6. De Treasuryfunctie op concernniveau in o, p, f en i
Organisatie (o)
In het voorafgaande is duidelijk geworden dat TM een hoogwaardige gemeentebrede activiteit is, die een centrale plaats in de gemeentelijke organisatie rechtvaardigt. De uitwerking van dit hoofdstuk sluit aan op de gedachtenwisseling met betrekking tot de concernstaf. Het huidige organigram is als volgt:

N.B.: * Assurantie Risk Management (ARM) is verder geen onderwerp van deze rapportage.
Personeel (p)
Op dit moment zijn de treasury-activiteiten op concernniveau over twee afdelingen (TM en CA) verspreid. TM is daarbij verantwoordelijk voor het overall-treasurybeleid inclusief kaderstelling. Een onderdeel van de concernadministratie (CA) verricht ondersteunende activiteiten voor TM, met name op het gebied van administratie (o.a. de geldleningen-administratie), controle en liquiditeitenprognose.
Ook op dienstniveau houden medewerkers zich met treasurytaken bezig. Dit valt overigens buiten het bestek van deze rapportage.
Huidige bezetting treasuryfunctie op concernniveau (excl. Risk Management)
| TM | CA | Totaal | |
| 1. beleid en onderhandeling 2. beheer en ontwikkeling |
1,4 0,9 |
-- 1,1 |
1,4 2,0 |
| 3. administratie en controle | ---- 2,3 |
1,5 2,6 |
1,5 4,9 |
Uit oogpunt van efficiency, effectiviteit en doelmatigheid ligt het voor de hand de formatie binnen CA die zich met beheer en ontwikkeling van treasury-activiteiten bezighoudt te integreren in de personeelsbezetting van TM. Uit het oogpunt van control en functiescheiding is het gewenst de taken administratie en control bij CA te laten. Gelet op de werksoort moeten deze activiteiten wel in de directe nabijheid van TM blijven plaatsvinden. Een aanvullende reden voor de samenvoeging is dat TM/CA een hoogwaardiger product moet leveren. De huidige inbreng van CA op terrein van beheer en ontwikkeling moet in de toekomst vrij aanzienlijk worden aangepast in de zin van meer pro-aktief, meer analytisch en meer extern (naar diensten);
Doordat de huidige functie beheer en ontwikkeling niet optimaal functioneert worden de medewerkers beleid en onderhandeling teveel belast met de activiteiten die plaats zouden moeten vinden binnen beheer en ontwikkeling. Door verbetering van de functie beheer en ontwikkeling en voorvervanging van de huidige functionaris beleid en onderhandeling kan daadwerkelijk meer aan beleid en daarnaast aan derivaten worden gedaan.
Naar activiteiten onderverdeeld gaan er naar verwachting de volgende wijzigingen in de functies optreden:
| soort aktiviteit | specifiek |
| beleid en onderhandeling
beheer en ontwikkeling
|
derivaten + 0,3 beleidsontwikkeling + 0,1 efficiencywinst -/- 0,1 0,3 efficiencywinst -/- 0,4 managementverslaglegging + 0,2 contacten diensten + 0,1 -/- 0,1 |
Per saldo onstaat dan de gewenste bezetting van de treasuryfunctie aangeduid naar functieprofielen.
Overzicht huidige en gewenste bezetting van de treasuryfunktie
| soort activiteit | niveau | kenmerkende activiteiten/ functie-vereisten | ervaring, instelling/vereisten personeel | huidig fte | wijzigingen | nieuw fte |
| Beleid en onderhandeling | Heao-plus/ academisch |
leiding geven beleid voorbereiden onderhandelen extern rekenen op hoog niveau |
pro-aktief stress-bestendig creatief sociaal geen 0800 tot 1600 mentaliteit |
1,4 | + 0,3 | 1,7 |
| Beheer en ontwikkeling | Heao | onderzoek management-verslaggeving liquiditeitsprognose vervanger front-office adviezen diensten extern |
pro-aktief nauwgezet geen 0800 tot 1600 mentaliteit stress-bestendig |
2,0 | -/- 0,1 | 1,9 |
| Administratie en controle | Meao-plus | controle definitieve vastlegging betalingsverkeer intern |
nauwgezet
Totaal |
1,5
4,9 |
+ 0,2 |
1,5
5,1 |
Voor een klein aantal medewerkers van CA hebben de voorgestelde wijzigingen persoonlijke consequenties. Deze zullen worden uitgewerkt volgens de regels van het Sociaal Statuut.
Opleidingen
Het treasury-instrumentarium wordt uitgebreid met derivaten. Het gebruik van en werken met derivaten vereist specifieke kennis. Bovendien vereisen derivaten een aparte plaats in de verslaglegging en de controle.
