KINDEROPVANG 1998-2001 | ||
![]() naar agenda |
STAND VAN ZAKEN ROLLEN GEMEENTE DELFT Inleiding De kinderopvang, zowel landelijk als lokaal, is in beweging als nooit tevoren. De vraag is groot; de (rijks)overheid, particulieren en bedrijven spelen hierop in. Sinds begin negentiger jaren is door verschillende stimuleringsmaatregelen en een intensivering van het bedrijfsleven, de capaciteit van kinderopvang enorm uitgebreid. Op basis van het Regeerakkoord komt er met ingang van 2000 een nieuwe impuls. Omdat er zoveel in beweging is, wordt in deze notitie (ter kennisneming) beknopt de stand van zaken weergegeven. Voor de duidelijkheid zijn ook de rollen die de gemeente op dit terrein vervuld opgesomd. In de loop van het komende jaar worden op verschillende onderdelen uitwerkingsvoorstellen gedaan en ter besluitvorming voorgelegd. Stand van zaken: huidige en toekomstige financiering Voor het begrotingsjaar 1999 heeft de gemeente Delft ± 4.200.000,-- beschikbaar voor de gesubsidieerde opvang. Hiervoor worden 211 peuterspeelzaalplaatsen, 144 peuterplusplaatsen, 133 hele dagopvang, 15 halve dagopvang, 60 b.s.o en minimaal 10 koppelingen gastouderopvang geëxploiteerd. De gemeente Delft heeft hierover tot en met 1999 meerjarenafspraken met Octopus gemaakt. Er staan op dit moment 110 kinderen voor een peuterspeelzaalplaats op de wachtlijst; ± 70 voor een peuterplusplaats, 20 voor een halve dagopvangplaats, 200 voor een hele dagopvangplaats en 120 voor een buitenschoolse opvangplaats. Voor de periode 1997 tot en met 2000 ontvangt de gemeente van het Ministerie van VWS een bijdrage van ± 1.400.000,-- voor de uitbreiding van 150 b.s.o. plaatsen. Volgens afspraak heeft hiervoor openbare aanbesteding plaatsgevonden, dat wil zeggen dat alle Delftse organisaties die aan de criteria voldoen, in aanmerking komen voor de exploitatie van deze (gesubsidieerde en bedrijfsgefinancierde) plaatsen. In de Staatscourant is aangekondigd dat een bijdrage voor de exploitatie van 150 b.s.o.-plaatsen structureel wordt gemaakt vanaf 2001. Om daarop op voorhand adequaat te kunnen reageren (onder voorbehoud van definitieve goedkeuring van VWS) ontvangt u zo spoedig mogelijk een aangepast procedurevoorstel voor dit onderdeel. Op basis van het Regeerakkoord is te verwachten dat de gemeente Delft vanaf 2001 een nieuwe bijdrage van ± 2.500.000,-- op jaarbasis zal ontvangen voor de uitbreiding van kindplaatsen (0-12 jarigen). De ingezette lijn van openbare aanbesteding zal ook hierop van toepassing zijn, dat houdt in dat ook niet-Delftse organisaties kunnen inschrijven. De Gemeente en de Kinderopvang In de uitvoering van het kinderopvangbeleid, heeft de gemeente verschillende verantwoordelijkheden en bevoegdheden: 1. beleidsontwikkelaar - vaststellen algemeen beleid (verantwoordelijke dienst WOC); 2. specifiek beleid - uitvoerder van regelgeving (verantwoordelijke dienst DMZ); 3. faciliterend - schept voorwaarden ten behoeve van accommodaties voor kinderopvang (verantwoordelijke diensten WOC, SO en B&M) 4. toetsend - afgeven van vergunningen (verantwoordelijke dienst WOC) 5. werkgever - inkopen/-huren van kindplaatsen voor haar personeel (verantwoordelijke dienst Bestuursdienst) Ad 1: beleid - algemeen Het lokale kinderopvangbeleid is een verantwoordelijkheid van de gemeente. Dit beleid wordt op basis van maatschappelijke en politieke uitgangspunten vormgegeven. Tot begin 1990 had de gemeente Delft subsidierelaties met afzonderlijke gesubsidieerde kinderdagverblijven en peuterspeelzalen. Als gevolg van de 1ste stimuleringsmaatregel van het Rijk is eind tachtiger jaren een fusieproces ingezet om te komen tot één organisaties voor zowel de gesubsidieerde als de bedrijfsgefinancierde kinderopvang. Doel was enerzijds professionalisering; anderzijds actualisering. Uit het fusieproces is in 1993 Octopus ontstaan. Hun exploitatie bestaat voor de helft uit inkomsten uit bedrijfsopvang; de andere helft bestaat voor 2/3 uit subsidie en 1/3 inkomsten ouderbijdragen. In de rolverdeling tussen de Gemeente en Octopus is vastgelegd wie verantwoordelijk is voor de bedrijfsvoering, productafspraken, vaststelling verkoopprijs, beleids- en pedagogisch plan, lokatiekeuze en aanschaf panden (Octopus), financiering