Handelingen Raadsvergadering 14 april 1998 - deel 4 uit 5 | ||
![]() terug naar agenda |
De heer BONTHUIS (Stadsbelangen): Is dat echt de enige reden? Mevrouw KOOP (CDA): Het CDA wil kijken naar toekomst van Delft. Hoe gaan we daar met elkaar tegenaan? Wie heb je daarvoor nodig en vooral, wie willen daaraan meewerken? Dat hebben wij overigens nooit onder stoelen of banken gestoken. Na de verkiezingen bleek overigens de VVD dezelfde uitgangspunten te hanteren: de verkiezingsuitslag en de toekomst van Delft. In de loop van het proces werden wij door de houding van de formateur/informateur in elkaars armen gedreven. De heer TORENSTRA (PvdA): Maar mevrouw, u gebruikt nu weer termen als in de armen worden gedreven van de VVD, maar ik was op een gegeven moment bezig om een gemeentebestuur te formeren. U hebt mij herhaaldelijk publiekelijk verweten dat ik het niet goed heb aangepakt. Ik had een bloemetje moeten geven, een luchtje moeten brengen, ik was een slecht versierder. Dat hebt u mij verweten! Ik krijg de indruk dat u nog steeds door zo'n bril naar de collegevorming kijkt en dat is een foute. In mijn eerste termijn heb ik uitdrukkelijk stap voor stap aangegeven hoe het proces gelopen is, maar u blijft gewoon uw eigen plaat afdraaien. Ga nu eens in op de onderhandelingen zoals die gegaan zijn, ga eens in op het moment van de quick scan, het moment daarvoor en het moment daarna! Daar was ik mee bezig; ik was een gemeentebestuur aan het formeren en geen ritueel om u te verlokken! Mevrouw KOOP (CDA): Ik zal daar in het vervolg van mijn verhaal op ingaan, mijnheer Torenstra. Als u dus goed luistert, komt u er misschien wel achter! Kennelijk had de informateur van de PvdA andere bedoelingen. Tijdens de informatie- of sollicitatiegesprekken legden wij onze visie neer. De PvdA-voorman vond dat wel wat te veel van het goede, zo'n blok! Eerst dachten wij nog: vindt hij misschien de PvdA en het CDA met samen 16 zetels wellicht een te groot blok tegenover de VVD met 6 zetels?' Maar al gauw werd duidelijk dat hij het CDA en de VVD samen in een blok neerzette. Wij probeerden de informateur duidelijk te maken dat er geen sprake moet zijn van blokdenken als je in het belang van Delft met elkaar wat wilt, maar dat was tegen dovemansoren gezegd. Daarop maakten wij hem duidelijk dat wij gezien de verkiezingsuitslag een uitbreiding met GroenLinks positief benaderden, als dat het punt zou zijn. De informateur/formateur/fractievoorzitter van de PvdA wilde graag recht doen aan de progressieve meerderheid in de raad, waartoe hij gemakshalve D66 ook maar had gerekend. Gemakshalve plaatste hij ons maar in het door hem gecreëerde 'andere' blok. Wij waren kennelijk de eerste keuze van zijn blok, dus in feite de vierde partij om aan te schuiven. Overigens, waarom zo vasthouden aan D66? Het was heel duidelijk dat het CDA geen eerste keuze was van de PvdA! De door ons beoogde ruime meerderheid zou juist partijen gelegenheid geven eens een eigen geluid te laten horen in raad en college. Dit is goed voor de herkenbaarheid naar de achterban, voor de communicatie en externe gerichtheid, voor het primaat van de raad. Na de informatieronde, die natuurlijk eigenlijk formatie was, hadden wij verwacht dat we nu eindelijk, bijna drie weken na de verkiezingen, eens met de betrokken partijen aan tafel zouden kunnen gaan zitten om de mogelijkheden en onmogelijkheden te bespreken, maar niemand wilde. Iedereen uit het blok PvdA-GroenLinks-D66 had exact hetzelfde antwoord: 'Jan Torenstra wil het niet'. Het antwoord was neen in koor. Wie had er nu een blok? Er lagen volgens informateur/formateur geen onoverkomelijke programmatische verschillen tussen de partijen, maar toch negeerde hij de verkiezingsuitslag. De fractievoorzitter van de PvdA wilde partijen uitsluiten in plaats van bruggen bouwen en werken aan een stadsbestuur. Hij creëerde blokken. Merkwaardig overigens dat er geen onoverkomelijke verschillen zouden bestaan tussen partijen, maar wel tussen de combinaties? De informateur/formateur gebruikte te pas en te onpas argumenten die hij met even groot gemak weer inwisselde voor een totaal ander. Zijn belangrijkste argument was kennelijk (want dat circuleerde al een halfjaar in het geruchtencircuit): 'ik wil eens wat nieuws, een geheel nieuwe club'. 'Ik wil wat nieuws'! Waarom? De bewoners -en ondernemers zitten niet te wachten op 'wat nieuws in de politiek'! Die willen een goed en betrouwbaar bestuur. Het doet bestuurlijk helemaal niet ter zake of de heer Torenstra wat nieuws wilt. Als ik wat nieuws wil, ga ik naar een andere kapper of naar Burneys! De heer TORENSTRA (PvdA): Zullen wij het nu eens over politiek gaan hebben, mevrouw? Dat is misschien toch verstandiger, ook voor de burgers waar u het over heeft. Leg nu eens uit wat er werkelijk is gebeurd. Ik heb zojuist mijn eerste termijn gehad en tussen mijn hoofd en mijn mond zat toch weinig verschil. Als politicus moet je wat vinden en als je wat vindt moet je het ook zeggen en als je het zegt moet je het zo duidelijk mogelijk zeggen en niet met dit soort draaien aankomen! Leg het nu eens gewoon uit! Mevrouw KOOP (CDA): Luistert u dan maar goed, mijnheer Torenstra! De heer BONTHUIS (Stadsbelangen): Voorzitter. Ik maak er bezwaar tegen dat de heer Torenstra de spreekster steeds maar in de rede valt, want dat had ik ook wel gewild bij de vorige sprekers. Het is toch een ongeschreven regel dat wij dat bij de installatie niet doen? Door uw voorstel om eerst de beoogde collegepartijen te laten praten heb ik nu die gelegenheid niet meer! Ik vraag de heer Torenstra dan ook het nu ook niet te doen. Bij mij mag hij het wel weer doen! De heer TORENSTRA (PvdA): Voel je je dan zoveel sterker? De VOORZITTER: Mijnheer Torenstra, die interruptie was toch aan mij gericht! In ieder geval ben ik degene die de orde handhaaf en zolang een interruptie binnen de perken blijft -de heer Torenstra herhaalde in feite zijn eerdere interruptie en dat wil ik hem voor een volgende keer afraden- geef ik daar ruimte voor, want ik zie niet in dat er juist vandaag niet geïnterrumpeerd zou kunnen worden! Mevrouw KOOP (CDA): Voorzitter. Kennelijk vindt de heer Torenstra alleen datgene wat hij wil horen een politiek antwoord en datgene wat hij niet wil horen niet! Dat belooft nog wat voor de toekomst! U zult dan wel veel niet-politieke antwoorden horen, mijnheer Torenstra! Voorzitter. Op onze vraag waarom de informateur/formateur 'wat nieuws' wilde, bleek hij bezwaar te hebben tegen de persoon van de kandidaat van de VVD. Maar zei hij ook niet dat hij niet over de poppetjes ging? Dat argument gold kennelijk niet toen de VVD werd geïnviteerd voor een gesprek. Bij doorvragen bleek de informateur/formateur de VVD-kandidaat 'zo'n sterke bestuurder' te vinden. Was het een bedreiging, was het angst? Is het dan niet beter de door de PvdA-fractievoorzitter gekwalificeerde bestuurskracht in te zetten voor Delft? De informateur/formateur wilde niet ingaan op ons verzoek het daar dan eens over te hebben. Ook niet over hoe wij daarbij onze rol zagen. Het CDA vindt dat een professioneel bestuurder over persoonlijke sympathieën of antipathieën heen moet stappen. Dat moet je kunnen scheiden. Een ander argument van de informateur/formateur was dat hij zo graag een sterke oppositie wilde 'om het college wakker te houden', maar mijnheer de voorzitter, we hoeven u toch niet wakker te houden? De taak van de formateur is overigens niet om de oppositie te organiseren, maar om het DB vanuit de raad te formeren. Om maar met de heer Bonthuis te spreken die op 21 maart zei: U heeft nu een dijk van een oppositie, waarmee ik u overigens niet feliciteer. 