06 augustus 2002

Handelingen raadsvergadering 25 juni 1998 - deel 1 uit 2

agenda.gif (201 bytes)
terug naar agenda


Zevende vergadering

op donderdag 25 juni 1998 om 20.00 uur in het stadhuis.

 

Overzicht van de verhandelde punten.

109. Opening en mededelingen

110. Beëdiging nieuw raadslid de heer R.D. Blinker

111. Notulen

112. Van anderen ingekomen stukken

113. Tevens ter inzage gelegde stukken

114. Voorstel tot het verlenen van eervol ontslag aan de gemeentesecretaris, de heer U. Sijtema

115. Voorstel tot benoeming van een directeur van de 5 Mei school/

116. Jan Vermeerschool voor openbaar basisonderwijs

117. Voorstel tot benoeming van een gemeentesecretaris

118. Voorstel tot uitgifte in eeuwigdurende erfpacht van een perceel grond gelegen aan de oostzijde van de Kleveringweg aan Kwaadland Onroerend Goed BV

118. Voorstel tot verkoop van een perceel grond op Delftech Park aan IBB-Kondor BV

119. Voorstel tot verhuur van het pand Verwersdijk 21 aan de Stichting Kinderopvang Delft e.o. "Octopus"

120. Voorstel tot wijziging van de bouwverordening

121. Voorstel tot het beschikbaarstellen van een rendabel krediet van f 150.000,-- voor het opstellen van het definitief programma van eisen voor het project "openbaar vervoer verbinding Wateringseweg"

122. Voorstel tot het beschikbaarstellen van een krediet ad f 43.000,-- voor de verbetering van bushalte Tweemolentjeskade

123. Voorstel tot het beschikbaarstellen van een krediet ad f 720.000,-- voor doorstromingsmaatregelen tramlijn 1

124. Voorstel inzake het opnemen van het voormalig Waterloopkundig Laboratorium in het register van rijksmonumenten

125. Voorstel tot vaststelling van de Verordening overleg lokaal onderwijsbeleid

126. Voorstel tot het verlenen van eervol ontslag aan de directeur dienst Beheer en Milieu

127. Voorstel tot instemming met het gedeeltelijk royement van de hypotheek op de percelen Van Lodensteynstraat 114, 116, 118,120 en 122

128. Voorstel tot vaststelling van de 1e algemene tussentijdse begrotingswijziging 1998

129. Voorstel tot vaststelling van het bestemmingsplan Wippolder

130. Voorstel tot instemming met de intentieovereenkomst tussen de de gemeente Delft en Ballast-Nedam projectontwikkeling BV

131. Voorstel inzake het implementatieplan KIS 1998

132. Voorstel tot vaststelling van de concernrekening 1997

133. Interpellatie van het lid Bot inzake de Koppelingswet

134. Sluiting

Voorzitter: de heer mr. H.M.C.M. van Oorschot, burgemeester.

Aanwezig zijn: de heren Aközbek, Baljé, Den Boef, Boelens, mevrouw Bolten, de heren Bonthuis, Bot, Bouman, Castro, Dingler, Van den Doel, Van Doeveren, mevrouw Edwards, de heren De Graaff, Grashoff, mevrouw Heuvelman, de heer Van der Hout, mevrouw De Jongh Swemer, mevrouw Janssen, mevrouw Jonquiére, mevrouw Koop, de heren De Koning, Van Leeuwen, Meuleman, Van der Meij, mevrouw Lourens, de heren Oosten, De Prez, Rensen, mevrouw Roorda van Eijsinga, de heer Scalzo, mevrouw Steffen, de heren Van Tongeren, Torenstra, mevrouw Vlekke, de heer De Wit en mevrouw Zweekhorst.

Secretaris: de heer U. Sijtema.

 

109. De VOORZITTER: Ik open de vergadering en heet u allen welkom.

Eventuele hoofdelijke stemmingen beginnen vanavond bij nr. 23, mevrouw Heuvelman. Hedenavond zijn uitgereikt een gewijzigde agenda, een aanvulling op de lijst van ingekomen stukken, een gewijzigde pagina 2 en 8 van stuk 92II (Verordening overleg lokaal onderwijsbeleid) en een nota over de Koppelingswet.

Ik benoem tot leden van het stembureau de heren Van Tongeren (voorzitter), Van den Doel, mevrouw Zweekhorst en mevrouw Bolten.

 

110. Beëdiging nieuw raadslid de heer R.D. Blinker.

De heer Blinker legt in handen van de voorzitter de in de artikel 14 van de gemeentewet voorgeschreven verklaring en belofte af.

De VOORZITTER: U hebt aan alle formaliteiten voldaan om uw plaats in de raad in te nemen. Ik feliciteer u daarmee van harte. Daarbij mag ik aan u de vroedschapspenning uitreiken. Dit is een waardevol ereteken waar u vele rechten aan kunt ontlenen. U moet mijn woorden daarover bij de installatie van de nieuwe raad nog maar eens nalezen. Omdat we straks nog een benoeming hebben, stel ik voor daarna de vergadering te schorsen zodat de raad ook de heer Blinker kan feliciteren.

De heer Bot wil het woord voeren over de orde.

De heer BOT (GroenLinks): Voorzitter. Ik wil graag een interpellatie houden naar aanleiding van de nota over de Koppelingswet.

De VOORZITTER: Naar mij blijkt, bestaat hiertegen geen bezwaar. De interpellatie zal aan het einde van de agenda worden gehouden.

 

111. Handelingen van de vergadering van de gemeenteraad van 26 maart 1998.

Deze Handelingen worden ongewijzigd vastgesteld.

Vaststelling van de wijze van afdoening van ingekomen stukken.

 

112. Ingekomen van anderen:

64. Brief van de Franciskaanse Vredeswacht inzake het verbieden van wapenbeurzen.

Voorstel: het stuk in handen stellen van burgemeester en wethouders ter afdoening, met kennisgeving aan de commissie leefbaarheid.

65. Motie van de gemeente Andijk inzake financiering bodemsanering.

Voorstel: het stuk voor kennisgeving aannemen.

66. Jaarverslag 1997 van de Gemeentelijke Ombudsman.

Voorstel: het stuk in handen stellen van burgemeester en wethouders ter afdoening.

67. Brief van ANBO (bond voor 50-plussers) inzake het WVG financieel verslag 1e kwartaal.

Voorstel: het stuk in handen stellen van burgemeester en wethouders ter afdoening.

