06 augustus 2002

Jaarprogramma Maatschappelijke Activiteiten 1999 - deel 5 uit 5

vorige_pagina.gif (193 bytes)
naar deel 4

 


Emancipatie

1998

1999

1999

* budget beschikbaar        

217.450

- structureel

209.050

217.450

- incidenteel (kadervorming)

18.650

0

227.700

217.450

   
 
* uitgaven           
- VO/C

29.673

31.008

- VOS

20.163

21.070

- Vrouwen in de bijstand

14.834

0

- DWH

10.454

12.103

- Birlik

8.558

8.944

- PSC

1.141

1.192

  
- NvvH

1.598

1.670

- NCVB

1.643

1.717

- Geerweg vrouwen

858

897

- Potterie

1.128

0

- VGC (directiefunctie)

42.640

0

- SWD (ondersteuning communicatie wrkgrp migranten)

20.000

20.880

- Irakese groep

3.000

5.962

- Iranese groep

3.000

5.962

- Somalische groep

3.000

5.962

- Stichting Vluchtelingenwerk

3.000

5.962

- Vrouwen opbouwwerk

0

82.730

- Huisvesting vrouwengroepen

0

34.000

- Budget projectsubsidie

0

30.000

- Flexibel budget

58.010

0

52.609

      
Totaal

222.700

270.059

270.059

* Dit bedrag wordt gedekt uit het budget migranten (FCL 620.111)  

11. Overige Terreinen

Bureau Respect (Meldpunt Rassendiscriminatie)

Evaluatie 1997/1998

Op basis van een meerjarige aanpak heeft Bureau Respect haar stedelijke activiteiten gericht op bewustwording, het bestrijden van vooroordelen en het bevorderen van tolerantie, vooral gericht op jongeren. Daarbij stond het project Respect 2000 centraal. Dit project heeft als doelstelling om in de periode tot het jaar 2000 in totaal tenminste 2000 jongeren tussen 12 en 20 jaar actief te laten deelnemen aan activiteiten die tolerantie bevorderen of intolerantie tegen gaan. Bij het project is een aanpak gekozen die jongeren activeert, stimuleert en hun eigen verantwoordelijkheden geeft. In het project was aan de vier Delftse scholen voor voortgezet onderwijs een belangrijke plaats gegeven. Op die scholen zouden de initiatiefgroepen gevormd worden die zelf activiteitenplannen moesten ontwikkelen. Helaas bleken niet alle scholen tot medewerking bereid. Er wordt daarom gezocht naar mogelijkheden om de organisatie van het project aan te passen. Het Bureau Respect heeft in 1998 activiteiten georganiseerd voor jongeren, die aansluiten bij haar doelstellingen . Daaraan hebben meer dan 500 jongeren deelgenomen.

Afspraken

Via een aangepaste opzet wordt het project Respect 2000 voortgezet. De doelstelling van het project ( actief betrekken 2000 jongeren tot het jaar 2000) is alleen haalbaar als een aangepaste opzet mogelijk blijkt. Bureau Respect zal in 1999 activiteiten organiseren gericht op jongeren. Streefcijfer is om daarbij ten minste 500 jongeren te betrekken. Bureau Respect zet zich maximaal in om hiervoor aanvullende financiering te krijgen.

14. Culturele Instellingen

Theater.

In het laatste kwartaal van 1998 vindt een evaluatie plaats met Theater de Veste zodat de definitieve exploitatiesubsidie voor de komende jaren (vanaf september 1999 e.v.) is vastgesteld. Die evaluatie wordt gebaseerd op de prestatie- en financiële afspraken, ook met betrekking tot de culturele en commerciële verhuringen, zoals die in 1997 zijn geformuleerd: een evenwichtig programma op basis van het structureel subsidie ad ƒ 1.120.000,= en zonder de incidentele bijdrage ad ƒ 172.000,=.

Openbare Bibliotheek

Het bibliotheekbestuur heeft op verzoek van het vorige college haar visie op de toekomstige functie van de bibliotheek ontvouwd. Daarbij is ook een invulling gegeven aan de opdracht uit de gemeentelijke strategienota (1995) om het subsidiebedrag met ingang van 1999 met ƒ 250.000,- te kunnen verlagen. Het bibliotheekbestuur is voorstander van een centralisatie van het bibliotheekwerk en vindt het noodzakelijk om de informatiefunctie van de bibliotheek verder te ontwikkelen.

