Nota Fusie DVC en BEC | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
![]() naar agenda |
Nota Onderwerp De voetbalverenigingen DVC en BEC fuseren per 1 juli 1999. Beide clubs hebben hun domicilie op sportpark Brasserskade. Bij die fusie verhuist DVC naar de huidige accommodatie van BEC. Met deze ontwikkeling wordt ook het laatste onderdeel van de herstructurering van sportpark Brasserskade, een nieuwe clubaccommodatie voor DVC, ingevuld en wordt het meningsverschil tussen gemeente en DVC over die herstructurering beëindigd. Tegelijk worden bestaande financiële problemen van de vereniging BEC, waarbij de gemeente via een verstrekte gemeentegarantie op een aangegane lening is betrokken, opgelost. Om de fusie mogelijk te maken zijn er ambtelijk afspraken met beide clubs gemaakt. Deze worden in deze nota ter goedkeuring voorgelegd. I. Uitgangssituatie 1. DVC Het huidige bestuur van DVC bestrijdt het gemeentelijk standpunt dat er in 1995 afspraken tussen gemeente en verenigingen (inclusief vorig bestuur van DVC) op sportpark Brasserskade zijn gemaakt over de definitieve herinrichting van het sportpark (Eindvariant Herstructurering Sportpark Brasserskade). DVC meent nu in die situatie onvoldoende speelruimte toebedeeld gekregen te hebben. De gemeente heeft de werkzaamheden voor de herinrichting conform de eindvariant afgerond. Alleen nieuwbouw van een clubaccommodatie door DVC op een door de gemeente beschikbaar gestelde lokatie is nog niet gerealiseerd. De gemeente Delft betaalt bij nieuwbouw een bij de eindvariant Herstructurering Sportpark Brasserskade afgesproken schadeloosstelling aan DVC van 489.500,=. In september 1998 is door DVC een kort geding tegen de gemeente aangespannen, de rechter stelde in zijn uitspraak de gemeente in het gelijk. In november 1998 volgde hernieuwd overleg tussen gemeente en DVC, waarbij DVC zich in eerste instantie richtte op de realisatie van nieuwbouw op de aangewezen lokatie. Het alternatief van samenwerking met de vereniging BEC is, na twee eerder gestrande pogingen in 1996 en 1997, echter ook weer naar voren gekomen en uiteindelijk de eerste optie geworden. 2. BEC De vereniging BEC verkeert, mede door een teruglopend ledenaantal, al een aantal jaren in financiële problemen. Inmiddels heeft men alleen aan de betalingsverplichtingen voor het aflossen van een lening, waarvoor een gemeentegarantie is verleend kunnen voldoen, door een particulier bereid te vinden een deel daarvan tijdelijk voor te schieten ( 35.000,=) en andere rekeningen niet te voldoen. In totaal is het huidig tekort 50.000,=. De restant schuld van de lening bedroeg op 2 juli 1998 nog 78.546,86. BEC heeft de per 2 januari 1999 vervallende termijn nog niet voldaan. De gemeente is door de geldgever in 1997 en 1998 op haar
garantstelling gewezen. Onder de huidige omstandigheden zal de vereniging na het lopende
sportseizoen failliet te gaan, waarna de gemeente Delft op haar garantstelling voor de
restantschuld ( 78.546,86) wordt aangesproken. De terugloop in het aantal leden en teams bij BEC heeft ook ruimtelijke consequenties: op sportpark Brasserskade is speelruimte ontstaan op de velden die BEC gebruikt(e). Samengevat De uitgangssituatie samengevat: DVC ervaart een ruimteprobleem en heeft bij nieuwbouw, mede door de afgesproken schadeloosstelling van de gemeente Delft, financiële middelen tot haar beschikking. BEC heeft daarentegen een financieel probleem en wel ruimtelijke (veld)mogelijkheden. De gemeente Delft en DVC verschillen van mening over de Eindvariant Herstructurering Sportpark Brasserskade; de gemeente Delft wordt door de instantie die geld aan BEC heeft geleend op de verstrekte gemeentegarantie aangesproken. 