 

113. Tevens zijn in een aparte portefeuille ter inzage gelegd:

a. Uitnodiging van de provincie Zuid-Holland voor een Voorlichtingsbijeenkomst over het nieuwe "Ontwikkelingsperspectief Groenblauwe Slinger; Stad en land in balans" op donderdag 18 juni 1998 om 19.30 uur in Hotel Best Western, Boerhavenlaan in Zoetermeer.

(U reeds toegezonden op 10 juni 1998).

b. Uitnodiging van de Delftse Studenten Vereniging Proteus Eretes voor een verenigingsbezoek op 17 juni 1998 om 18.30 uur.

(U reeds toegezonden op 11 juni 1998).

c. Bijeenkomst coffeeshop-regulering van de "Achterdeur" georganiseerd door de VNG op 20 juni 1998 in het ontmoetingscentrum In de Driehoek, Willemplantsoen 1c te Utrecht van 9.30 - 13.00 uur.

(U reeds toegezonden op 4 juni 1998).

d. Vooraankondiging studiemiddag van het Landelijk Contact Gemeentelijk Welzijnsbeleid op woensdag 9 september 1998 in Utrecht en op woensdag 16 september 1998 in Delft.

(U reeds toegezonden op 4 juni 1998).

e. Uitnodiging voor de infodag "Aan de slag met Duurzaam Veilig Verkeer" van de Commissie Provinciaal Orgaan Verkeersveiligheid Zuid-Holland op 22 juni 1998 in het Koninklijk Instituut voor Ingenieurs (KIVI) in Den Haag. Aanvang 14.00 uur.

(U reeds toegezonden op 4 juni 1998).

f. Vooraankondiging van de Nederlandse Politie Academie om een cursus te organiseren met het doel de raadsleden te informeren over vele aspecten van het politiewerk.

g. Nieuwsbrief van Platform Gemeentelijk Vredesbeleid, nr. 8, mei 1998.

h. Rapportage besteding VOGM gelden/jaarverslag wet milieubeheer 1997.

i. Twee informatiefolders van de Stichting Vredeseducatie inzake gemeentelijk multicultureel beleid ten aanzien van onderwijs en (jeugd-) welzijn.

j. Volkshuisvestingsverslag 1997 van de katholieke bouwvereniging St. Hippolytus.

k. Uitnodiging voor een cursus over de taak en organisatie van de politie, gezag en beheer van de politie, integraal veiligheidsbeleid en specifieke politietaken en actuele problematiek, georganiseerd door de Nederlandse Politie Academie in september en oktober 1998 (zie ook punt f.).

l. Woonwagenkrant Zuid-Holland. 13e jaargang nr. 1, Juni 1998.

m. Bulletin Verkeersveiligheid. Juni 1998.

n. Verhuisbericht van Komitee Vrouwen en de Bijstand.

Overeenkomstig de voorstellen van burgemeester en wethouders wordt besloten.

 

114. Voorstel tot het verlenen van eervol ontslag aan de gemeentesecretaris, de heer U. Sijtema.

(Stuk 114)

 

Dit voorstel wordt zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming aangenomen.

 

De VOORZITTER: Dit is voor de raad, het college en de ambtelijke organisatie een bijzondere situatie. De heer Sijtema kwam op 26 januari 1995 als gemeentesecretaris hier in functie. De afgelopen 3,5 jaar zijn voor de gemeentelijke organisatie een roerige tijd geweest.

Bovendien werd toen een vacature vervuld die relatief allang bestond. Dit betekende dat de heer Sijtema in een situatie terechtkwam waarin de organisatie het met een halve oplossing had moeten stellen. En dat is in het algemeen niet de plezierigste start. De reorganisatie in die periode was lastig, waardoor de positie van de nu uit zijn functie tredende gemeentesecretaris niet altijd even gemakkelijk was. Onder verwijzing hiernaar, gekoppeld aan de persoonlijke omstandigheden van de heer Sijtema -- waar ik verder niet op inga -- kunnen wij alleen maar respect voor dit besluit opbrengen. Ik dank de heer Sijtema voor zijn inzet gedurende de afgelopen 3,5 jaar. Hij zal nog enige tijd in functie zijn en u zult hem in ieder geval nog in de raad van september op deze plek en in deze functie aantreffen. Wij zijn hem dank verschuldigd en die breng ik hem graag namens het college en de ambtelijke organisatie over.

 

115. Voorstel tot benoeming van een directeur van de 5 Mei school/Jan Vermeerschool voor openbaar basisonderwijs.

(Stuk 107)

Uitgebracht zijn 37 geldige stemmen op de heer Pepping, zodat de heer Pepping benoemd is.

De VOORZITTER: Er worden beschuiten rondgedeeld met blauwwitte muisjes en daaruit mag u afleiden dat het om een mannelijk wereldburgertje gaat, een zoon van wethouder Rensen. Hij heet Frank en aan de stralende ogen van zijn vader kunnen wij zien dat het goed gaat met moeder en zoon.

 

116. Voorstel tot benoeming van een gemeentesecretaris.

(Stuk 111)

Uitgebracht zijn 36 geldige stemmen op de heer mr. drs. N. Roos en 1 blanco stem, zodat de heer Roos benoemd is.

De VOORZITTER: Ik dank de leden van het stembureau voor de verrichte werkzaamheden en ontbind het.

Ik feliciteer de heer Roos van harte met zijn benoeming. Wij verheugen ons op zijn komst en op de samenwerking. Hij is vanavond helemaal uit Wageningen gekomen, maar ik kan hem uit ervaring mededelen dat de lol daarvan er snel afgaat. Ik hoop dus dat hij gauw in onze mooie stad komt wonen.

De vergadering wordt enige ogenblikken geschorst.

 

117. Voorstel tot uitgifte in eeuwigdurende erfpacht van een perceel grond gelegen aan de oostzijde van de Kleveringweg aan Kwaadland Onroerend Goed BV.

(Stuk 89)

 

118. Voorstel tot verkoop van een perceel grond op Delftech Park aan IBB-Kondor BV.

(Stuk 93)

 

119. Voorstel tot verhuur van het pand Verwersdijk 21 aan de Stichting Kinderopvang Delft e.o. "Octopus".

(Stuk 100)

 

120. Voorstel tot wijziging van de bouwverordening.

(Stuk 87)

 

121. Voorstel tot het beschikbaarstellen van een rendabel krediet van f 150.000,-- voor het opstellen van het definitief programma van eisen voor het project "openbaar vervoer verbinding Wateringseweg".