'Scherp aan de wind varen' noemde de formateur dat. De informateur heeft geen enkel voorstel van ons om over zaken te praten geaccepteerd. Never nooit. In plaats daarvan begon hij te dreigen met de huidige variant. Geen weldenkend mens verwachtte dat hij dit door zou zetten, want dat doet de verkiezingsuitslag geen recht en is een minachting voor de rol en functie van de raad. Wij hadden sterke behoefte om te praten. Met de partijen uit het blok mocht dat niet. Wij konden dat alleen met de nu niet in het college vertegenwoordigde partijen. U kunt zich voorstellen dat er loyaliteit en wederzijdse waardering begon te ontstaan in de door formateur georganiseerde oppositie: hij dreef ons in elkaars armen! De informateur/formateur heeft blokken georganiseerd, gepolariseerd en de verhoudingen verstoord. Wie deed hier nu aan blokvorming? Bovendien, wat voor beeld had u, meneer Torenstra, van ons? U denkt toch zeker niet dat wij zouden zwichten voor dreiging? Wij zijn geen bange partij! De informateur/formateur heeft in onze ogen zijn werk slecht gedaan. Hij heeft de rol van informateur, formateur en fractievoorzitter van de PvdA verwisseld, hij heeft zichzelf in een aantal klemmen gezet, bijvoorbeeld een te krap mandaat, hij was al met een vooringenomen variant op stap gegaan, hij begon te dreigen en deed geen enkel bod, behalve 'wij zullen je het vel niet over de neus halen' en 'wij moeten het er eens over hebben' en dat, mijnheer Torenstra, bedoelde ik met een parfummetjes of een bos bloemen. Je moet wat te bieden hebben als je op stap gaat! De heer BONTHUIS (Stadsbelangen): Volgens mij heb je daar meer dagcrème voor nodig! Mevrouw KOOP (CDA): Er is geen enkel procedurevoorstel behandeld en geen enkel bod besproken. Er zijn weerstanden oproepen en zijn houding was gericht op vechten en dreigen. Er is niet gedefinieerd wat er nu onder een 'werkbare meerderheid' moet worden verstaan. Een collegiaal bestuur is verward met collegialiteit. Wat er nu wordt verstaan onder 'bestuursstijl' is ons ook nog een raadsel en er is vernieuwd om het vernieuwen. Het allerergste is dat de rol en de taak van de raad zijn genegeerd. Als u, mijnheer Torenstra, zegt dat u geen blok had, had u dat verhaal als informateur uit de wereld moeten helpen. U had vooroordelen naar beide kanten boven tafel moeten halen. Dat is de taak van de informateur, maar dat kwam u niet van pas. Het doet ons sterk denken aan de machtspolitiek en polarisatie van de beginjaren '70! In een onderhandeling en samenwerking moet de liefde immers van twee kanten komen. In plaats van een samenwerkingsbereidheid heeft u kampen gecreëerd! U had partijen en standpunten tot elkaar moeten brengen in plaats van tegen elkaar uit te spelen. Deze stijl van werken: beslotenheid, macht, dreigen in plaats van gesprek, staat en stond ons zeer tegen. Wij hadden anders verwacht. Het gaat er niet om wat je zegt, maar wat je doet. De woorden van de vermeende voorzitter van dit college in de maak stonden lijnrecht tegenover het gedrag dat afgelopen maanden is tentoongespreid. Als dát de bestuursstijl is van het nieuwe college, als dát vernieuwing is, als dát communicatie en participatie is, weigeren wij daaraan mee te doen. Wij hebben geen vertrouwen in de met de mond beleden werkwijze. De formateur/informateur had zijn plaatje al rond. Het vlees, de groente, de aardappelen en het toetje lagen al gereed. Wij waren wellicht de jus, of, zoals ons te verstaan werd gegeven op 21 maart: 'Het CDA past qua uit straling zo goed bij ons.' Mijnheer de voorzitter, dat komt ons wat beledigend over. Daaraan doen wij niet mee. Wij lenen ons niet voor windowdressing. Beslotenheid, geen gesprek mogelijk, het negeren van de kiezer, het negeren van de rol en de functie van de raad, de helft van de raad buiten het informatiecircuit houden, zelfs niet beleefdheidshalve erbij betrekken. Hoezo, externe oriëntatie? In de communicatie wordt volledig voorbijgegaan aan het primaat van de raad. Van het DB van deze raad mag je toch wel verwachten dat de volledige raad kan reageren op een collegeprogram? De communicatie tot op heden is nagenoeg geheel via de pers verlopen. Overigens nog een opmerking in de richting van de heer Torenstra die in de krant en bij herhaling verklaarde de zaak bij elkaar te willen houden. Dat lijkt me een overbodige opmerking als je zo overtuigd bent van het succes van deze variant. Overigens is het bij elkaar houden niet de taak van de voormalig formateur/informateur, maar van de voorzitter van dit college en dat is, om de ontstane verwarring hierover weer te herstellen, nog altijd de burgemeester! Het college is niet in openbaarheid tot stand gekomen, het program is ergens geschreven op onbekende tijdstippen en plaatsen. Hoezo externe gerichtheid? Het is geschreven door de helft van de gemeenteraad en voor wie? Voor mensen die op snelfietspaden naar het buurthuis scheuren? Het is een merkwaardig circus. En als ik het dan een pipo de clown-variant noem, is de informateur/formateur beledigd. Ik kan er niet eens om lachen. Nee, het is des te meer een rechtvaardiging achteraf dat het CDA niet is aangeschoven, ook niet na de quick scan met Klaas de Vries. Wij waren aanvankelijk blij met deze externe in de hoop dat er nieuw leven zou worden geblazen in de vastgelopen procedure, maar in zijn uiteindelijke opdracht was geen ruimte en was ook onze wens om de zaak wat te verbreden niet gehonoreerd. Het was geen verbetering van de tot dan toe ontstane situatie. Wij konden weer aanschuiven. Overigens hebben wij niet gezegd 'haal STIP eruit', maar wel 'trek het breder'! Voorzitter, het resultaat. Wij hebben nu een eenzijdig samengesteld college met slechts 49,5% van de stemmen. Fractie- en coalitiediscipline, ondanks de nagestreefde openheid en open discussies met de raad. Er zijn twee partijen die terecht in college zitten, de PvdA en GroenLinks. D66 is de grootste verliezer, maar uiteindelijk ook de grootste winnaar. Dat zal toch ongelijke verhoudingen en afhankelijkheid in het college geven en daarmee kiest de PvdA eigenlijk voor de gemakkelijkste weg. STIP helpt drie partijen aan een minieme meerderheid, een te grote verantwoordelijkheid voor partij met twee zetels en te gemakkelijk wordt hier overheen gestapt. Voorzitter. Ik wil toch nog even ingaan op de rol van D66. In Nederland waren