Deze visie en financiële uitwerking zal eind 1998 en in 1999 politiek besproken worden, om zo tot gezamenlijke besluitvorming te komen over de gewenste dienstverlening in de stad en het subsidiebedrag. Daarbij wordt ook de mogelijkheid betrokken van een verandering in de huisvestingssituatie van de bibliotheek.

Het nieuwe college treedt over het voorgaande in overleg met het bibliotheekbestuur. Het te bezuinigen bedrag is door het college verlaagd tot ƒ 150.000,- structureel.

Paul Tétar van Elven.

Het Museum Paul Tétar van Elven heeft subsidie-aanvraag ingediend.

Dit museum ontvangt van de gemeente jaarlijks een kleine structurele subsidie (1998: ƒ 3.470,=).

Het museum vraagt voor 1999 op basis van een ontwikkelingsprogramma en gericht op een verantwoord collectiebeheer en een uitbouw van publieksfuncties een structureel subsidie van ƒ 50.000,= tot ƒ 55.000,=. Er wordt een incidentele subsidie gevraagd van in totaal ƒ 172.800,= voor een drietal projecten:

  1. installatie van een volledig systeem van klimaatbeheersing: ƒ 138.000,=;
  2. inrichting van de zolderverdieping met een open depotopstelling voor porselein en aardewerk en een geklimatiseerde depotdoos voor kostuums en grote schilderijen: ƒ 24.000,=;
  3. inrichting van een beperkte referentiebibliotheek en documentatiecentrum: ƒ 10.800,=.

Museum Paul Tétar van Elven is het woonhuis van de 19-de eeuwse kunstenaar Paul Tétar van Elven, dat nog in oorspronkelijke staat is. Het biedt inzicht in de 19-de eeuwse woon- en leefcultuur. Bovendien zijn in het museum ook kamers ingericht in 17-de en 18-de eeuwse stijl. Een en ander is uniek voor Nederland.

Het museum heeft geen verwarming. Dit is de belangrijkste reden dat het museum in de winter is gesloten. Voor de conservering van de collectie is een evenwichtige klimaatbeheersing belangrijk.

Onder meer door invoering van het verplicht examenvak kunst in VWO en HAVO zal ook aan dit museum een groeiend beroep gedaan worden voor scriptieonderzoek en excursies vanuit het onderwijs.

In het najaar van 1998 zal een integrale museumnota over het Delftse museumwerk worden behandeld. Voorgesteld wordt de subsidie-aanvraag op grond hiervan af te wegen.
Binnen de "nieuw beleidsvoorstellen" zijn er voor 1999 geen budgetten om de vraag tot verhoging van het structurele subsidie te honoreren.

De vraag om incidentele subsidie kan op grond van bovengenoemde museumnota worden afgewogen. Budget zal dan in de Kadernota 2000-2003 moeten worden gevonden.
Verhoging van structureel subsidie zal pas in 2000 opnieuw aan de orde kunnen zijn.

Kunstcentrum Delft.

In het najaar van 1998 zal in college en commissie de uitgestelde evaluatie over de periode 1993 tot en met 1997 worden behandeld.

Slinkende voorraad bij groter wordende vraag naar kunst is een van de problemen die uit de evaluatie naar voren zullen komen.

Discotheek

De discotheek (uitleen grammofoonplaten en CD’ s) heeft in oktober 1997 een eenmalige doorstartsubsidie ontvangen van ƒ 54.000,= om daarmee o.a. de liquiditeitspositie te verbeteren. Dit was vooral noodzakelijk doordat een niet begrote aanslag van de auteursrechtenorganisatie BUMA over 1996 en 1997 een te groot deel van de exploitatielasten opeiste.

De Discotheek heeft een nieuw bestuur. Naast uitlenen worden ook CD’s verkocht. Volgens het ondernemingsplan is het mogelijk de Discotheek nu kostendekkend te exploiteren.

