan dan de raad de aanstelling van deze griffier bekrachtigen.

 

Gezien het bovenstaande stel ik u voor:

§         per 1 december 2002 te benoemen tot griffier drs. R. de Groot;

§         eveneens per 1 december 2002 te benoemen tot waarnemend griffier mr. D.J. van Doorninck;

§         gelijktijdig te ontheffen van de griffiersfunctie drs. B. den Uijl onder dankzegging voor de door hem vervulde taak

§         het college te verzoeken de benoeming van de aanstaande griffier, de benoeming van de waarnemend griffier, en de ontheffing van zijn functie van de huidige griffier ingaande 1 december 2002 te effectueren.

 

en daartoe bijgaand ontwerpbesluit vast te stellen.

 

Hoogachtend,

 

 

 

H.M.C.M. van Oorschot ,burgemeester.

 

 


 

Stuk 155 II

02/030290

 

 

 

 

De raad der gemeente Delft,

 

gelezen het voorstel van de burgemeester van 16 oktober 2002;

 

gelet op artikel 107 van de gemeentewet;

 

b e s l u i  t :

 

§         per 1 december 2002 te benoemen tot griffier drs. R. de Groot;

§         eveneens per 1 december 2002 te benoemen tot waarnemend griffier mr. D.J. van Doorninck;

§         gelijktijdig te ontheffen van de griffiersfunctie drs. B. den Uijl onder dankzegging voor de door hem vervulde taak

§         het college te verzoeken de benoeming van de aanstaande griffier, de benoeming van de waarnemend griffier, en de ontheffing van zijn functie van de huidige griffier ingaande 1 december 2002 te effectueren.

 

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 31 oktober 2002.

 

 

 

                                                           ,burgemeester.

 

 

 

                                                           ,lo.secretaris.