Schriftelijke vragen ingevolge art. 36 Reglement van Orde Gemeenteraad - SV-26 |
||||||||||||||||
Schriftelijke
vragen Het College van
Burgemeester en Wethouders van de gemeente Delft Delft, 15 mei 2007 Geacht College, Inleiding
en achtergronden Op 10 april 2007 heeft u
ons geïnformeerd over de samenstelling van de Raad van Commissarissen (RvC)
van het Ontwikkelingsbedrijf Spoorzone (OBS). Het CDA constateert dat
hiermee - zij het enigszins vertraagd - een invulling wordt gegeven aan één
van de voorwaarden voor het volledig functioneren van het OBS. In het persbericht meldt
het college dat het bij de samenstelling van de Raad van Commissarissen is
afgeweken van de oorspronkelijke lijn dat de wethouder spoorzone (wethouder
Koning) voorzitter wordt van de RvC. Deze oorspronkelijke beleidslijn is
vastgelegd in de nota “OBS, het ontwikkelingsproces” van januari 2006.
Kortheidshalve verwijs ik u naar de bijlage voor de letterlijke tekst uit
die nota. Het college verwijst vervolgens naar de nota “Deelnemingenbeleid” van oktober 2006 en stelt dat op grond van het beleid van die nota is besloten geen lid van het college te benoemen in de RvC van het OBS, maar een extern lid. In de nota “Deelnemingenbeleid” is de structuur van het OBS expliciet aan de orde geweest. In die nota is ook concreet aangegeven welke rol het college ten opzichte het OBS zal vervullen. Daarbij is aangegeven dat de wethouder spoorzone lid wordt van de RvC van het OBS. Zie bijgaande tabel uit de nota “Deelnemingenbeleid” De lijn die in de nota “Deelnemingenbeleid” ten opzichte van het OBS is vastgelegd en is bekrachtigd met het raadsbesluit van 26 oktober 2006 gaat dus uit van een deelname van de wethouder spoorzone in de RvC en niet van een extern voorzitterschap. Overigens staat het lidmaatschap van de RvC van het OBS ook vermeld op de lijst van nevenfuncties van wethouder Koning. Een ander belangrijk uitgangspunt in de nota “Deelnemingbeleid” is goed bestuur (corporate governance). De nota verwijst daarbij naar principes, zoals neergelegd in de code Tabaksblat. Hoewel deze code van toepassing is op beursgenoteerde ondernemingen, worden principes als checks and balances, transparantie en onafhankelijk toezicht in bredere zin nastrevenswaardig geacht voor privaat en publiek bestuur.
Tegen deze achtergronden heeft de CDA-fractie de volgende vragen: 1.
Waarom is het college afgeweken van de samenstelling van de RvC van
het OBS die in overleg met de raad is vastgelegd in de nota OBS van februari
2006 en in de nota Deelnemingsbeleid van oktober 2006? 2.
Waarom heeft het college de raad niet expliciet en actief geïnformeerd
over deze 3.
Tot lid van de RvC wordt ook de voorzitter van de Raad van Bestuur
van Prorail 4.
Voordat het OBS zelfstandig rechtshandelingen kan verrichten,
moeten taken, Graag
vernemen wij uw antwoord op deze vragen. Met
vriendelijke groet, Namens
de CDA-fractie Bijlage
bij schriftelijke vragen OBS Uit:
Nota OBS, het ontwikkelingsproces, januari 2006 “Aangenomen
wordt dat het OBS wordt ingericht als BV en daardoor een Raad van
Commissarissen heeft. Deze houdt toezicht op het door de Directie gevoerde
beleid. Voorgesteld
wordt namens de gemeente Delft de vakwethouder met de Spoorzone in
portefeuille te benomen als voorzitter van de Raad van Commissarissen.
Feitelijk vormt deze bestuurder daarmee de relatie met het college. De
wethouder financiën vervult de aandeelhoudersrol.” Uit: nota OBS, het
ontwikkelingsproces” Uit: Nota
Deelnemingenbeleid, oktober 2006
|
||||||||||||||||