27e wijziging gemeentebegroting 1998.

(Stuk 106)

 

122. Voorstel tot het beschikbaarstellen van een krediet ad f 43.000,-- voor de verbetering van bushalte Tweemolentjeskade.

23e wijziging gemeentebegroting 1998.

(Stuk 94)

 

123. Voorstel tot het beschikbaarstellen van een krediet ad f 720.000,-- voor doorstromingsmaatregelen tramlijn 1.

24e wijziging gemeentenegroting 1998.

(Stuk 98)

 

124. Voorstel inzake het opnemen van het voormalig Waterloopkundig Laboratorium in het register van rijksmonumenten.

(Stuk 103)

 

125. Voorstel tot vaststelling van de Verordening overleg lokaal onderwijsbeleid.

(Stuk 92)

 

126. Voorstel tot het verlenen van eervol ontslag aan de directeur dienst Beheer en Milieu.

(Stuk 108)

 

127. Voorstel tot instemming met het gedeeltelijk royement van de hypotheek op de percelen Van Lodensteynstraat 114, 116, 118, 120 en 122.

(Stuk 101)

 

128. Voorstel tot vaststelling van de 1e algemene tussentijdse begrotingswijziging 1998.

25e wijziging gemeentebegroting 1998.

(Stuk 105)

Deze voorstellen worden achtereenvolgens zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming aangenomen.

 

129. Voorstel tot vaststelling van het bestemmingsplan Wippolder.

(Stuk 70)

Mevrouw HEUVELMAN (GroenLinks): Voorzitter. Wij kunnen instemmen met het bestemmingsplan. Voor de goede orde willen wij in deze vergadering de kern van wat wij besproken hebben in de gecombineerde vergadering van de commissies Duurzaamheid en Leefbaarheid naar voren brengen. Wij beperken ons daarbij tot de gang van zaken en de stand van zaken ten aanzien van het buurthuis.

In maart is de bouw van het buurthuis, inclusief de locatiekeuze, in de commissie Welzijn aan de orde geweest.

Onze fractie behoorde toen tot een kleine minderheid die zich tijdens deze vergadering uitsprak tegen de gekozen locatie en de voorkeur gaf aan de Nassaulaan.

Wij behoorden in diezelfde vergadering tot een meerderheid die meer of minder bezwaar maakte tegen de gedeeltelijke bouw op palen, waarbij mogelijke overlast, een van de argumenten was. Besloten werd het bouwplan door te schuiven naar de commissie Wonen, waar het integraal meegenomen kon worden bij de bespreking van het bestemmingsplan aldaar. In die commissie bestond verwarring over de vraag of er wel of niet iets besloten was rondom het buurthuis en zo ja, wat. Daarna kregen we de toezegging tot het houden van een gecombineerde vergadering Welzijn en Wonen, waarbij zowel het buurthuis als het bestemmingsplan nogmaals aan de orde zouden komen.

Wij bevonden ons toen in een periode van collegeonderhandelingen, politiek gezien een wat grijs gebied. Het oude college is nog niet weg en er is ook nog geen nieuw college. Uitgerekend in die periode liep de, overigens correct verlopen, procedure af en werd het besluit genomen om tot bouw van het buurthuis te komen, conform de eerder besproken voorstellen. Verleden week vond de toegezegde gecombineerde commissievergadering plaats die dus als mosterd na de maaltijd kwam. Noch de gemeenteraad, noch de betrokkenen, noch de bewoners waren zich ervan bewust dat er feitelijk niets meer te beslissen viel.

De fractie van GroenLinks dringt er met klem op aan dat een zeer fout gelopen communicatietraject in de toekomst niet meer kan ontstaan en verzoekt u na te gaan welke stappen daarvoor nodig zijn. En dan het buurthuis zelf. GroenLinks was en is het niet eens met de huidige locatie en heeft zorgen over de paalconstructie, ook wel genoemd "de boog". Gedane zaken nemen echter geen keer en wat ons rest is een dringend verzoek aan u om in samenspraak met bewoners, betrokkenen en gebruikers een maximale inspanning te leveren om eventueel te verwachten problemen alsnog op te lossen. GroenLinks denkt daarbij met name aan de positie van de jongeren in het buurthuis.

Het buurthuis moet een sociaal-cultureel centrum worden, waarin meer functies en activiteiten moeten gaan plaatsvinden, terwijl het tegelijkertijd in feite kleiner is dan het oude buurthuis. Vooral jongerenactiviteiten en -accommodatie zullen daarbij een knelpunt worden, mede gelet op de geschiedenis van de jongeren in deze wijk. Wij vragen u om serieus te bezien of in dit bijzondere geval een apart onderkomen voor de jongeren soelaas kan bieden.

Ook de palenconstructie kan tot problemen leiden. Ook hier de vraag om in goed overleg zo nodig fysieke of andersoortige maatregelen te treffen die dit kunnen voorkomen.

Mevrouw DE JONGH SWEMER (CDA): Voorzitter. Het heeft inderdaad geen zin om de discussie die in de commissievergadering gehouden is over te doen.

Het CDA vraagt aandacht voor het jongerencentrum. Ook wij zijn voorstander van het centrum op een andere locatie dan in het sociaal-cultureel centrum.

Dit centrum heeft namelijk een kleiner oppervlakte en ligt midden in de wijk. Dit lijkt ons geen goede plek voor een jongerencentrum. Daarnaast vragen wij aandacht voor de boog, de onderdoorgang naar het plein. Samen met bewoners, gebruikers en Vestia moet naar een andere inrichting gekeken worden. Wilt u, wanneer de wijzigingsbesluiten aan de orde komen, aandacht schenken aan speelplekken voor kinderen?

Mevrouw STEFFEN-HOOGENDOORN (VVD): Voorzitter. Hoewel we met de vaststelling van het bestemmingsplan Wippolder besluiten tot een aantal belangrijke herontwikkelingsprojecten, is dit punt een belangrijk onderdeel. Twee dagen geleden hebben wij hierover uitgebreid gesproken in de gecombineerde commissievergadering. Er zijn toezeggingen gedaan over een mogelijke extra supermarkt en medewerking bij het zoeken naar vervangende ruimte voor het kinderdagverblijf Plukkebol. En dat is voor ons voldoende.