Het gemeentebestuur heeft duidelijk gemaakt dat dit subsidie eenmalig was. De Discotheek heeft maatregelen genomen. De prijs van de uitleen is verhoogd.

Toch geeft de Discotheek nu naast de afrekening van de eenmalige subsidie in een begroting aan dat er voor 1999 een tekort dreigt van ƒ 18.700,= en als zodanig een aanvraag voor subsidie ingediend.

Binnen de ontwerp begroting cultuur ontbreekt het aan budget om deze subsidievraag te honoreren.

Het college is van mening dat de Discotheek voldoende is ondersteund door de eenmalige doorstartsubsidie en blijft bij het eerder ingenomen standpunt dat de Discotheek thans kostendekkend moet worden geëxploiteerd.

15. Amateurkunst

In 1998 is een begin gemaakt met een inventarisatie van de accommodatienood onder de amateurkunstinstellingen van Delft. Directe aanleiding was de toezegging hierover in het Jaarprogramma 1998 , maar ook de (tijdelijke) sluiting van het Floratheater. Hierdoor werd vooral het ontbreken van uitvoeringsruimte voor theater zichtbaar. In 1999 zal de aandacht voor de accommodaties moeten worden voortgezet. Sluiting van een aantal accommodaties is door sloop van bestaande panden en bestemmingsplanwijzigingen (kerken, verlaten scholen of gymzalen) in de komende jaren actueel.

Deelname aan culturele activiteiten

Voor de amateurkunst is nog steeds van toepassing het door de gemeenteraad in 1989 vastgelegde amateurkunstbeleid volgens de subsidieregelende nota "Geen Cent op SAK?" In deze nota was o.a. bepaald dat amateurkunstverenigingen die van de gemeente een structureel subsidie ontvangen minimaal één maal per jaar "om niet" aan een openbare presentatie in Delft deelnemen of deze zelf organiseren zonder hiervoor extra gemeentelijke subsidie aan te vragen. Hierbij kan gedacht worden aan deelname van activiteiten georganiseerd door de stichting Cultuur Dichterbij, de Federatie van Delftse Zangkoren, Koninginnedag, Open Monumentendag, Delftdag en dergelijke.

De subsidiemogelijkheden voor Openbare Presentaties moeten volgens dezelfde nota worden besteed aan echt bijzondere projecten; projecten die de reguliere exploitatie van de vereniging aantoonbaar overstijgen. In de begeleidende brief bij de aanvraagformulieren voor 1999 zijn de instellingen voor amateurkunst hierop weer eens expliciet gewezen.

Taptoe Delft

In 1999 zal de Stichting Taptoe Delft in navolging van de Taptoe in 1996 wederom een grote (burger)Taptoe op de markt in Delft organiseren op vrijdag 4 en zaterdag 5 juni 1999.

Vanuit de gemeente is voor 1998 en 1999 een subsidie voorzien van ƒ 45.000,=.
Deze bedragen zijn niet structureel.

Stichting Cultuur Dichterbij

Begin 1998 heeft het college met de stichting meerjarenafspraken gemaakt voor het subsidiebudget. Afgesproken is dat Cultuur Dichterbij vooraf concrete plannen indient voor het komende jaar.

Met Cultuur Dichterbij is ook afgesproken dat het subsidiebedrag van ƒ 82.500,= voor 1998 in principe ook wordt ingezet voor 1999 en 2000 op basis van voorgelegde programma’s Cultuur Dichterbij zal komen met plannen voor een cultureel Millenniumfeest.

Literatuur

Het is aantoonbaar dat de discipline literatuur groeit, ook binnen de amateurkunst. De Vrije Akademie organiseert cursussen, waaraan een groeiend aantal Delftenaren deelneemt. De Stichting Jambe rapporteert een groeiende belangstelling en deelname voor haar Poëziebijeenkomsten, ook vanuit de amateurwereld.

Wat betreft de professionele literaire kunst worden in Delft steeds meer (niet-commerciële) literaire bijeenkomsten georganiseerd.

 16. Gehandicaptenbeleid

De Vereniging Delfts Platform voor mensen met een handicap (Platform) fungeert als afstem- en overlegorgaan voor de verschillende belangenorganisaties voor mensen met een handicap (zowel lichamelijk als verstandelijk).