er 130 D66-wethouders, nu nog 17 en eigenlijk hadden dat er 16 moeten zijn. De heer OOSTEN (D66): Voorzitter. Volledigheidshalve moet ik opmerken dat het er nog 38 zijn! Mevrouw KOOP (CDA): Dan hadden het er 37 moeten zijn! De heer GRASHOFF (GroenLinks): Welke 37 is dan nog wel de vraag! Mevrouw KOOP (CDA): De grootste verliezer doet alsof de uitspraak van de kiezer niet meer dan een boze droom is en verkondigt de volgende dag vrolijk op het jongenshuis dat hij loco-burgemeester wordt. Alle uitspraken over bestuurlijke vernieuwing blijken ook hier niets anders dan mooie woorden. Het pluche is te aanlokkelijk. De verwachte verkiezingsuitslag had D66 kennelijk zo desperaat gemaakt dat het zonder blikken of blozen drie coalitiepartners voor drie andere inruilt. D66 kan een voorbeeld nemen aan de opstelling van Stadsbelangen, die consequenties trekt uit een verkiezingsnederlaag! De heer BONTHUIS (Stadsbelangen): Van welke bloemen hou je! Mevrouw KOOP (CDA): Van een gemengd boeket, mijnheer Bonthuis! De VOORZITTER: Wellicht is het goed om het cosmetica-gehalte van deze beraadslagingen toch wat te verlagen, want ik geloof niet wat wij elkaar allemaal nog kunnen volgen. Gaat u door, mevrouw Koop! Mevrouw KOOP (CDA): Voorzitter. STIP is een one issue-partij. De heer Torenstra gaf al aan dat je ze 'ouderenwerk' niet moet geven. De heer Castro vertelde 21 maart tijdens de plenaire bijeenkomst in de TU dat een partij als STIP zich eigenlijk zou willen opheffen bij realisatie van alle programmapunten. Het CDA heeft kamergarantie in haar program en nam jaren geleden het initiatief voor de bouw van meer studentenhuisvesting, de VVD nam jaren geleden al het initiatief voor een disco, misschien moeten we dan ook maar de brug even 1,5 uur per dag dichthouden, dan schiet het al aardig op! Mijnheer de voorzitter. Het lijkt wel een ludieke kwestie, maar het gaat hier om een serieuze zaak. STIP heeft dit college aan een nipte meerderheid geholpen en daarmee een zware verantwoordelijk op zich genomen. Wij zullen deze partij daarop aanspreken. Gezien dit alles kunnen wij niet instemmen met de voordrachten voor dit college. Over het collegeprogram wil ik nog enkele opmerkingen maken. Het kwam overigens op goede vrijdag bij ons en het was inderdaad te laat om daarover tijdens het paasweekend nog te overleggen. Het was opvallend dat het eerste waarmee dit college naar buiten kwam iets was wat het niet wilde doen, nl. de parkeergarage onder de Markt. Toen kwam naar buiten dat voor iedere in een parkeergarage gerealiseerde plek er een van de straat zou worden verwijderd. Dus weer iets weghalen. Vervolgens hoorden we dat er waarschijnlijk geen Oostgarage komt ten behoeve van de mensen die willen winkelen in het oude centrum. Weer iets niet doen en dat is slecht voor de bezoeker die hier geld wil uitgeven en slecht voor het MKB en rijmt zich niet met de wens om de werkgelegenheid te versterken. Dit gebied zal in de gevarenzone komen en dat koop je niet af met subsidie. Ook wordt de onlangs genomen beslissing over stedenbanden weer teruggedraaid en de doelstelling van het VVP herijkt. De reservepositie van Delft is eindelijk gezond, maar dat wil niet zeggen dat je het budget voor investeringen maar leeg kunt halen en dat je de wijken de verantwoordelijkheid kunt geven over de gemeentelijke budgetten. En waar zijn overigens de ouderen in dit program? Die komen kennelijk alleen ter sprake als ze hun eengezinswoning verlaten! Onze indruk van dit collegeprogram is dat er niets aangepakt wordt en dat het zich alleen uitspreekt over intenties. Om zaken te regelen wordt sterk geleund op lobby bij rijk, provincie en Brussel. Door wie, vraag ik mij af? Verder ademt het programma een sfeer uit van de jaren '70. Dit college gaat de klok weer terugdraaien, terugdraaien van zaken die zijn bereikt, maar ook wordt de klok 25 jaar teruggezet. Het gaat ervan uit dat er in Delft geen middengroepen zijn, geen ondernemers en mensen die daar werken. Het gaat ervan uit dat iedereen maar over straat durft te lopen of te fietsen, ook 's avonds, en dat automobilisten een soort paria's zouden zijn! Ook al zou men het ons gevraagd hebben, wij tekenen dit programma zeker niet. Daarvoor vinden wij het te conservatief, te eenzijdig en te onevenwichtig! Mijnheer de voorzitter. Ik vat samen. De stijl van werken tot nu toe is er een van beslotenheid, van macht, van dreigen in plaats van gesprek, van minachting voor de rol en functie van de raad, een college dat zichzelf voortdurend tegenspreekt en het staatsrecht eigenlijk ontkent. Dat alles baart ons zorgen. Zo mag een raad niet functioneren! Het gaat er niet om wat je zegt, maar wat je doet. De woorden over externe oriëntatie en samenwerken stonden lijnrecht tegenover het gedrag dat afgelopen maanden is tentoongespreid. Daaraan doen wij niet mee. De samenstelling doet geen recht aan de verkiezingsuitslag en de vertegenwoordiging van een twee-mensfractie maakt de basis voor dit college alleen maar wankeler. Het is slecht voor de stad, slecht voor het bestuur, slecht voor de raad, maar goed voor de kloof en goed voor ouderwetse polarisatie. De informateur wilde in tegenstelling tot de landelijke trend een relatief smal college. Smaller dan dit kan niet. De formateur kan nu, zoals hij zei, scherp aan de wind varen, waarop dat ook moge slaan. Let maar op, dat u zo hoog aan de wind niet stil komt te liggen of omslaat! De heer BONTHUIS (Stadsbelangen): Mijnheer de voorzitter, leden van de raad, dames en heren op de publieke tribune en vertegenwoordigers van de media. Het is even wennen, maar toch wel een prettig gevoel moet ik zeggen; niet meer aangevallen worden. Je krijgt zo het idee dat je er niet meer bij hoort, dat je niets meer bent, maar houdt voor ogen dat ik Delvenaar blijf en daar ben ik trots op! Allereerst, voorzitter, wil ik de leden van de gemeenteraad van Delft van harte feliciteren met hun installatie. Verder wens ik hen veel succes en daarnaast de broodnodige sterkte voor de komende jaren. Het verkiezingsprogramma van de PvdA-Delft 1994-1998 had als titel 'Veilig op de fiets naar een nieuwe baan'. Pas vier jaar later gaat het erop lijken dat de titel van dat programma gerealiseerd gaat worden. Zelfs met een hoge snelheidsfietsbaan naar een al dan niet volledige of gedeeltelijke baan. De wet van de remmende achterstand. Wij feliciteren de PvdA-Delft met dit resultaat. Vier jaar lang wachten op de realisatie van het verkiezingsprogramma is niet niets. Daaruit zouden de leden van deze partij geleerd moeten hebben. Echter, het tegenovergestelde is waar. Het gaat er namelijk op lijken, dat wij weer vier jaar moeten wachten op de uitvoering van de titel van het programma voor de afgelopen verkiezingen 'Iedereen Telt'. Zo stond het althans op de borden. Daarvan is de afgelopen tijd niet veel gebleken. Alleen als je naar de pijpen van de heer Torenstra wilde dansen telde je mee. Dat wordt dus vier jaar wachten. Hoewel, wachten? Vanuit de nieuwe positie, waarin