Over de stallingsgelegenheden ben ik u nog een standpunt van onze fractie verschuldigd. Ook wij verzoeken u de verdere ontwikkeling zoveel mogelijk met de buurt op te zetten voor de invulling van het nieuwe sociaal-culturele centrum en een jongerenvoorziening, die al of niet buiten dit centrum wordt gerealiseerd. Dat laten wij aan de mensen die ermee bezig zijn over. Zij kunnen het beste de plek voor de jongerenvoorziening beoordelen. Wij hebben onze hoop op voorkoming van mogelijke overlast door jongeren gesteld op de in aantocht zijnde jongerenwerker. Opletten, volgen, evalueren en zo nodig melden bij de raad, is het devies. Verder hebt u aangegeven dat met eventueel gebouwde stallingsgelegenheden zorgvuldig zal worden omgegaan en dat het hier gaat om mogelijke vrijstelling waar nu de procedure voor wordt verkort. De wijk zal niet doorzeefd worden met een soort van grote "hondenhokken". Natuurlijk hebben wij er begrip voor dat men zijn kostbare eigendommen veilig wil stallen, maar dit mag niet ten koste gaan van de leefbaarheid van de wijk. Pas op dus met bouwsels die te veel in het zicht liggen en het groen aantasten. De wijk heeft toch al niet zoveel groen.

De VVD-fractie is eigenlijk tegen, maar met de toezegging dat er zorgvuldig zal worden gehandeld en dat er slechts in bijzondere gevallen vrijstelling zal worden verleend, kunnen wij leven. In verband met het gewone parkeren, wordt bekeken hoe de parkeerstromen zich ontwikkelen. Er kan een aanzuigende werking ontstaan van omzetting van het buurthuis in een sociaal-cultureel centrum. Met deze kanttekeningen gaat de VVD-fractie akkoord met het voorstel.

De VOORZITTER: Als dit onderwerp helemaal op jongerenbeleid was gericht, had ik nu het woord kunnen geven aan wethouder Janssen. Dat zou aardig zijn omdat dit een volstrekt onderonsje van vrouwelijke raadsleden was geworden. Echter, het onderwerp betreft het bestemmingsplan en daarom heeft wethouder Grashoff het woord.

Mevrouw STEFFEN-HOOGENDOORN (VVD): Waarom is het bij vrouwen een "onderonsje" en bij mannen een "gesprek"?

De VOORZITTER: U hebt volstrekt gelijk!

Wethouder GRASHOFF: Voorzitter. De meeste opmerkingen gaan over de locatiekeuze van het buurthuis. In dat opzicht volgt het bestemmingsplan een inhoudelijke discussie over een locatie voor een welzijnsvoorziening. Dat aspect kan wellicht straks door wethouder Torenstra of wethouder Janssen belicht worden. Ik onderschrijf de opmerkingen van mevrouw Steffen over de Plukkebol en de stallingen.

Bij de inrichting van de poort in het complex is het van belang om te onderkennen dat het risico voor overlast weliswaar bestaat, maar dat het absoluut niet is gezegd dat deze ook zal optreden. De poort is geen tunneltje, maar een vrij hoge overbouwing. Dat wordt door mensen die er kijk op hebben, als relatief gunstig beschouwd. Naar mijn mening zou je nog niet moeten kijken naar de inrichting of afsluiting of wat dan ook. Dat was misschien verstandig geweest in het bouwstadium, maar dat zou zich nu niet verhouden tot de verleende bouwvergunning. Mocht er sprake zijn van overlast of de dreiging daarvan, dan zou je in de toekomst kunnen bekijken of de inrichting van die boog veranderd zou moeten worden. De volgorde daarbij zou moeten zijn om eerst te kijken naar het jongerenbeleid en pas daarna naar de fysieke inrichting. Daarover wil ik nu geen uitspraak doen. Mocht die situatie optreden, dan moeten wij naar bevind van zaken tot een combinatie van maatregelen komen.

Wethouder JANSSEN: Op dit moment is de jongerenvoorziening nog steeds tijdelijk gevestigd in de portocabine aan Jan den Oudenweg. Met de jongeren is de afspraak gemaakt dat wij binnen twee jaar bekijken wat wij daar definitief gaan doen. Ik denk dat wij dat gewoon moeten doen. Wij kunnen dan een scheiding aanbrengen tussen een tienervoorziening en jongerenvoorzieningen en dan nader bekijken waar wij deze gaan plaatsen.

De heer BONTHUIS (Stadsbelangen): Kiest het college hiermee niet voor integratie van het jongerenwerk in een sociaal-cultureel centrum?

De VOORZITTER: Dat heeft wethouder Janssen volgens mij niet gezegd.

De heer BONTHUIS (Stadsbelangen): Ik vraag ook niet of wethouder Janssen dat heeft gezegd.

Naar aanleiding van wat mevrouw Heuvelman naar voren heeft gebracht over het al of niet integreren van jongeren in een sociaal-cultureel centrum, vraag ik of het college daarover al een opvatting heeft.

Ik heb wethouder Torenstra hierover in de commissievergadering van afgelopen dinsdag een opvatting horen geven.

Wethouder JANSSEN: Het college heeft er op dit moment nog geen opvatting over.

Wethouder TORENSTRA: Voorzitter. Ik heb in de commissie verwezen naar de wat cryptische zin op het besluitvormingsformulier. In het college leeft het inzicht dat het in dit geval misschien verstandig is om het anders op te lossen, en dat is in de commissie ook duidelijk gebleken. De huidige beleidslijn is dat wij een deel van het jongerenwerk integreren in het buurtwerk...

De heer BONTHUIS (Stadsbelangen): Dit begrijp ik niet. Mevrouw Janssen zegt dat het college er nog geen opvatting over heeft en wethouder Torenstra zegt dat de huidige beleidslijn is om te integreren.

Wethouder TORENSTRA: Laat mij nu even uitpraten. Het huidige beleid is dat het college nog zal nagaan wat in dit geval verstandig is. Wij hebben er nog geen andere opvatting over. Dat is conform zoals het in de commissie is besproken. Een aantal mensen hebben dit gekoppeld aan de sociale veiligheid en aspecten zoals de grootte van het centrum. Ik heb in de commissie gezegd dat wij in overleg met Vestia zullen bekijken wat hieraan te doen is.

Mevrouw STEFFEN-HOOGENDOORN (VVD): Ik heb hierbij ook de financiële randvoorwaarden genoemd, waarvan ik aanneem dat u ze ook meeneemt.