Herstructurering Platform

Eind 1997 zijn de gemeente en het Platform overeengekomen de Stichting Projecten Gehandicapten Delft op te heffen. De gemeentelijke subsidie blijft gehandhaafd op ƒ 30.000,--(exclusief indexering) en wordt uitbetaald aan het Platform. Het Platform heeft de taken fondsenwerving en -beheer, alsmede doorbetaling van subsidie aan de aangesloten organisaties onder zich gekregen.

Het Platform blijft een vereniging en heeft een acquisitiecommissie in het leven geroepen. Het Platform laat zich in bovengenoemde taken adviseren door de acquisitiecommissie.

Het Platform heeft in 1998 een beleidsplan opgesteld. Dit beleidsplan is met name gericht op verbetering van het functioneren van het Platform en zet een stap in de richting van verdere professionalisering.

Voortgang herstructurering 1998

Vanwege het ontbreken van voldoende menskracht is de acquisitiecommissie onvoldoende in staat haar adviserende taken naar het Platform toe uit te oefenen. Uitbreiding van de acquisitiecommissie is nog niet gerealiseerd.

Er is bij de aangesloten instellingen onduidelijkheid over de organisatie en de profilering van het Platform. Met name de positie van de OGD binnen het Platform geeft veel verwarring. De bij het Platform aangesloten organisaties voelen zich onvoldoende vertegenwoordigd.

Veel van de aangedragen speerpunten in het beleidsplan 1998 konden door bovengeschetste problematiek nog niet in voldoende mate worden gerealiseerd, te weten: de instelling van werkgroepen, actieve werving van meer lidorganisaties, vergroting van het draagvlak binnen het platform door middel van structureel overleg.

Aan verdere voortgang van herstructurering c.q. profilering van het Platform wordt in 1998 en 1999 de nodige aandacht geschonken, waarbij het Platform met name zal aangeven of en zo ja op welke wijze de professionele ondersteuning vorm kan krijgen.

Subsidiëring 1999

Het Platform dient voor 1999 een aantal projecten van de aangesloten organisaties in op het gebied van voorlichting en belangenbehartiging. Het gaat hierbij om:

  • Voorlichtingsfolder van de Nederlandse Vereniging voor Slechthorenden (NVVS afd. Delft e.o.)
  • Project lichtflitssignalering/-krant (NVVS afd. Delft e.o.)
  • Alzheimer café (Alzheimer Vereniging)
  • Voorlichtingsproject op scholen (OGD)
  • Project Invalidenparkeerplaatsen en stoepopritten in samenwerking met gemeente (OGD).

Daarnaast zetten de organisaties hun reeds bestaande structurele activiteiten voort, zoals thema-bijeenkomsten en inloopspreekuren.

Voorgesteld wordt voor 1999 een subsidie toe te kennen aan het Platform van ƒ  33.000,-- waarvan ƒ 22.500,-- voor de reeds bestaande activiteiten en overheadkosten en ƒ 10.500 voor de nieuwe projecten. De gemeente Delft stelt een gemeentelijke nota op t.a.v. het gehandicaptenbeleid. In deze nota wordt tevens ingegaan op de formulering van criteria voor de subsidiëring van projecten.

17. Sociale Zaken

Samenwerkingsverband sociale zekerheid Delft

In het Samenwerkingsverband Sociale Zekerheid Delft (SSZD) zijn de Delftse belangenorganisaties voor mensen met een minimuminkomen verenigd. Tot op heden fungeert het SSZD als gesprekspartner voor de gemeente met betrekking tot sociale zaken en werkgelegenheidsbeleid.

Vier maal per jaar publiceert het SSZD in de Stadskrant de "Achterkrant". Daarin wordt onder andere de aandacht gevestigd op Delftse voorzieningen voor mensen met een minimuminkomen. De kosten van het SSZD en de "Achterkrant" worden grotendeels gedragen door de aangesloten organisaties. Voorgesteld wordt voor 1999 het SSZD een bijdrage van ƒ 5.000,-- te verstrekken in de kosten van de "Achterkrant".