wij overigens veel ervaring hebben, zullen wij het beleid van het aanstaande college met plezier kritisch volgen. Dit met een fractie waarvan ik het voorzitterschap zal vervullen en mevrouw Willy Wijnmaalen, vrouw en plaatsvervangend raadslid, het secretariaat. Daadkrachtig, vernieuwend en open. Met deze termen kwamen de nieuwe collegepartijen in het nieuws. Het collegeprogramma en de verdeling van de wethoudersposten werden volgens de heer Torenstra niet op de klassieke manier samengesteld, maar door gezamenlijke gedachtevorming. Voor de goede orde: 'gezamenlijke gedachtevorming' is een vernieuwend woord voor het onderhandelen en compromissen sluiten achter gesloten deuren! Ik praat nu over de gebeurtenissen na 4 maart jl., de avond waarop ik even gedacht heb, dat de kiezer de nieuwe stemmachines niet begrepen had. Met het rode potlood hadden wij meer stemmen. Men heeft toch niet op het verkeerde vierkantje gedrukt? De heer Boelens stond immers naast mij op het scherm van de stemmachines. Hij veroverde een mooie winst van twee zetels, waarmee wij de VVD vanzelfsprekend ook feliciteren. De kiezer heeft het toch wel begrepen? Ja natuurlijk. Door het rode potlood ('hoor de haalbare bezuinigingen op het buurt- en wijkwerk) en door de daardoor soms ongepaste aanval van de rode colonne (hoor de PvdA) verloren wij twee zetels. Het beleid op sport en recreatie en ook dat op cultuur en niet te vergeten dat betreffende de reorganisatie bij Combiwerk werd ondergewaardeerd. Dat was en is nog steeds schrikken. Desondanks schoven ook wij, weliswaar onder protest, aan aan de tafel in een achterkamertje om te praten met de toekomstige grote leider. Het vervolg van dit machtspel is bekend. Nou ja, bekend? Wij moesten heel wat werk verzetten om de juiste informatie te verkrijgen. Vreemd dat de (in)formateur op een dergelijke wijze omgaat met de door hem niet beoogde partijen voor een coalitie. Na jaren is de arrogantie van de macht weer tot leven gekomen. Op 7 april, een dag nadat wij weer eens uit de plaatselijke media mochten vernemen hoe de stand van zaken was over de collegevorming, hebben wij de euvele moed genomen de leider in het proces te verwittigen van onze onvrede en hem enkele vragen gesteld, waarop wij op 10 april een keurig antwoord ontvingen, waarvoor onze welgemeende dank. Daarnaast hebben de beoogde coalitiepartijen eieren, een product waarover ik kan meepraten, voor hun geld gekozen. De heer Torenstra heeft ons en anderen op 9 april jl. het collegeprogramma toegestuurd, waarvoor tevens dank. Als nestor van de vorige raad kon mevrouw Boogaard van de PvdA in de gemeenteraadsvergadering van 26 maart jl. het niet doeltreffender zeggen. 'Luister toch vooral goed naar de kiezer. Dat is cruciaal. Als je niet luistert, doe je iets verkeerd', aldus moeder Bep! En wat wil de kiezer! En waarover droomde ik? Slechts een greep uit mijn voormalige portefeuille en zaken die bij de verkiezingen aan de orde zijn geweest: een filmhuis zonder exploitatietekort, het maatschappelijk werk uit de noodsituatie, het probleem oplossen van het kinderdagverblijf 'de Beukenboom', theater de Veste uit de zorgen, het buurt- en wijkwerk overgoten met financiële middelen, jongerenaccommodaties in elke wijk met jongerenwerkers en andere verzorgers, vijf of meer sociaal-culturele centra, geen tariefsverhogingen voor de sportverenigingen, twee nieuwe sporthallen in Tanthof en de Kerkpolder, een schitterend African Music Festival in de zomer en daarna Westerpop, een afronding van de herstructurering van de Brasserskade en een goede uitwerking van de cultuurnota met het in standhouden van de Mooi Weer Spelen. Mooi weer spelen? Badend in het zweet werd ik wakker. Wat zou het toch leuk geweest zijn als ik de afgelopen vier jaren mooi weer gespeeld had kunnen hebben! Wat zou het toch leuk zijn geweest als deze droom uitgekomen was. Dat kon niet. Ook ik had maar een beperkt budget. Daarnaast was ik samen met mijn collegae gebonden aan de noodzakelijke bezuiniging van 20 mln. in acht jaar, waaronder een, nogmaals haalbare, bezuiniging op het buurt- en wijkwerk. Per saldo ondertussen niet meer de voorgestelde 750.000,- maar inmiddels teruggebracht tot ongeveer 300.000,-. Een beleid dat werd ondersteund door de collegepartijen en waaruit een schitterende nota Instrumenten II ontstond. Hiermee zou een vernieuwing in dit werk gerealiseerd kunnen worden. Men heeft het niet begrepen, men heeft het niet willen begrijpen. De niet in het college vertegenwoordigde partijen, PvdA en GroenLinks, pakten alle middelen aan om in te spelen op de emoties van mensen in het buurt- en wijkwerk. Een cruise op het schip met de gouden zeilen werd hen in het vooruitzicht gesteld. Een zak vol met Sinterklaas-cadeautjes. Maar wat is het kenmerk van een Sinterklaas-cadeautje? Je krijgt het gratis, maar je betaalt het uiteindelijk zelf. Achteraf gezien had ik de nota Instrumenten II op de laatste gemeenteraadsvergadering van de vorige raad moeten behandelen. Waarschijnlijk zou ik dan alle lof toegezwaaid hebben gekregen van alle partijen net zoals dat nu gebeurde met de nota over het jongerencentrum aan de Burgwal. En dan, mijnheer de voorzitter, komt mijn droom toch uit. Op 4 maart 1998 maakt u bekend dat de PvdA en GroenLinks samen per saldo drie zetels winnen. Voor de fractie Stadsbelangen in ieder geval de zekerheid, dat de PvdA in een nieuw college twee zetels moet bezetten, ook al om de in de verkiezingsstrijd gedane toezeggingen waar te maken. En dat komt ongeveer overeen met de onderwerpen die in mijn droom naar voren kwamen. Dan komt die droom toch uit. Bij het gebruik van enig gezond verstand ga je als PvdA dan om de tafel zitten met de andere twee grootste partijen, waarvan de één twee zetels gewonnen heeft (VVD) en de ander zich gestabiliseerd heeft (CDA). Dan zouden de eerder uitgesproken onderwerpen in een beleid omgezet kunnen worden. Dan zouden enige andere zaken, zoals regionalisering en de reorganisatie, met afspraken, geregeld kunnen worden. De PvdA en GroenLinks weigerden echter de mogelijkheden te onderzoeken van een college van PvdA, GroenLinks, CDA en de VVD, terwijl de informateur al had geconstateerd, dat er tussen partijen onderling geen onoplosbare verschillen waren! Neen, de informateur gaat, niet luisterend naar de kiezer, in beslotenheid gesprekken aan. Vreemd, ja dat wel, echter iedereen telt. Iedereen speelt mee. Hoewel? Stadsbelangen heeft nog geen kleedkamer gezien, laat staan dat het mee mocht spelen! Het is gekonkel van de eerste orde. Met 7 brieven in 17 dagen overtreft de heer Torenstra mijn 7 nota's over welzijn in vier jaar. Welgeteld één bijeenkomst mochten wij bijwonen, waarin 'de leider' achter gesloten deuren uitleg geeft van zijn bevindingen. De heer TORENSTRA (PvdA): Dat u zo weinig met mij hebt gesproken kwam onder andere omdat in alle varianten die ik van de verschillende fracties kreeg u de enige was waarin u uzelf meldde. Geen enkele andere fractie heeft u genoemd als serieuze