Wethouder TORENSTRA: Uiteraard. Ik zal niet herhalen wat ik heb gezegd over de procedure. Het is allemaal wat vreemd gelopen. Niemand is daar gelukkig mee. Het belangrijkste lijkt mij dat wij nagaan of het op een andere manier beter kan, zoals in de raad is gevraagd. Wij moeten daar alert op reageren. Ik denk dat wij van deze situatie moeten leren.

Er is ontzettend veel overleg geweest met de buurt, dus ik denk niet dat het daaraan lag.

Wij zullen dat ook voortzetten over de sociale veiligheid en de inrichting volgens het programma van eisen en wij zullen dat ook bij Vestia vragen.

Wij leren ervan, maar gedane zaken nemen geen keer.

Mevrouw HEUVELMAN (GroenLinks): Na de toelichting van de diverse wethouders zijn wij akkoord. Wij pleiten er niet voor om het bouwplan aan te passen, want wij zijn ons ervan bewust dat het gaat om eventuele overlast. Wij moeten de ontwikkelingen afwachten. De bedoeling was om te zeggen: wees alert en zorg dat je ter plaatse in overleg adequate maatregelen kunt nemen, als dit soort dingen zich voor dreigen te doen.

Mevrouw DE JONGH SWEMER (CDA): Ook wij gaan akkoord met het bestemmingsplan Wippolder, maar ik wil nog even ingaan op de opmerking van de heer Torenstra over het gevoerde overleg. Dat overleg was vooral bedoeld om een draagvlak te creëren. In de ogen van de bewoners was er niet echt sprake van overleg, maar ging het meer om het geven van uitleg over de stand van zaken. Het was eenrichtingsverkeer, en dat willen wij in de toekomst anders zien.

De heer BONTHUIS (Stadsbelangen): Gezien onze verklaring in de commissie dat wij akkoord gaan met het voorstel, waren wij niet van plan om vanavond in de raad het woord te voeren. Ik zie onduidelijkheid en verwarring bij diverse partijen en in het college over de vraag of er integratie moet plaatsvinden van het jongerenbeleid in sociaal-culturele centra. Ik zie ook een verschil tussen de opvattingen van wethouder Torenstra in de avonden voor de verkiezingen en in de commissie. Voor de verkiezingen zei hij duidelijk tegen een aantal jongeren dat hij vond dat zij apart moesten. Ik doel hiermee op het Voorhof. Nu maakt hij wellicht een uitzondering voor de Wippolder. Ik vraag het college om op korte termijn met een voorstel te komen, zodat wij niet achteraf worden geconfronteerd met de bouw van een aantal sociaal-culturele centra, waarbij de jongeren niet worden betrokken, omdat zij op andere plaatsen in diverse wijken hun ontspanning moeten zoeken. Ik hoop dat het college hierover op korte termijn duidelijkheid kan geven. Ik wil hier vanavond graag uitsluitsel over hebben.

De VOORZITTER: Over de vraag of wij hierover op korte termijn willen debatteren, neem ik aan.

De heer BONTHUIS (Stadsbelangen): Ik heb geprobeerd duidelijk te maken dat het voor mij verwarrend is wat wethouder Torenstra wil. Voor de verkiezingen wilde hij dit en van de week wilde hij dat. Wethouder Janssen heeft gezegd dat er nog geen opvatting van het college is.

De VOORZITTER: U zegt dat u duidelijkheid wilt en daarover op niet al te lange termijn wilt debatteren. Ik neem aan dat u bedoelt dat het college vanavond duidelijkheid geeft dat er over niet al te lange termijn over wordt gedebatteerd, want het is vanavond niet aan de orde.

De heer BONTHUIS (Stadsbelangen): Of het aan de orde is of niet...

De VOORZITTER: Nee, er zijn agendapunten. Aan de orde is een bestemmingsplan. Naar aanleiding van dat bestemmingsplan hebt u het college een aantal vragen gesteld die te maken hebben met het sociaal-cultureel beleid en het jongerenbeleid.

Dat zijn legitieme vragen, maar uw vraag kan niet verder reiken dan om dit op korte termijn met u te bespreken, maar niet om dat nu te doen.

De heer BONTHUIS (Stadsbelangen): Nee, maar bij het vaststellen van de bouw van het sociaal-culturele centrum worden er wellicht niet-omkeerbare beslissingen genomen. Ik snap niet waar u zoveel problemen mee heeft.

De VOORZITTER: Ik heb geen probleem, maar u hebt een probleem.

De heer BONTHUIS (Stadsbelangen): Dan hebben wij allebei een probleem.

De VOORZITTER: Ik heb absoluut geen probleem.

De heer BONTHUIS (Stadsbelangen): Dan heb ik een probleem, maar dat is niet zo erg, want dat los ik gewoon op door het college te vragen om mij toe te zeggen dat wij op korte termijn gaan discussiëren over de vraag of het jongerenbeleid moet worden geïntegreerd in sociaal-culturele centra of niet.

De VOORZITTER: Dat was precies wat ik wilde horen.

Wethouder JANSSEN: Wij kunnen na het reces wel een debat voeren over de integratie van een jongerenvoorziening in het nieuw te bouwen buurthuis in de Wippolder.

Wethouder TORENSTRA: Ik dank de fractievoorzitter van Stadsbelangen voor zijn aansporing, omdat het in het verleden toch niet helemaal goed is gelopen. Er is nu een bestemmingsplan, waarbij aan de orde zijn de toelichting, de loop van de procedure en de locatiekeuze. In september komt er een evaluatie over het jongerenwerk en de plek waar nu die portocabine staat. Er loopt een onderzoek naar de vraag hoe de zaak zo heeft kunnen escaleren.

Kortom, wij kunnen vaststellen dat de zaak er niet al te florissant bij stond, waardoor wij nogal wat maatregelen hebben moeten nemen. Omdat er twee onderzoeken lopen, denk ik dat het verstandig is om nog even na te denken over wat wij daaraan moeten doen.

Ik nodig de fractie van Stadsbelangen, en specifiek de heer Bonthuis, uit om vanuit zijn kennis van deze portefeuille uit de vorige periode heel hard mee te denken, zodat wij tot een goed besluit kunnen komen.

De heer BONTHUIS (Stadsbelangen): Ik vind het zeer kinderachtig van dit college om het zo naar voren te brengen. Ik vraag gewoon om een discussie over of het jongerenwerk in Delft geïntegreerd moet worden in het welzijnsbeleid of in een sociaal-cultureel centrum, ja of nee. Ik heb het niet alleen over de Wippolder, maar over de beslissingen die daarover moeten worden genomen. Ik constateer dat hierover verschillende opvattingen zijn binnen het college.