3. DVC/BEC Een combinatie van de verenigingen DVC en BEC biedt kansen op het oplossen van de problemen bij en met beide verenigingen. Door inzet van een tweetal bemiddelaars (J. Wingelaar - voorzitter Distrikt West IV van de KNVB - en P. v.d. Kruk - oud-hoofd van de Sector Sportaccommodaties van het NOC*NSF) is ambtelijk overeenstemming bereikt over het aangaan van een fusie door de verenigingen DVC en BEC, en de gemeentelijke bijdrage daaraan. Deze afspraken zijn weergegeven in de bijgevoegde akkoordverklaring en tekening. Fusie van twee voetbalverenigingen past in het gemeentelijk beleid om enerzijds samenwerking tussen clubs te stimuleren en anderzijds sportaccommodaties optimaal te doen gebruiken. Door de fusie van DVC en BEC ontstaat een sterkere sportstructuur die beter zicht heeft op continuïteit in de toekomst en meer kan betekenen voor de Delftse sport. Het betekent ook dat beschikbare krachten en kennis gebundeld worden, hetgeen financieeel en organisatorisch belangrijke voordelen met zich brengt. Voor de gemeente Delft betekent het ook zekerheid op langere termijn t.a.v. inhuur van sportvelden. Specifieke voordelen in dit geval zijn het wegnemen van de dreiging dat er aanspraak op de aan BEC verleende gemeentegarantie wordt gedaan, en dat het meningsverschil tussen gemeente en DVC over de herstructurering hiermee tot een einde komt (in de ambtelijke afspraken is opgenomen dat DVC afziet van voortzetting van juridische procedures). 4. Gemeentelijke bijdrage De gemeentelijke bijdrage aan de fusie tussen DVC en BEC valt uiteen in twee onderdelen: financiën en accommodatie a. Financiën
Toelichting Het maximale bedrag van 489.500,= voor de verplaatsing van de DVC-accommodatie en de bijdrage aan verbouw/nieuwbouw van de huidige BEC-accommodatie maakt deel uit de Eindvariant Herstructuering Sportpark Brasserskade 1995 en is reeds opgenomen in de exploitatie van het bedrijventerrein Ypenburgse Poort; Het saneren van de schuld van BEC voor maximaal 35.000,= voorkomt aanspraak op de gemeentegarantie ( 78.546,86); de afdeling Treasury Management is bereid, op basis van door BEC te overleggen stukken (schuldbekentenis, inzage financiële situatie) maximaal 35.000,= als eenmalig verlies in te boeken t.l.v. het Risicofonds Gemeentegaranties; het resterende deel van de schuld ( 15.000,=) wordt voldaan door DVC; in overleg tussen Treasury Management en de fusieclub zal bepaald worden hoe verder om te gaan met de uitstaande lening; Tot het aanbrengen van een wetraconstructie op veld 7
behoort ook het plaatsen van lichtmasten. Deze zijn door de verenigingen Concordia en BEC
(ieder 50%) al eerder neergezet. Het omzetten tot een wetraveld inclusief verlichting is
opgenomen in de financiële planning van het Renovatiefonds Sportvelden. Er moet nog met
beide clubs over de hoogte van het bedrag gesproken worden. b. Accommodaties
Toelichting De hierboven genoemde onderwerpen behoren alle tot het reguliere werkpakket van de gemeente Delft en vereisen geen extra maatregelen/brengen geen extra kosten met zich mee. 5. Communicatie De ambtelijke afspraken zijn in samenspraak met de besturen van DVC en BEC en onder leiding van de twee bemiddelaars opgesteld. Het bestuur van BEC was door haar ledenvergadering gemandateerd om tot ondertekening over te gaan. De leden van DVC hebben tijdens de Algemene Ledenvergadering van maandag 22 februari 1999 ingestemd met de Akkoordverklaring. 6. Voorstel Voorgesteld wordt: B&M/Grondzaken - vergoeding waarde huidige opstal aan DVC voor beëindiging van het opstalrecht; B&M/Grondzaken - extra-bijdrage aan DVC voor nieuwbouw/verbouw van de huidige BEC-accommodatie; BD/Treasury Management - saneren schuld BEC; WOC/Cultuur, Welzijn, Recreatie, Sport - vergoeding aan de verenigingen Concordia en BEC voor overname van de lichtinstallatie rond veld 7; WOC/Cultuur, Welzijn, Recreatie, Sport - diverse accommodatiezaken zoals genoemd in de Akkoordverklaring. Delft, 19 februari 1999 |
||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
![]() |
![]() |