Met ingang van 1 juli 1998 is het recht op klantenparticipatie vastgelegd in de Algemene bijstandswet (Abw). In het najaar van 1998 worden hiervoor voorstellen gedaan. In deze voorstellen zal ook aandacht zijn voor de plaats en werkwijze van het SSZD. Dit heeft mogelijk consequenties voor de (wijze van) subsidiëring van het SSZD en aangesloten organisaties in volgende jaren.

Stichting Werklozenkomitee Delft

Ook in 1998 worden de activiteiten van het Werklozenkomitee Delft voortgezet. Het gaat om individuele ondersteuning en belangenbehartiging voor mensen zonder werk en de organisatie van inloopbijeenkomsten.

Voorgesteld wordt voor 1999 een subsidie van ƒ 10.000,-- toe te kennen.

Ook voor het Werklozenkomitee geldt dat als gevolg van de voorstellen inzake cliëntenparticipatie de (wijze van) subsidiëring kan veranderen.

Komitee vrouwen in de bijstand Delft e.o./MiMi

Het Komitee vrouwen in de bijstand heeft in 1996 na bestuursproblemen met steun van VO/C een nieuwe start gemaakt. Gedurende 1997 is het Komitee erin geslaagd de geplande activiteiten doorgang te laten vinden. Het ging om inloopochtenden, themabijeenkomsten en een eetgroep ter doorbreking van sociaal isolement. Met deze activiteiten bereikte het Komitee in totaal zo’n 125 vrouwen met een minimuminkomen. Eind 1997 werd de naam van het Komitee gewijzigd in MiMi (Maximale inzet Minimaal inkomen).

Tot op heden wordt het Komitee gesubsidieerd uit budgetten van DMZ en WOC voor respectievelijk activiteiten en huisvesting.

Inmiddels is gebleken dat de activiteiten voor vrouwen met een minimuminkomen in Delft als gevolg van nieuwe bestuursproblemen opnieuw in gevaar zijn. Het is te verwachten dat de mogelijkheden van het Komitee om bestuurscapaciteit te genereren en zo een zelfstandig opererende organisatie in stand te houden zeer beperkt zijn.

Voorgesteld wordt, de subsidie aan het Komitee vrouwen in de bijstand met ingang van 1 januari 1999 te beëindigen.

Voor het inzetten van de vrijvallende subsidiegelden worden in het najaar van 1998 voorstellen gedaan. Uitgangspunt hierbij is dat de activiteiten voor vrouwen met een minimuminkomen zoveel mogelijk gehandhaafd blijven.

Stichting Vluchtelingenwerk Delft en omgeving (SVD)

De Stichting Vluchtelingenwerk Delft (SVD) en omgeving werkt in de gemeenten Delft, Nootdorp, Pijnacker en in asielzoekerscentrum (AZC) De Lier. De doelstelling van de SVD is het bevorderen van het geestelijk en maatschappelijk welzijn van vluchtelingen in Delft en omgeving. De SVD legt de nadruk op het ondersteunen en stimuleren van vluchtelingen tot een optimale participatie aan de maatschappij. Het gaat dan om ondersteuning bij het functioneren in de Nederlandse samenleving en bij juridische procedures, stimulering van deelname aan sport- en ontspanningsactiviteiten, bemiddeling bij (taal)onderwijs en het zoeken naar werk en tenslotte belangenbehartiging (individueel en collectief). De SVD verwacht dat de doelgroep -vluchtelingen en asielzoekers gehuisvest in of nabij Delft- in 1999 zal bestaan uit bijna 1100 personen.

Bij het SVD-team Delft werken in het totaal circa 70 vrijwilligers: zij hebben de contacten met klanten verrichten het uitvoerende werk. Voor de kwaliteit en de continuïteit van het werk is het van belang dat de eindverantwoordelijkheid berust bij gekwalificeerde, betaalde krachten. Zij werven, begeleiden en scholen de vrijwilligers en bewaken de kwaliteit.