Wethouder TORENSTRA: Nee, u gebruikt een voorbeeld van iets wat niet goed gelopen is, om een discussie te voeren over heel Delft. Beide zaken komen op het moment dat wij er op een goede manier over kunnen praten.

Mevrouw STEFFEN-HOOGENDOORN (VVD): En dan hebt u eerst met de bewoners en de jongeren gesproken, mag ik hopen, want dat was onze vraag.

Wethouder TORENSTRA: Dat is toegezegd.

De heer BONTHUIS (Stadsbelangen): En met u zelf.

De VOORZITTER: Daar hoeft u zich geen zorgen over te maken. Dat merkt u op het moment dat wij een stuk aan u voorleggen.

De heer BONTHUIS (Stadsbelangen): Ik constateer andere opvattingen dan voor de verkiezingen.

De heer BOT (GroenLinks): Als u daarover begint, merk ik op dat u in de vorige periode in alle nota's over het buurtwerk de lijn hebt uitgezet om het jongerenwerk te integreren in het buurthuiswerk. Dat is uitdrukkelijk onderdeel van de nota instrumenten en van de nota's over het jongerenwerk. Op de avond in het Voorhof werd u door een aantal jongeren lastiggevallen over het ontbreken van een specifieke jongerenvoorziening in die wijk. Toen hebt u gezegd dat u het liefst ook aparte jeugdhonken wilde in alle wijken, maar dat u niet wist waar u het geld vandaan moest halen.

De VOORZITTER: Wij sluiten deze historische beschouwing nu af, want zij is überhaupt niet aan de orde.

Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen.

 

130. Voorstel tot instemming met de intentieovereenkomst tussen de gemeente Delft en Ballast-Nedam projectontwikkeling BV

(Stuk 90-S98004097)

Mevrouw STEFFEN-HOOGENDOORN (VVD): Voorzitter. Als de raad vanavond besluit de intentieovereenkomst met Ballast-Nedam goed te keuren, wordt er een belangrijke stap gezet voor de ontwikkeling van het stationsgebied. Wat meer is, naar alle waarschijnlijkheid wordt er ook een grote stap gezet naar de realisatie van een viersporige treintunnel door Delft.

De positieve reacties bij onder meer de Tweede Kamer, de provincie Zuid-Holland en het stadsgewest Haaglanden doen ons het beste verwachten. De Tweede Kamer heeft zich al drie keer bij motie uitgesproken voor een duurzame oplossing voor Delft. Maar ja, wanneer komt zij dan en is zij dan wel die trein?

Delft begint nu alvast zelf met een onderzoek en laat daarmee zien dat het ernst is. Het heeft er zelf wat voor over. Wij moeten wel, want wij hebben de ontwikkeling van het gebied bij het station en de Irenetunnel hard nodig. De VVD-fractie heeft bij de commissiebehandeling al gezegd zeer tevreden te zijn met het voorstel voor een haalbaarheidsonderzoek. Een geruststellend element van het voorstel is dat er geen financiële consequenties zijn, als de gemeente geen gebruik maakt van de resultaten van het onderzoek. Dat is bevestigd in de commissie.

De plannen om te komen tot een bouwplan voor de locatie Stationsplein zijn niet van vandaag of gisteren. Het voorstel is in wezen een voortzetting van ingezet beleid. Reeds geruime tijd wordt met de gedachte gestoeid om op deze locatie te bouwen, waarbij nu worden meegenomen een deel van de beoogde treintunnel en het eventueel herhuisvesten op één locatie van ons ambtelijk apparaat. Allen die zich in de afgelopen periode hebben ingespannen om tot het voorliggende resultaat te komen, verdienen namens onze fractie lof.

Onze fractie wil nog een paar kleine facetten benadrukken. Na aankoop van de huizen raden wij aan om de bewoners van deze woningen toe te staan om deze zo lang mogelijk te bewonen, als zij daar zelf prijs op stellen. Dit geldt ook voor de reeds hurende studenten bij kamerverhuur.

Wij gaan ervan uit dat er bij sloop van de woningen en gebouwen naar wordt gestreefd om waardevolle elementen, zoals glas-in-loodramen en ornamenten, voor hergebruik te sparen. Dit zijn twee elementen van wat er in de commissievergadering is besproken. Voor onze fractie zijn het stappenplan en het communicatieplan, dat een adequate informatievoorziening moet waarborgen, ook belangrijk.

De VVD-fractie gaat dus akkoord met het voorstel en ziet met spanning de resultaten van het onderzoek tegemoet.

Mevrouw LOURENS (PvdA): Voorzitter. Ik zal het kort houden, want het voorstel is al uitgebreid besproken in de commissie duurzaamheid. Wij vinden de intentieovereenkomst met Ballast-Nedam een goed initiatief, dat past in de stadsontwikkeling. Het laat zien dat Delft niet alleen lobbyt voor de spoortunnel, maar ook bereid is zelf actie te ondernemen.

Cruciaal bij het uitvoeren van dit initiatief is de wijze waarop belanghebbenden worden betrokken bij het tot stand komen van het schetsplan en de haalbaarheidsstudie.

Bij belanghebbenden denken wij in eerste instantie aan de bewoners van de Van Leeuwenhoeksingel. Ook met de Nederlandse Spoorwegen en de politici in Den Haag zal op de juiste wijze en op de juiste momenten contact moeten worden gelegd.

Een strategie ten opzichte van het Rijk is noodzakelijk om de aanleg van de spoortunnel daadwerkelijk een stap dichterbij te krijgen met dit initiatief.

Wij zijn dan ook blij met de toezegging in de commissie dat er in september een communicatie- en participatieplan gereed zal zijn, waarin deze zaken aan de orde komen.

Ik sluit af met het uitspreken van de hoop dat er over ruim een jaar een schetsplan ligt, zodat wij een zinvolle discussie kunnen voeren over eventueel te nemen vervolgstappen.

Mevrouw KOOP (CDA): Voorzitter. Ook mijn fractie is blij met het voorstel tot instemming met de intentieovereenkomst. Het is het resultaat van een proces dat enige tijd geleden is ingezet en het is een belangrijke fase in de lobby. Deze intentieovereenkomst moet een wezenlijk, integraal onderdeel uitmaken van de plannen voor de lobby en het communicatietraject. Een onderdeel hiervan zijn de gesprekken met de bewoners van de Van Leeuwenhoeksingel en met betrokkenen uit de hele stad. Dit project raakt namelijk de ontwikkeling van heel Delft.