partner waarmee men wilde samenwerken. De heer BONTHUIS (Stadsbelangen): Is dat echt de enige reden? Mevrouw KOOP (CDA): Het CDA wil kijken naar toekomst van Delft. Hoe gaan we daar met elkaar tegenaan? Wie heb je daarvoor nodig en vooral, wie willen daaraan meewerken? Dat hebben wij overigens nooit onder stoelen of banken gestoken. Na de verkiezingen bleek overigens de VVD dezelfde uitgangspunten te hanteren: de verkiezingsuitslag en de toekomst van Delft. In de loop van het proces werden wij door de houding van de formateur/informateur in elkaars armen gedreven. De heer TORENSTRA (PvdA): Maar mevrouw, u gebruikt nu weer termen als in de armen worden gedreven van de VVD, maar ik was op een gegeven moment bezig om een gemeentebestuur te formeren. U hebt mij herhaaldelijk publiekelijk verweten dat ik het niet goed heb aangepakt. Ik had een bloemetje moeten geven, een luchtje moeten brengen, ik was een slecht versierder. Dat hebt u mij verweten! Ik krijg de indruk dat u nog steeds door zo'n bril naar de collegevorming kijkt en dat is een foute. In mijn eerste termijn heb ik uitdrukkelijk stap voor stap aangegeven hoe het proces gelopen is, maar u blijft gewoon uw eigen plaat afdraaien. Ga nu eens in op de onderhandelingen zoals die gegaan zijn, ga eens in op het moment van de quick scan, het moment daarvoor en het moment daarna! Daar was ik mee bezig; ik was een gemeentebestuur aan het formeren en geen ritueel om u te verlokken! Mevrouw KOOP (CDA): Ik zal daar in het vervolg van mijn verhaal op ingaan, mijnheer Torenstra. Als u dus goed luistert, komt u er misschien wel achter! Kennelijk had de informateur van de PvdA andere bedoelingen. Tijdens de informatie- of sollicitatiegesprekken legden wij onze visie neer. De PvdA-voorman vond dat wel wat te veel van het goede, zo'n blok! Eerst dachten wij nog: vindt hij misschien de PvdA en het CDA met samen 16 zetels wellicht een te groot blok tegenover de VVD met 6 zetels?' Maar al gauw werd duidelijk dat hij het CDA en de VVD samen in een blok neerzette. Wij probeerden de informateur duidelijk te maken dat er geen sprake moet zijn van blokdenken als je in het belang van Delft met elkaar wat wilt, maar dat was tegen dovemansoren gezegd. Daarop maakten wij hem duidelijk dat wij gezien de verkiezingsuitslag een uitbreiding met GroenLinks positief benaderden, als dat het punt zou zijn. De informateur/formateur/fractievoorzitter van de PvdA wilde graag recht doen aan de progressieve meerderheid in de raad, waartoe hij gemakshalve D66 ook maar had gerekend. Gemakshalve plaatste hij ons maar in het door hem gecreëerde 'andere' blok. Wij waren kennelijk de eerste keuze van zijn blok, dus in feite de vierde partij om aan te schuiven. Overigens, waarom zo vasthouden aan D66? Het was heel duidelijk dat het CDA geen eerste keuze was van de PvdA! De door ons beoogde ruime meerderheid zou juist partijen gelegenheid geven eens een eigen geluid te laten horen in raad en college. Dit is goed voor de herkenbaarheid naar de achterban, voor de communicatie en externe gerichtheid, voor het primaat van de raad. Na de informatieronde, die natuurlijk eigenlijk formatie was, hadden wij verwacht dat we nu eindelijk, bijna drie weken na de verkiezingen, eens met de betrokken partijen aan tafel zouden kunnen gaan zitten om de mogelijkheden en onmogelijkheden te bespreken, maar niemand wilde. Iedereen uit het blok PvdA-GroenLinks-D66 had exact hetzelfde antwoord: 'Jan Torenstra wil het niet'. Het antwoord was neen in koor. Wie had er nu een blok? Er lagen volgens informateur/formateur geen onoverkomelijke programmatische verschillen tussen de partijen, maar toch negeerde hij de verkiezingsuitslag. De fractievoorzitter van de PvdA wilde partijen uitsluiten in plaats van bruggen bouwen en werken aan een stadsbestuur. Hij creëerde blokken. Merkwaardig overigens dat er geen onoverkomelijke verschillen zouden bestaan tussen partijen, maar wel tussen de combinaties? De informateur/formateur gebruikte te pas en te onpas argumenten die hij met even groot gemak weer inwisselde voor een totaal ander. Zijn belangrijkste argument was kennelijk (want dat circuleerde al een halfjaar in het geruchtencircuit): 'ik wil eens wat nieuws, een geheel nieuwe club'. 'Ik wil wat nieuws'! Waarom? De bewoners -en ondernemers zitten niet te wachten op 'wat nieuws in de politiek'! Die willen een goed en betrouwbaar bestuur. Het doet bestuurlijk helemaal niet ter zake of de heer Torenstra wat nieuws wilt. Als ik wat nieuws wil, ga ik naar een andere kapper of naar Burneys! De heer TORENSTRA (PvdA): Zullen wij het nu eens over politiek gaan hebben, mevrouw? Dat is misschien toch verstandiger, ook voor de burgers waar u het over heeft. Leg nu eens uit wat er werkelijk is gebeurd. Ik heb zojuist mijn eerste termijn gehad en tussen mijn hoofd en mijn mond zat toch weinig verschil. Als politicus moet je wat vinden en als je wat vindt moet je het ook zeggen en als je het zegt moet je het zo duidelijk mogelijk zeggen en niet met dit soort draaien aankomen! Leg het nu eens gewoon uit! Mevrouw KOOP (CDA): Luistert u dan maar goed, mijnheer Torenstra! De heer BONTHUIS (Stadsbelangen): Voorzitter. Ik maak er bezwaar tegen dat de heer Torenstra de spreekster steeds maar in de rede valt, want dat had ik ook wel gewild bij de vorige sprekers. Het is toch een ongeschreven regel dat wij dat bij de installatie niet doen? Door uw voorstel om eerst de beoogde collegepartijen te laten praten heb ik nu die gelegenheid niet meer! Ik vraag de heer Torenstra dan ook het nu ook niet te doen. Bij mij mag hij het wel weer doen! De heer TORENSTRA (PvdA): Voel je je dan zoveel sterker? De VOORZITTER: Mijnheer Torenstra, die interruptie was toch aan mij gericht! In ieder geval ben ik degene die de orde handhaaf en zolang een interruptie binnen de perken blijft -de heer Torenstra herhaalde in feite zijn eerdere interruptie en dat wil ik hem voor een volgende keer afraden- geef ik daar ruimte voor, want ik zie niet in dat er juist vandaag niet geïnterrumpeerd zou kunnen worden! Mevrouw KOOP (CDA): Voorzitter. Kennelijk vindt de heer Torenstra alleen datgene wat hij wil horen een politiek antwoord en datgene wat hij niet wil horen niet! Dat belooft nog wat voor de toekomst! U zult dan wel veel niet-politieke antwoorden horen, mijnheer Torenstra! Voorzitter. Op onze vraag waarom de informateur/formateur 'wat nieuws' wilde, bleek hij bezwaar te hebben tegen de persoon van de kandidaat van de VVD. Maar zei hij ook niet dat hij niet over de poppetjes ging? Dat argument gold kennelijk niet toen de VVD werd geïnviteerd voor een gesprek. Bij doorvragen bleek de informateur/formateur de VVD-kandidaat 'zo'n sterke bestuurder' te vinden. Was het een bedreiging, was het angst? Is het dan niet beter de door de PvdA-fractievoorzitter gekwalificeerde bestuurskracht in te zetten voor Delft? De informateur/formateur wilde niet ingaan op ons verzoek het daar dan eens over te hebben. Ook niet over hoe wij daarbij onze rol zagen. Het CDA vindt dat een professioneel bestuurder over persoonlijke sympathieën of antipathieën heen moet stappen. Dat moet je kunnen scheiden. Een ander argument van de informateur/formateur was dat hij zo graag een sterke oppositie wilde 'om het college wakker te houden', maar mijnheer de voorzitter, we hoeven u toch niet wakker te houden? De taak van de formateur is overigens niet om de oppositie te organiseren, maar om het DB vanuit de raad te formeren. Om maar met de heer Bonthuis te spreken die op 21 maart zei: U heeft nu een dijk van een oppositie, waarmee ik u overigens niet feliciteer. 