Financieel kader

De subsidie voor de SVD wordt gedekt door normbedragen die de gemeente per asielzoeker ontvangt. De normbedragen zijn gebaseerd op de zorgwet VVTV en de Wet Inburgering Nieuwkomers (WIN). Voor beide regelingen legt de rijksoverheid aan gemeenten een taakstelling op. Voor 1999 heeft de gemeente Delft op basis van de zorgwet VVTV een taakstelling van 20 op te vangen vreemdelingen opgelegd gekregen. In het kader van de WIN is voor 1999 door de gemeente een normbedrag op basis van de taakstelling in 1998 begroot: ƒ 135.000,-. In 1998 bedroeg de taakstelling 144 inburgeringscontracten. Indien de taakstelling voor 1999 hoger uitvalt, wordt de begroting gewijzigd. In het kader van de WIN worden gemeenten jaarlijks afgerekend op de behaalde taakstelling door de rijksoverheid.

Bij de subsidietoekenning voor 1998 aan de SVD is vastgesteld dat vanaf 1999 een nieuwe subsidiemethodiek ingevoerd wordt, waarbij het subsidiebedrag wordt gekoppeld aan prestatie-eenheden. De subsidie voor de SVD in 1999 hangt daarnaast ook af van het gereserveerde bedrag op de begroting (ƒ 135.000,-) en een wijziging daarop door een verhoogde/verlaagde taakstelling in 1999, een eventuele nabetaling over 1997 en van de besluitvorming in 1998 over de mogelijke inzet van extra middelen voor de opvang van vreemdelingen in Delft.

  18. Volksgezondheid

In de tweede helft van 1998 wordt gestart met een beleidsnota lokaal zorg- volksgezondheidsbeleid. In deze nota wordt ingegaan op de (wettelijke) taken van de gemeente op het gebied van zorg en volksgezondheid, de gezondheidssituatie in Delft, de aanwezige zorgvoorzieningen in de stad, de eventuele lacunes in het aanbod. In de nota worden tevens uitgangspunten, doelstellingen en actiepunten geformuleerd.

Projectsubsidies vrouwengezondheidszorg

Tot en met 1998 biedt het Vrouwengezondheidscentrum (VGC) diverse activiteiten en hulpverlening aan op het gebied van vrouwenhulpverlening en -gezondheidszorg. In 1997 is er een evaluatie-onderzoek uitgevoerd naar het functioneren van het VGC. Het VGC heeft in 1997 aangeven op een andere wijze verder te willen, namelijk als een zelfstandige coöperatie, waarbij artsen gericht op vrouwenhulpverlening- en gezondheid zich bij aan kunnen sluiten. Op 18 december heeft de gemeenteraad een besluit genomen met betrekking tot de toekomstige subsidiëring van het VGC. Dit besluit houdt in dat de totale subsidieverlening - van de Dienst Maatschappelijke Zorg én de dienst Welzijn Onderwijs en Cultuur - aan het VGC in 1998 nog gecontinueerd wordt en met ingang van 1999 wordt beëindigd.

De gemeente is echter van mening dat de aandacht voor vrouwenhulpverlening en -gezondheid aandacht blijft behoeven, voor m.n. vrouwen in een achterstandspositie (bijv. vrouwen met een lage sociaal-economische status en bepaalde groepen migrantenvrouwen). Om dit te bewerkstelligen stelt de gemeente vanaf 1999 de middelen van de Dienst Maatschappelijke Zorg beschikbaar voor projecten op het gebied van voorlichting, preventie, volksgezondheid en hulpverlening aan vrouwen. De criteria hiervoor worden in de tweede helft van 1998 bepaald in het lokaal volksgezondheidsplan. Het totale beschikbare bedrag voor 1999 is ƒ 57.600,--.

Projectsubsidies preventieve volksgezondheid

Ten aanzien van de volksgezondheid ligt de gemeentelijke verantwoordelijkheid op het terrein van preventie. De gemeente stelt in dit kader jaarlijks middelen beschikbaar voor preventieve projecten, waarbij het voorkómen van ziekten of handicap centraal staat. Hierbij kan gedacht worden aan voorlichtings- en themabijeenkomsten, gespreksgroepen etc.. De diverse instellingen in Delft worden bij brief uitgenodigd om een projectvoorstel in te dienen. In het kader van de nog op te stellen beleidsnota worden nadere criteria voor deze projectsubsidies geformuleerd. Het totale beschikbare bedrag voor 1999 is ƒ 27.275,--.