Wij zijn blij dat met deze intentieovereenkomst vorm is gegeven aan de motie van de vorige raad. Wij vragen aandacht voor behoud van het station en wij spreken onze lof uit voor allen die hieraan hebben gewerkt.

Mevrouw HEUVELMAN (GroenLinks): Voorzitter. Gisteren heeft de fractie van GroenLinks in de Tweede Kamer bij de informateurs aangedrongen op meer openheid over het regeerakkoord en een spoedige afronding daarvan. Hoewel de onderhandelaars zeggen dat zij slechts op hoofdlijnen tot afspraken willen komen, nemen de geruchten toe dat het regeerakkoord behoorlijk gedetailleerd zal zijn.

Naar verwachting zullen er over het hoofdstuk infrastructuur ook harde afspraken worden gemaakt, letterlijk en figuurlijk.

Het is wenselijk om te weten of er wel of niet gerekend kan worden op een Delftse spoortunnel, maar zolang dat niet zo is, geeft de fractie van GroenLinks er de voorkeur aan om gestaag en degelijk, maar ook creatief door te gaan met de lobby die wij al jaren voeren.

Het voorstel voor bebouwing van het terrein van de voormalige politietechnische dienst en omgeving met daaronder een kelder, die te zijner tijd onderdeel kan worden van de te realiseren spoortunnel, past ons inziens uitstekend in deze lobby. Het geeft aan dat Delft vastbesloten is en zelf bereid is het nodige te doen om een en ander te realiseren. Daarbij maakt Delft gebruik van de mogelijkheid om dit te doen in een PPS-constructie. Dat is intelligent en versterkt het beeld naar buiten aanzienlijk.

Wij stemmen dan ook van harte in met de intentieverklaring om de plannen gezamenlijk met Ballast-Nedam te onderzoeken. Wij stellen vast dat deze intentieovereenkomst niet automatisch tot verdergaande verplichtingen leidt. Wij gaan er dan ook van uit dat de uitkomst van dit onderzoek terugkomt in de raad, zodat de "go or no go"-beslissing kan worden genomen. Wij zijn ook blij met het in de commissie aangekondigde communicatieplan. Wij hebben vastgesteld dat een eerste aanzet voor een goede communicatie met de betrokken omwonenden al heeft plaatsgevonden. Wij hebben alle vertrouwen in dat traject.

De heer CASTRO (STIP): Voorzitter. Wegens het grote belang voor de stad Delft willen wij hier ook nog wat over zeggen. Wij zijn zeer enthousiast over dit plan en wij geloven echt dat het zijn uitwerking niet zal missen. Het is heel strategisch. Wij dwingen het Rijk tot het geven van specificaties over de tunnel en tot daarover nadenken. Door de bijzondere constructie van de PPS is er nog meer aandacht voor. Wij geven hiermee aan dat het echt menens is. Voor Delft is het voor de komende vijftig jaar heel belangrijk hoe het schetsplan eruit gaat zien. Wordt het inderdaad zo mooi als de ambities aangeven? Daar wachten wij met smart op. Veel succes met dit leuke, ambitieuze plan.

De heer MEULEMAN (Stadsbelangen): Voorzitter. De fractie Stadsbelangen is in de commissie duurzaamheid al akkoord gegaan met deze intentieverklaring. Wij achten het zeer van belang dat door deze intentieverklaring tot samenwerking met Ballast-Nedam de mogelijkheid is geschapen om te komen tot realisatie van de spoortunnel onder Delft, een wens die in heel Delft leeft. In de commissie hebben wij blijk gegeven van onze waardering voor de wijze waarop het college met bewoners en bedrijven contact heeft gehad en hen informatie heeft verstrekt.

Ik heb er in de commissie op aangedrongen dat het college dit bovengrondse spoor blijft volgen, zodat bewoners en bedrijven op de juiste wijze worden geïnformeerd. Het college heeft dit toegezegd. Wij gaan akkoord met dit voorstel.

Wethouder GRASHOFF: Voorzitter. Het is duidelijk dat de intentieovereenkomst met Ballast-Nedam heel brede en wellicht unanieme steun in de raad zal verkrijgen. Het is belangrijk om deze stap met een zo groot mogelijk draagvlak in de stad te kunnen zetten. Er bestaat geen verschil van opvatting tussen de portefeuillehouder in het vorige college en mij over nut, noodzaak en wenselijkheid van deze ontwikkeling.

Wij slaan met dit project een behoorlijk aantal vliegen in één klap. Wij realiseren een locatie van forse omvang voor kantoren en woningen, nabij een knooppunt van openbaar vervoer.

Wij realiseren verder een intensief ruimtegebruik op een locatie die zodanig in het centrum van de stad ligt dat dit van groot belang moet worden geacht uit het oogpunt van duurzame stedelijke ontwikkeling. Wij proberen dat te doen in een PPS-constructie, die betrekkelijk uniek is bij dit soort projecten. Als Delft Kennisstad, zeker op het gebied van civiele techniek en bouwtechniek, zijn wij hier niet zo bang voor. De gemeente Delft is heel goed in staat om op een zakelijke en constructieve wijze met een projectontwikkelaar samen te werken.

Met die PPS-constructie spelen wij in op een prioriteit in het rijksbeleid. Last but not least stimuleren wij hiermee dat de mobiliteit zich ontwikkelt in de richting van het gebruik van openbaar vervoer. Hiermee gaan wij wellicht een knelpunt in Delft oplossen, doordat wij van twee naar vier sporen gaan. De flessenhals gaat eruit en de geluidsoverlast kan hiermee een keer tot het verleden behoren. Wellicht ontstaan er ook mogelijkheden om met een light-railverbinding een substantiële verbetering van de bereikbaarheid van Rotterdam en Den Haag, met alle tussenliggende woon- en werklocaties, te realiseren.

Dit is allemaal nog toekomstmuziek, want wij spreken nu alleen een intentie af.

Wij ondertekenen een overeenkomst, die een haalbaarheidsonderzoek tot doel heeft. De "go or no go"-beslissing is nog niet aan de orde. In de maatschappelijke discussie is door velen naar voren gebracht dat er in dit stadium nog geen duidelijkheid is over de aard en de kwaliteit van het te realiseren object, zodat wij nog niet tot definitieve besluiten kunnen komen.