'Scherp aan de wind varen' noemde de formateur dat. De informateur heeft geen enkel voorstel van ons om over zaken te praten geaccepteerd. Never nooit. In plaats daarvan begon hij te dreigen met de huidige variant. Geen weldenkend mens verwachtte dat hij dit door zou zetten, want dat doet de verkiezingsuitslag geen recht en is een minachting voor de rol en functie van de raad. Wij hadden sterke behoefte om te praten. Met de partijen uit het blok mocht dat niet. Wij konden dat alleen met de nu niet in het college vertegenwoordigde partijen. U kunt zich voorstellen dat er loyaliteit en wederzijdse waardering begon te ontstaan in de door formateur georganiseerde oppositie: hij dreef ons in elkaars armen! De informateur/formateur heeft blokken georganiseerd, gepolariseerd en de verhoudingen verstoord. Wie deed hier nu aan blokvorming? Bovendien, wat voor beeld had u, meneer Torenstra, van ons? U denkt toch zeker niet dat wij zouden zwichten voor dreiging? Wij zijn geen bange partij! De informateur/formateur heeft in onze ogen zijn werk slecht gedaan. Hij heeft de rol van informateur, formateur en fractievoorzitter van de PvdA verwisseld, hij heeft zichzelf in een aantal klemmen gezet, bijvoorbeeld een te krap mandaat, hij was al met een vooringenomen variant op stap gegaan, hij begon te dreigen en deed geen enkel bod, behalve 'wij zullen je het vel niet over de neus halen' en 'wij moeten het er eens over hebben' en dat, mijnheer Torenstra, bedoelde ik met een parfummetjes of een bos bloemen. Je moet wat te bieden hebben als je op stap gaat! De heer BONTHUIS (Stadsbelangen): Volgens mij heb je daar meer dagcrème voor nodig! Mevrouw KOOP (CDA): Er is geen enkel procedurevoorstel behandeld en geen enkel bod besproken. Er zijn weerstanden oproepen en zijn houding was gericht op vechten en dreigen. Er is niet gedefinieerd wat er nu onder een 'werkbare meerderheid' moet worden verstaan. Een collegiaal bestuur is verward met collegialiteit. Wat er nu wordt verstaan onder 'bestuursstijl' is ons ook nog een raadsel en er is vernieuwd om het vernieuwen. Het allerergste is dat de rol en de taak van de raad zijn genegeerd. Als u, mijnheer Torenstra, zegt dat u geen blok had, had u dat verhaal als informateur uit de wereld moeten helpen. U had vooroordelen naar beide kanten boven tafel moeten halen. Dat is de taak van de informateur, maar dat kwam u niet van pas. Het doet ons sterk denken aan de machtspolitiek en polarisatie van de beginjaren '70! In een onderhandeling en samenwerking moet de liefde immers van twee kanten komen. In plaats van een samenwerkingsbereidheid heeft u kampen gecreëerd! U had partijen en standpunten tot elkaar moeten brengen in plaats van tegen elkaar uit te spelen. Deze stijl van werken: beslotenheid, macht, dreigen in plaats van gesprek, staat en stond ons zeer tegen. Wij hadden anders verwacht. Het gaat er niet om wat je zegt, maar wat je doet. De woorden van de vermeende voorzitter van dit college in de maak stonden lijnrecht tegenover het gedrag dat afgelopen maanden is tentoongespreid. Als dát de bestuursstijl is van het nieuwe college, als dát vernieuwing is, als dát communicatie en participatie is, weigeren wij daaraan mee te doen. Wij hebben geen vertrouwen in de met de mond beleden werkwijze. De formateur/informateur had zijn plaatje al rond. Het vlees, de groente, de aardappelen en het toetje lagen al gereed. Wij waren wellicht de jus, of, zoals ons te verstaan werd gegeven op 21 maart: 'Het CDA past qua uit straling zo goed bij ons.' Mijnheer de voorzitter, dat komt ons wat beledigend over. Daaraan doen wij niet mee. Wij lenen ons niet voor windowdressing. Beslotenheid, geen gesprek mogelijk, het negeren van de kiezer, het negeren van de rol en de functie van de raad, de helft van de raad buiten het informatiecircuit houden, zelfs niet beleefdheidshalve erbij betrekken. Hoezo, externe oriëntatie? In de communicatie wordt volledig voorbijgegaan aan het primaat van de raad. Van het DB van deze raad mag je toch wel verwachten dat de volledige raad kan reageren op een collegeprogram? De communicatie tot op heden is nagenoeg geheel via de pers verlopen. Overigens nog een opmerking in de richting van de heer Torenstra die in de krant en bij herhaling verklaarde de zaak bij elkaar te willen houden. Dat lijkt me een overbodige opmerking als je zo overtuigd bent van het succes van deze variant. Overigens is het bij elkaar houden niet de taak van de voormalig formateur/informateur, maar van de voorzitter van dit college en dat is, om de ontstane verwarring hierover weer te herstellen, nog altijd de burgemeester! Het college is niet in openbaarheid tot stand gekomen, het program is ergens geschreven op onbekende tijdstippen en plaatsen. Hoezo externe gerichtheid? Het is geschreven door de helft van de gemeenteraad en voor wie? Voor mensen die op snelfietspaden naar het buurthuis scheuren? Het is een merkwaardig circus. En als ik het dan een pipo de clown-variant noem, is de informateur/formateur beledigd. Ik kan er niet eens om lachen. Nee, het is des te meer een rechtvaardiging achteraf dat het CDA niet is aangeschoven, ook niet na de quick scan met Klaas de Vries. Wij waren aanvankelijk blij met deze externe in de hoop dat er nieuw leven zou worden geblazen in de vastgelopen procedure, maar in zijn uiteindelijke opdracht was geen ruimte en was ook onze wens om de zaak wat te verbreden niet gehonoreerd. Het was geen verbetering van de tot dan toe ontstane situatie. Wij konden weer aanschuiven. Overigens hebben wij niet gezegd 'haal STIP eruit', maar wel 'trek het breder'! Voorzitter, het resultaat. Wij hebben nu een eenzijdig samengesteld college met slechts 49,5% van de stemmen. Fractie- en coalitiediscipline, ondanks de nagestreefde openheid en open discussies met de raad. Er zijn twee partijen die terecht in college zitten, de PvdA en GroenLinks. D66 is de grootste verliezer, maar uiteindelijk ook de grootste winnaar. Dat zal toch ongelijke verhoudingen en afhankelijkheid in het college geven en daarmee kiest de PvdA eigenlijk voor de gemakkelijkste weg. STIP helpt drie partijen aan een minieme meerderheid, een te grote verantwoordelijkheid voor partij met twee zetels en te gemakkelijk wordt hier overheen gestapt. Voorzitter. Ik wil toch nog even ingaan op de rol van D66. In Nederland waren er 130 D66-wethouders, nu nog 17 en eigenlijk