gesubsidieerde kindplaatsen, plaatsingscriteria voor gesubsidieerde kindplaatsen en vaststelling ouderbijdragentabel (gemeente). De laatste jaren vervult de gemeente steeds meer de rol van regisseur. De kinderopvangorganisaties zijn de marktpartijen. Hierbij passen uitgangspunten als kostprijzen voor de verschillende soorten kindplaatsen, contractafspraken, leveringsvoorwaarden en afspraken met meerdere organisaties. De Dienst WOC bereidt het beleid voor het College en de Gemeenteraad voor, verzorgt de procedures rond de aanbestedingen en maakt contractafspraken. Als gevolg van de aangepaste lijn, is het noodzakelijk dat de ambtelijke capaciteit wordt uitgebreid. Ad 2: beleid - specifiek De Dienst DMZ verzorgt de uitvoering van de Stimuleringsmaatregel voor alleenstaande ouders van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Deze regeling is voor alleenstaande ouders die gebruik maken van een uitkering; door het creëren van kinderopvang kan een van de belemmeringen om scholing te volgen of aan het werk te gaan worden weggenomen. Het Ministerie stelde hier voor 1998 een bijdrage van 475.000,-- op jaarbasis beschikbaar. Hiervoor heeft de Dienst DMZ bij kinderopvangorganisaties 25 kindplaatsen ingehuurd/gekocht. Op dit moment is er geen wachtlijst. Ad 3: faciliterend De gemeente Delft ziet het als taak voor haar burgers om accommodaties voor kinderopvang verspreid over de stad te (laten) realiseren. Dit kan op verschillende manier gebeuren. Door als eigenaar bouwlocaties aan te bieden; door kinderopvangorganisaties door gemeentelijke procedures te leiden, door het zorgdragen voor aanpassingen ten aanzien van de infrastuctuur of door als intermediair op te treden. Eind 1998 is de ambtelijke Werkgroep Initiatieven Kinderopvang (WIK) ingesteld. Deze werkgroep (WOC, SO en B&M) heeft de bevoegdheid van het College gekregen serieuze initiatieven voor uitbreiding van de kinderopvang bij voorrang te behandelen op bovengenoemde punten. Begin 1999 zal er een quickscan plaatsvinden van alle mogelijkheden, met randvoorwaarden en (inhoudelijke en financiële) consequenties, in de stad ten aanzien van de uitbreiding van kinderopvang, zodat adequaat op nieuwe ontwikkelingen kan worden ingespeeld. De coördinatie van deze werkgroep ligt bij de Dienst WOC. Ad 4: toetsend In Delft is voor alle kindercentra de Gemeentelijke Verordening Kinderopvang van toepassing. Daarin is vastgelegd aan welke voorwaarden de centra moeten voldoen (beschikbare binnen/buitenruimte, groepsgrootte, aantal leidsters, hygiënevoorschriften enz.) Op basis van schriftelijke toetsing (o.a. bouwtekeningen) van een aanvraag en feitelijk bezoeken (GGD en brandweer) vindt al dan niet verstrekking van een vergunning plaats. Kindercentra zonder vergunning mogen niet functioneren. De coördinatie en verstrekking van de vergunningen wordt vanuit de Dienst WOC geregeld. Naast de Verordening Kinderopvang moeten alle centra voldoen aan de Verordening Brandvoorschriften. Begin 1999 starten er besprekingen tussen WOC en Brandweer om de verordeningen op elkaar te laten aansluiten. In 1999 zal de verordening worden aangepast op grond van veranderingen in de sector. Zoals bijvoorbeeld de groepsgrootte voor de buitenschoolse opvang, het aantal op te vangen kinderen (inclusief eigen kinderen) bij gastouderopvang en de bevoegdheid voor het vaststellen van de ouderbijdragentabel door het College van Burgemeester en Wethouders. Ad 5: werkgeverschap Evenals andere (Delftse) werkgevers, huurt/koopt de gemeente Delft voor haar personeel kindplaatsen in. Dit gebeurt zowel bij Octopus, als via Octopus bij andere (Delftse) kinderopvangorganisaties. Op dit moment worden 19.5 kindplaatsen in de hele dagopvang en 3 3/5 buitenschoolse-plaatsen gehuurd. Financiering van deze plaatsen vindt plaats uit de inkomsten ouderbijdragen, een aan de loonsom gerelateerde dienstbijdrage, een fiscale maatregel en een gemeentelijke bijdrage ten laste van de algemene middelen. De uitvoering van deze regeling vindt plaats vanuit de Bestuursdienst, CPOI. Op dit moment is er een wachtlijst voor even zoveel plaatsen als dat nu gehuurd wordt. Dienst Welzijn, Onderwijs, Cultuur Afdeling Welzijn Theresia Keukens-Kanij 08.12.1998 |
|
![]() |
![]() |