19. Maatschappelijke Opvang

In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de maatschappelijke opvang. Achtereenvolgens wordt ingegaan op het beleidskader, het financiële kader, de Stichting Vrouwenopvang Zuid-Holland Ricardis, de Stichting Dienstencentrum ‘Over de Brug’, de Stichting Maatschappelijke Opvang en de Stichting Jeroen.

Beleidskader

In de beleidsnota Maatschappelijke Opvang, die eind 1997 is vastgesteld, wordt een beleidskader geschetst voor de maatschappelijke opvang (incl. de vrouwenopvang) in Delft. De maatschappelijke opvang richt zich op het tijdelijk bieden van onderdak (dag- en nachtopvang), eerste begeleiding, informatie en/of advies aan mensen die door een combinatie van problemen (gedwongen) de thuissituatie hebben verlaten en (tijdelijk) niet in staat zijn om zich op eigen kracht te handhaven in de samenleving. De lokale doelstelling is:

Het verkrijgen van inzicht in de lokale vraag en aanbod tussen de maatschappelijke opvang en complementaire vormen van zorg- en dienstverlening om te komen tot een optimale samenwerking op lokaal niveau tussen de maatschappelijke opvang instellingen onderling en complementaire vormen van zorg en dienstverlening.

De gemeente Delft is centrumgemeente (regiefunctie voor de regio Delft Westland Oostland) voor de maatschappelijke opvang en de vrouwenopvang.

Financieel kader

Sinds 1 januari 1998 wordt de rijksbijdrage aan de gemeente Delft voor de maatschappelijke opvang verstrekt via de Welzijnswet. Er zijn drie doeluitkeringen: voor de maatschappelijke opvang, voor de ambulante verslavingszorg en voor de vrouwenopvang. Momenteel wordt er vanuit het Rijk gewerkt aan een nieuwe verdeelsleutel voor de verdeling van de diverse doeluitkeringen om tot een meer evenwichtige spreiding van de middelen over de centrumgemeenten te komen. Welke gevolgen deze herverdeling van middelen voor Delft heeft, is nog onbekend. Meer duidelijkheid wordt in de tweede helft van 1998 verwacht.

Vanaf 1999 wordt er een nieuwe subsidiemethodiek bij de instellingen voor maatschappelijke opvang ingevoerd, waarbij wordt toegewerkt naar een structurele prestatiesubsidie. Hierbij wordt de subsidie gekoppeld aan prestatie-eenheden (bedrag per opvangplaats). Het jaar 1999 geldt als een proefjaar, waarin nog bijstellingen mogelijk zijn. Vanaf het jaar 2000 wordt de nieuwe subsidiemethodiek definitief ingevoerd.

Stichting Vrouwenopvang Zuid-Holland Ricardis

De Stichting Vrouwenopvang Zuid-Holland Ricardis (VOZH Ricardis) is een 24-uurs voorziening voor intensieve opvang met een opvangcapaciteit van 23 bedden. De stichting biedt opvang en intensieve begeleiding aan mishandelde en met mishandeling bedreigde vrouwen en hun kinderen.

De Stichting VOZH Ricardis heeft de volgende kerntaken:

  • Voor de doelgroep voltijdsverblijfmogelijkheid bieden, 24 uur per dag. Veiligheid en privacy staan hierbij voorop.
  • Aanbieden van praktische voorzieningen t.b.v. het verblijf van de cliënten
  • Bieden van sociale dienstverlening als ondersteuning bij materiële problemen (huisvesting, inkomen, verblijfsvergunning, schuldhulpverlening etc.).
  • Psycho-sociale begeleiding. Ieder clientsysteem (moeder-kind) wordt begeleid d.m.v. een gestructureerd hulpverleningsplan. De hulpverlening kent een individueel en een groepstraject.

De Stichting VOZH Ricardis heeft een landelijke functie.

Het subsidiebedrag voor VOZH Ricardis bedraagt voor 1999 maximaal ƒ 1.059.800,--. Dit bedrag wordt geïndexeerd indien het Rijk extra middelen beschikbaar stelt voor loon- en prijsbijstellingen. Daarnaast is er door het Rijk in 1998 een extra bedrag beschikbaar

gesteld voor compensatie Arbeidstijdenwet. Indien deze rijksmiddelen in 1999 beschikbaar worden gesteld, stelt de gemeente deze vervolgens beschikbaar aan VOZH Ricardis.