hadden dat er 16 moeten zijn. De heer OOSTEN (D66): Voorzitter. Volledigheidshalve moet ik opmerken dat het er nog 38 zijn! Mevrouw KOOP (CDA): Dan hadden het er 37 moeten zijn! De heer GRASHOFF (GroenLinks): Welke 37 is dan nog wel de vraag! Mevrouw KOOP (CDA): De grootste verliezer doet alsof de uitspraak van de kiezer niet meer dan een boze droom is en verkondigt de volgende dag vrolijk op het jongenshuis dat hij loco-burgemeester wordt. Alle uitspraken over bestuurlijke vernieuwing blijken ook hier niets anders dan mooie woorden. Het pluche is te aanlokkelijk. De verwachte verkiezingsuitslag had D66 kennelijk zo desperaat gemaakt dat het zonder blikken of blozen drie coalitiepartners voor drie andere inruilt. D66 kan een voorbeeld nemen aan de opstelling van Stadsbelangen, die consequenties trekt uit een verkiezingsnederlaag! De heer BONTHUIS (Stadsbelangen): Van welke bloemen hou je! Mevrouw KOOP (CDA): Van een gemengd boeket, mijnheer Bonthuis! De VOORZITTER: Wellicht is het goed om het cosmetica-gehalte van deze beraadslagingen toch wat te verlagen, want ik geloof niet wat wij elkaar allemaal nog kunnen volgen. Gaat u door, mevrouw Koop! Mevrouw KOOP (CDA): Voorzitter. STIP is een one issue-partij. De heer Torenstra gaf al aan dat je ze 'ouderenwerk' niet moet geven. De heer Castro vertelde 21 maart tijdens de plenaire bijeenkomst in de TU dat een partij als STIP zich eigenlijk zou willen opheffen bij realisatie van alle programmapunten. Het CDA heeft kamergarantie in haar program en nam jaren geleden het initiatief voor de bouw van meer studentenhuisvesting, de VVD nam jaren geleden al het initiatief voor een disco, misschien moeten we dan ook maar de brug even 1,5 uur per dag dichthouden, dan schiet het al aardig op! Mijnheer de voorzitter. Het lijkt wel een ludieke kwestie, maar het gaat hier om een serieuze zaak. STIP heeft dit college aan een nipte meerderheid geholpen en daarmee een zware verantwoordelijk op zich genomen. Wij zullen deze partij daarop aanspreken. Gezien dit alles kunnen wij niet instemmen met de voordrachten voor dit college. Over het collegeprogram wil ik nog enkele opmerkingen maken. Het kwam overigens op goede vrijdag bij ons en het was inderdaad te laat om daarover tijdens het paasweekend nog te overleggen. Het was opvallend dat het eerste waarmee dit college naar buiten kwam iets was wat het niet wilde doen, nl. de parkeergarage onder de Markt. Toen kwam naar buiten dat voor iedere in een parkeergarage gerealiseerde plek er een van de straat zou worden verwijderd. Dus weer iets weghalen. Vervolgens hoorden we dat er waarschijnlijk geen Oostgarage komt ten behoeve van de mensen die willen winkelen in het oude centrum. Weer iets niet doen en dat is slecht voor de bezoeker die hier geld wil uitgeven en slecht voor het MKB en rijmt zich niet met de wens om de werkgelegenheid te versterken. Dit gebied zal in de gevarenzone komen en dat koop je niet af met subsidie. Ook wordt de onlangs genomen beslissing over stedenbanden weer teruggedraaid en de doelstelling van het VVP herijkt. De reservepositie van Delft is eindelijk gezond, maar dat wil niet zeggen dat je het budget voor investeringen maar leeg kunt halen en dat je de wijken de verantwoordelijkheid kunt geven over de gemeentelijke budgetten. En waar zijn overigens de ouderen in dit program? Die komen kennelijk alleen ter sprake als ze hun eengezinswoning verlaten! Onze indruk van dit collegeprogram is dat er niets aangepakt wordt en dat het zich alleen uitspreekt over intenties. Om zaken te regelen wordt sterk geleund op lobby bij rijk, provincie en Brussel. Door wie, vraag ik mij af? Verder ademt het programma een sfeer uit van de jaren '70. Dit college gaat de klok weer terugdraaien, terugdraaien van zaken die zijn bereikt, maar ook wordt de klok 25 jaar teruggezet. Het gaat ervan uit dat er in Delft geen middengroepen zijn, geen ondernemers en mensen die daar werken. Het gaat ervan uit dat iedereen maar over straat durft te lopen of te fietsen, ook 's avonds, en dat automobilisten een soort paria's zouden zijn! Ook al zou men het ons gevraagd hebben, wij tekenen dit programma zeker niet. Daarvoor vinden wij het te conservatief, te eenzijdig en te onevenwichtig! Mijnheer de voorzitter. Ik vat samen. De stijl van werken tot nu toe is er een van beslotenheid, van macht, van dreigen in plaats van gesprek, van minachting voor de rol en functie van de raad, een college dat zichzelf voortdurend tegenspreekt en het staatsrecht eigenlijk ontkent. Dat alles baart ons zorgen. Zo mag een raad niet functioneren! Het gaat er niet om wat je zegt, maar wat je doet. De woorden over externe oriëntatie en samenwerken stonden lijnrecht tegenover het gedrag dat afgelopen maanden is tentoongespreid. Daaraan doen wij niet mee. De samenstelling doet geen recht aan de verkiezingsuitslag en de vertegenwoordiging van een twee-mensfractie maakt de basis voor dit college alleen maar wankeler. Het is slecht voor de stad, slecht voor het bestuur, slecht voor de raad, maar goed voor de kloof en goed voor ouderwetse polarisatie. De informateur wilde in tegenstelling tot de landelijke trend een relatief smal college. Smaller dan dit kan niet. De formateur kan nu, zoals hij zei, scherp aan de wind varen, waarop dat ook moge slaan. Let maar op, dat u zo hoog aan de wind niet stil komt te liggen of omslaat! De heer BONTHUIS (Stadsbelangen): Mijnheer de voorzitter, leden van de raad, dames en heren op de publieke tribune en vertegenwoordigers van de media. Het is even wennen, maar toch wel een prettig gevoel moet ik zeggen; niet meer aangevallen worden. Je krijgt zo het idee dat je er niet meer bij hoort, dat je niets meer bent, maar houdt voor ogen dat ik Delvenaar blijf en daar ben ik trots op! Allereerst, voorzitter, wil ik de leden van de gemeenteraad van Delft van harte feliciteren met hun installatie. Verder wens ik hen veel succes en daarnaast de broodnodige sterkte voor de komende jaren. Het verkiezingsprogramma van de PvdA-Delft 1994-1998 had als titel 'Veilig op de fiets naar een nieuwe baan'. Pas vier jaar later gaat het erop lijken dat de titel van dat programma gerealiseerd gaat worden. Zelfs met een hoge snelheidsfietsbaan naar een al dan niet volledige of gedeeltelijke baan. De wet van de remmende achterstand. Wij feliciteren de PvdA-Delft met dit resultaat. Vier jaar lang wachten op de realisatie van het verkiezingsprogramma is niet niets. Daaruit zouden de leden van deze partij geleerd moeten hebben. Echter, het tegenovergestelde is waar. Het gaat er namelijk op lijken, dat wij weer vier jaar moeten wachten op de uitvoering van de titel van het programma voor de afgelopen verkiezingen 'Iedereen Telt'. Zo stond het althans op de borden. Daarvan is de afgelopen tijd niet veel gebleken. Alleen als je naar de pijpen van de heer Torenstra wilde dansen telde je mee. Dat wordt dus vier jaar wachten. Hoewel, wachten? Vanuit de nieuwe positie, waarin wij overigens veel ervaring hebben, zullen wij