Wij spreken af dat wij een haalbaarheidsstudie doen, met het idee dat daar een positief resultaat uitkomt, want je gaat niet in het wilde weg haalbaarheidsstudies doen. Wij zijn positief gestemd over een gunstige uitkomst van dat haalbaarheidsonderzoek. Wij hebben met Ballast-Nedam afgesproken dat wij met hen verder gaan, als die gunstige uitkomst er is, als het plan haalbaar is en als de raad dat schetsplan positief beoordeelt. Dat is in een zin de essentie van de overeenkomst.

Een korte reactie op de opmerkingen die in de raad zijn gemaakt.

Mevrouw Steffen drong erop aan dat bewoners van de panden die wij aankopen, daar zo lang mogelijk kunnen blijven wonen. Dat is een lastige vraag. Ik heb in de commissie uiteengezet hoe dat precies werkt. Volgend jaar besluiten wij of wij met dit plan doorgaan. Tot die tijd willen wij het aankopen van panden beperken tot die panden waarvan de bewoners de wens hebben om te verhuizen. Wij willen aan de ene kant op een correcte manier met de belangen van bewoners omgaan door hen niet met een onverkoopbaar huis te laten zitten. Aan de andere kant is het plan nog zo onzeker dat wij op moeten passen dat wij niet op korte termijn met heel veel bewoners in onderhandeling zijn over de aankoop van die panden. De wens of gedachte om daar zo lang mogelijk te kunnen blijven wonen is dus nog niet aan de orde. Sterker nog, wij geven aan dat wij alleen aankopen bij leeg opleveren. Als de resultaten positief zijn, zal deze aankoopstrategie de komende jaren uiteraard veranderen. Zij beweegt mee met de voortgang van het plan.

Ik denk niet dat wij hier nu uitgebreid op in moeten gaan, maar de raadscommissie duurzaamheid wordt volledig op de hoogte gehouden van de ontwikkelingen. Als er op dit vlak verdergaande stappen nodig of wenselijk zijn, zullen wij het daar nog over hebben.

Mevrouw Steffen sprak over het sparen van waardevolle elementen in de bestaande bouw. Ik zeg u toe dat wij daartoe een poging zullen doen.

Mevrouw Lourens merkte op dat de belanghebbenden bij het verdere proces moeten worden betrokken. Wij doen dit via verschillende sporen. In de loop van het najaar zal regelmatig overleg worden gevoerd met de bewoners van de Van Leeuwenhoeksingel. Het spreekt voor zich dat wij in de strategie richting het rijk ons besluit tot een maximum zullen uitbuiten. Met de dienst vindt overleg plaats hoe in dit stadium al een zekere vorm van presentatie kan worden opgesteld. Deze presentatie zal worden gezonden aan alle betrokkenen waartoe ook de Tweede Kamer, de minister en de desbetreffende ambtenaren behoren. Een communicatie- en participatieplan heeft vooral betrekking op deze stad en het gehele besluitvormende proces. Wij proberen in de commissie Duurzaamheid van 15 september dit plan aan u voor te leggen.

De wens tot behoud van het station delen wij. De eerste tracéstudies wijzen erop dat het waarschijnlijk mogelijk is, het station te behouden. De heer Meuleman gaf aan dat het bovengrondse spoor ten aanzien van de communicatie en participatie belanghebbenden moet worden gevolgd. Ik zal mij aan deze fraaie beeldspraak houden.

Mevrouw STEFFEN-HOOGENDOORN (VVD): Ik wil nog een opmerking maken over het laten "doorbewonen" bij aankoop van panden. Ik duidde daarbij met name op de studenten. Bij aankoop van panden wordt kraakbewaking ingezet. Het zou aardig zijn als de dan nog aanwezig zijnde studenten verzocht wordt deze kraakbewaking op zich te nemen. Anders worden ze eruit gezet en dan komen er nieuwe voor de kraakbewaking en dat lijkt me wat overdreven.

Als u dit zo wilt opvatten en uw aankoopstrategie uitvoert, hebben we in ieder geval voor deze bewoners een lans gebroken. Met betrekking tot het communicatieplan en het overleg met de bewoners, willen wij een lans breken voor degenen die aan de Westvest wonen. Deze mensen krijgen weliswaar niet direct rommel voor de deur, maar hebben wel uitzicht op de uitvoering.

De heer DEN BOEF (PvdA): Ik dank de wethouder voor zijn antwoord. De PvdA-fractie vindt dit een goed en creatief initiatief dat zij van harte ondersteunt. Hiermee kan druk worden uitgeoefend op het nieuwe parlement en het kabinet wat betreft de viersporige tunnel. Wij vinden het voorstel ook belangrijk met het oog op het verkrijgen van extra woonruimte. In dat verband is het ook goed om een lijn naar de provincie te openen. Wij vragen nog aandacht voor de bewoners en de kleine bedrijven die moeten verdwijnen omdat daar goede alternatieven voor moeten worden bedacht.

Wethouder GRASHOFF: Voorzitter. Uiteraard raken wij de bedrijven die gevestigd zijn in de gebouwen van de voormalige politietechnische dienst niet graag kwijt. Een zekere politieke partij die daar onderdak heeft, schijnt ook naar een andere plaats te moeten uitzien. Ik wijs erop dat de eerstvolgende stap in het totale proces al snel gezet wordt.

Het voorontwerp bestemmingsplan spoorzone wordt eerdaags gepubliceerd. Op 1 juli vindt hierover een inspraakavond plaats. De direct belanghebbenden zijn hiervoor uitgenodigd. Het bestemmingsplan legt de bestaande situatie vast alsmede de zone en -- in abstracte zin -- de richting waarin in de toekomst het totale spoorproject wordt gerealiseerd. Deze stap is nodig om ongewenste ontwikkelingen in het gebied te voorkomen en gewenste ontwikkelingen mogelijk te maken. Vanaf dat moment is de discussie over de bestemming en de inrichting van het nieuwe terrein aan de orde, zij het dat u er rekening mee moet houden dat het alleen nog maar vlekken met arceringen zijn.

Tot mevrouw Steffen merk ik op dat het niet op korte termijn in de rede ligt om de panden waarin nu studenten wonen aan te kopen. Wanneer wel aankoop nodig is, is het waarschijnlijk dat de door haar genoemde regeling wordt toegepast.

Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen.

volgende_pagina.gif (194 bytes)
verder naar deel 2

terug naar boven