Stichting Dienstencentrum ‘Over de Brug’

De doelstelling van de Stichting Dienstencentrum ‘Over de Brug’ (SDOB) is het leveren van dagopvang en diensten ten behoeve van psycho-sociaal kwetsbaren in de samenleving. Meer specifiek houdt dit in het verbeteren van de levensomstandigheden van deze groep, alsmede het zorgdragen voor de primaire levensbehoeften. Het gaat hier dan om o.a. begeleiding en doorverwijzing, financiële hulpverlening, spreekuren, themabijeenkomst, straathoekwerk, voorlichting, hygieneverbetering (wassen, douchen, kledingomruil), aidspreventie (spuitomruil) en het verstrekken van voeding.

De voormalige Stichting Drugshulpverlening Delft is in 1997 omgevormd tot het dienstencentrum, om een bredere doelgroep te bereiken. In de tweede helft van 1998 wordt de dienstverlening van de SDOB geëvalueerd. De hoogte van de subsidie voor 1999 hangt van een drietal factoren af:

  • de uitkomsten van de evaluatie in 1998;
  • de mogelijke samenwerking tussen de SDOB en de Stichting Maatschappelijke Opvang in 1999 (zie ook onder 5);
  • beschrijving van de producten en de daaraan gerelateerde prijs.

Het subsidie bedraagt maximaal ƒ 278.750,--. Dit bedrag kan worden geïndexeerd indien het Rijk extra middelen beschikbaar stelt voor loon- en prijsbijstellingen.

Stichting Maatschappelijke Opvang

De Stichting Maatschappelijke Opvang (SMO), voorheen Stichting Sociaal Pension, biedt onderdak aan psycho-sociaal kwetsbare personen (ouder dan 18 jaar) voornamelijk afkomstig uit de regio Delft/Westland/Oostland. De personen hebben een verleden waarin opname in een GGZ zorginstelling nodig was en beschikken niet (meer) over een eigen woning of woonsituatie en zijn ten gevolge daarvan (tijdelijk) dakloos of thuisloos. De SMO beschikt over 16 plaatsen.

In het verdeelplan maatschappelijke opvang 1998 en 1999 is bepaald, dat de SMO met ingaan van 1999 een bedrag van ƒ 15.000,-- per plaats krijgt. Dit bedrag kan worden geïndexeerd indien het Rijk extra middelen beschikbaar stelt voor loon- en prijsbijstellingen.

Het bedrag is lager dan in 1997 en 1998. Deze verlaging van de subsidie mag niet ten koste gaan van de nachtopvang. Ten aanzien van de dagopvang zijn de SMO en SDOB verplicht nader te gaan samenwerken. De SMO en de SDOB hebben zich aangesloten bij de Stichting Afstemming Bestuurs Coördinatie (Stichting ABC) en werken een gezamenlijk plan uit waarin deze samenwerking nader is uitgewerkt.

Daarnaast is er door het Rijk in 1998 een extra bedrag beschikbaar gesteld voor compensatie Arbeidstijdenwet. Indien deze middelen in 1999 ook beschikbaar worden gesteld dan stelt de gmeente deze vervolgens beschikbaar aan SMO.

Stichting Jeroen

De Stichting Jeroen biedt laagdrempelige noodopvang aan mensen van 18 jaar en ouder uit Delft en de regio die in de knel zijn geraakt door problemen op verschillende gebieden en zo zijn vastgelopen dat het hen ontbreekt aan onderdak. De Stichting Jeroen beschikt over 9 plaatsen, waarvan 2 plaatsen voor een volwassene met kinderen.

In het verdeelplan Maatschappelijke Opvang 1998 en 1999 is vastgesteld dat de Stichting Jeroen een bedrag van ƒ 10.000,-- per plaats krijgt. Dit bedrag kan worden geïndexeerd indien het Rijk extra middelen beschikbaar stelt voor loon- en prijsbijstellingen.

terug naar boven