het beleid van het aanstaande college met plezier kritisch volgen. Dit met een fractie waarvan ik het voorzitterschap zal vervullen en mevrouw Willy Wijnmaalen, vrouw en plaatsvervangend raadslid, het secretariaat. Daadkrachtig, vernieuwend en open. Met deze termen kwamen de nieuwe collegepartijen in het nieuws. Het collegeprogramma en de verdeling van de wethoudersposten werden volgens de heer Torenstra niet op de klassieke manier samengesteld, maar door gezamenlijke gedachtevorming. Voor de goede orde: 'gezamenlijke gedachtevorming' is een vernieuwend woord voor het onderhandelen en compromissen sluiten achter gesloten deuren! Ik praat nu over de gebeurtenissen na 4 maart jl., de avond waarop ik even gedacht heb, dat de kiezer de nieuwe stemmachines niet begrepen had. Met het rode potlood hadden wij meer stemmen. Men heeft toch niet op het verkeerde vierkantje gedrukt? De heer Boelens stond immers naast mij op het scherm van de stemmachines. Hij veroverde een mooie winst van twee zetels, waarmee wij de VVD vanzelfsprekend ook feliciteren. De kiezer heeft het toch wel begrepen? Ja natuurlijk. Door het rode potlood ('hoor de haalbare bezuinigingen op het buurt- en wijkwerk) en door de daardoor soms ongepaste aanval van de rode colonne (hoor de PvdA) verloren wij twee zetels. Het beleid op sport en recreatie en ook dat op cultuur en niet te vergeten dat betreffende de reorganisatie bij Combiwerk werd ondergewaardeerd. Dat was en is nog steeds schrikken. Desondanks schoven ook wij, weliswaar onder protest, aan aan de tafel in een achterkamertje om te praten met de toekomstige grote leider. Het vervolg van dit machtspel is bekend. Nou ja, bekend? Wij moesten heel wat werk verzetten om de juiste informatie te verkrijgen. Vreemd dat de (in)formateur op een dergelijke wijze omgaat met de door hem niet beoogde partijen voor een coalitie. Na jaren is de arrogantie van de macht weer tot leven gekomen. Op 7 april, een dag nadat wij weer eens uit de plaatselijke media mochten vernemen hoe de stand van zaken was over de collegevorming, hebben wij de euvele moed genomen de leider in het proces te verwittigen van onze onvrede en hem enkele vragen gesteld, waarop wij op 10 april een keurig antwoord ontvingen, waarvoor onze welgemeende dank. Daarnaast hebben de beoogde coalitiepartijen eieren, een product waarover ik kan meepraten, voor hun geld gekozen. De heer Torenstra heeft ons en anderen op 9 april jl. het collegeprogramma toegestuurd, waarvoor tevens dank. Als nestor van de vorige raad kon mevrouw Boogaard van de PvdA in de gemeenteraadsvergadering van 26 maart jl. het niet doeltreffender zeggen. 'Luister toch vooral goed naar de kiezer. Dat is cruciaal. Als je niet luistert, doe je iets verkeerd', aldus moeder Bep! En wat wil de kiezer! En waarover droomde ik? Slechts een greep uit mijn voormalige portefeuille en zaken die bij de verkiezingen aan de orde zijn geweest: een filmhuis zonder exploitatietekort, het maatschappelijk werk uit de noodsituatie, het probleem oplossen van het kinderdagverblijf 'de Beukenboom', theater de Veste uit de zorgen, het buurt- en wijkwerk overgoten met financiële middelen, jongerenaccommodaties in elke wijk met jongerenwerkers en andere verzorgers, vijf of meer sociaal-culturele centra, geen tariefsverhogingen voor de sportverenigingen, twee nieuwe sporthallen in Tanthof en de Kerkpolder, een schitterend African Music Festival in de zomer en daarna Westerpop, een afronding van de herstructurering van de Brasserskade en een goede uitwerking van de cultuurnota met het in standhouden van de Mooi Weer Spelen. Mooi weer spelen? Badend in het zweet werd ik wakker. Wat zou het toch leuk geweest zijn als ik de afgelopen vier jaren mooi weer gespeeld had kunnen hebben! Wat zou het toch leuk zijn geweest als deze droom uitgekomen was. Dat kon niet. Ook ik had maar een beperkt budget. Daarnaast was ik samen met mijn collegae gebonden aan de noodzakelijke bezuiniging van 20 mln. in acht jaar, waaronder een, nogmaals haalbare, bezuiniging op het buurt- en wijkwerk. Per saldo ondertussen niet meer de voorgestelde 750.000,- maar inmiddels teruggebracht tot ongeveer 300.000,-. Een beleid dat werd ondersteund door de collegepartijen en waaruit een schitterende nota Instrumenten II ontstond. Hiermee zou een vernieuwing in dit werk gerealiseerd kunnen worden. Men heeft het niet begrepen, men heeft het niet willen begrijpen. De niet in het college vertegenwoordigde partijen, PvdA en GroenLinks, pakten alle middelen aan om in te spelen op de emoties van mensen in het buurt- en wijkwerk. Een cruise op het schip met de gouden zeilen werd hen in het vooruitzicht gesteld. Een zak vol met Sinterklaas-cadeautjes. Maar wat is het kenmerk van een Sinterklaas-cadeautje? Je krijgt het gratis, maar je betaalt het uiteindelijk zelf. Achteraf gezien had ik de nota Instrumenten II op de laatste gemeenteraadsvergadering van de vorige raad moeten behandelen. Waarschijnlijk zou ik dan alle lof toegezwaaid hebben gekregen van alle partijen net zoals dat nu gebeurde met de nota over het jongerencentrum aan de Burgwal. En dan, mijnheer de voorzitter, komt mijn droom toch uit. Op 4 maart 1998 maakt u bekend dat de PvdA en GroenLinks samen per saldo drie zetels winnen. Voor de fractie Stadsbelangen in ieder geval de zekerheid, dat de PvdA in een nieuw college twee zetels moet bezetten, ook al om de in de verkiezingsstrijd gedane toezeggingen waar te maken. En dat komt ongeveer overeen met de onderwerpen die in mijn droom naar voren kwamen. Dan komt die droom toch uit. Bij het gebruik van enig gezond verstand ga je als PvdA dan om de tafel zitten met de andere twee grootste partijen, waarvan de één twee zetels gewonnen heeft (VVD) en de ander zich gestabiliseerd heeft (CDA). Dan zouden de eerder uitgesproken onderwerpen in een beleid omgezet kunnen worden. Dan zouden enige andere zaken, zoals regionalisering en de reorganisatie, met afspraken, geregeld kunnen worden. De PvdA en GroenLinks weigerden echter de mogelijkheden te onderzoeken van een college van PvdA, GroenLinks, CDA en de VVD, terwijl de informateur al had geconstateerd, dat er tussen partijen onderling geen onoplosbare verschillen waren! Neen, de informateur gaat, niet luisterend naar de kiezer, in beslotenheid gesprekken aan. Vreemd, ja dat wel, echter iedereen telt. Iedereen speelt mee. Hoewel? Stadsbelangen heeft nog geen kleedkamer gezien, laat staan dat het mee mocht spelen! Het is gekonkel van de eerste orde. Met 7 brieven in 17 dagen overtreft de heer Torenstra mijn 7 nota's over welzijn in vier jaar. Welgeteld één bijeenkomst mochten wij bijwonen, waarin 'de leider' achter gesloten deuren uitleg geeft van zijn bevindingen. De heer TORENSTRA (PvdA): Dat u zo weinig met mij hebt gesproken kwam onder andere omdat in alle varianten die ik van de verschillende fracties kreeg u de enige was waarin u uzelf meldde. Geen enkele andere fractie heeft u genoemd als serieuze partner waarmee men wilde samenwerken.
|
|