Kennis van derivaten is in principe wel aanwezig maar zit geconcentreerd bij één functionaris. Dit maakt de organisatie kwetsbaar. Verbreding van het kennisniveau van derivaten bij TM is daarom gewenst. Daarnaast zullen ook de deelnemers aan het Treasuryberaad zich moeten oriënteren op het gehele treasury-instrumentarium inclusief derivaten. Voorgesteld wordt om hiervoor twee separate cursustrajecten te organiseren. Een cursustraject zal met name de nadruk moeten leggen op de beleidskant en de hoofdlijnen (ten
behoeve van de deelnemers Treasuryberaad); het andere cursustraject zal meer inhoudelijk en op de uitvoering gericht moeten zijn (ten behoeve van de medewerkers TM en de huidige medewerkers CA). In principe kunnen dit kortlopende (2 à 3 dagen) opleidingstrajecten zijn. De kosten van de opleidingen worden geraamd op fl. 20.000,-- en kunnen worden gedekt uit het gemeentelijke budget Vorming en Opleiding.
Financiën (f)
Personeel:
Binnen één jaar valt 0,5 Fte die gebudgetteerd staat voor treasury vrij in verband met pensionering van de huidige funcionaris. Voorgesteld wordt deze vrijval in formatie reeds nu in te vullen.
Bij voorvervanging zal sprake zijn van overlap van maximaal 6 maanden. Werkzaamheden kunnen dan goed worden overgedragen. Bovendien kan de nieuwe functionaris meegroeien in het ontwikkelingstraject bij invoer van derivaten, wijzigende organisatie, dringende
behoefte aan meer contact met diensten en invoer en gebruik van nieuwe systemen. Al deze zaken kunnen vrijwel direkt worden opgepakt. De kosten van voorvervanging worden geraamd op fl. 50.000,-- en kunnen worden gedekt uit het bestaande werkbudget TM evenals de meerkosten van de formatie (± 0,2 fte).
Informatisering (i)
Onder voorwaarde van adequate informatievoorziening voeren de diensten in principe zelfstandig hun betalingsverkeer uit.
Hierbij wordt sinds 1993 gebruik gemaakt van een modern medium, te weten electronisch bankieren (EB). De leverancier van het gemeentelijk EB-systeem is de NV Bank Nederlandse Gemeenten. De aanschaffingen van het systeem zijn indertijd uit bestaande budgetten gedekt. Het huidige door de gemeente zelf ontwikkelde liquiditeitenprognosemodel is aan vervanging toe. Het systeem is te zeer afhankelijk van één persoon en moeilijk aan te passen aan nieuwe ontwikkelingen. Daarbij is het gewenst te kiezen voor een extern gebouwd en onderhouden systeem van liquiditeitenprognoses. Met de aanschaf van het BTS-systeem van eveneens de NV Bank Nederlandse Gemeenten wordt aan de wensen/eisen van de gemeente voldaan. Dit systeem sluit bovendien naadloos aan op het eerdergenoemde EB-systeem. De éénmalige aanschafprijs ad fl. 50.000,-- incl. wordt uit bestaand budget gedekt.Voor de jaarlijkse onderhoudskosten ad ± fl. 10.000,-- moet budget beschikbaar worden gesteld.
Per 1 januari 1997 is gestart met het softwarepakket Cerg leningbeheer voor professioneel beheer van de door de gemeente opgenomen en uitgezette gelden en de door de gemeente verstrekte garanties op geldleningen. In 1998/1999 zullen aan dit pakket door de leverancier een aantal extra modules worden toegevoegd voor de administratie van derivaten, analyse en expertise; uiteraard Europroof. Uitbreiding met een koersinformatiesysteem staat eveneens in 1998 op het programma.
Het Cergsysteem is betaald vanuit vrijvallend automatiseringsbudget. De bekostiging van de aanschaf van de extra modules is niet voorzien. Eén extra module kost al snel ± fl. 10.000,-- à fl. 20.000,--. Ten behoeve van de financiering van de nieuw te ontwikkelen modules zal budget beschikbaar moeten komen. Daarnaast zal in de jaarlijkse onderhoudskosten ad fl. 15.000,-- structureel moeten worden voorzien.
Resumerend kan gesteld worden dat de informatie vanuit de bovengenoemde treasurysystemen een belangrijke input geven aan de bijeenkomsten van het treasuryberaad, managementrapportages en vaststellen van de renteomslag. Bovendien dragen deze systemen bij aan een efficient, doelmatig en transparant treasuryproces binnen de gemeente.
Ten behoeve van de frequent terugkomende automatiseringskosten in verband met nieuwe aanschaf modules etc. wordt voorgesteld om vanaf 1999 in het investeringsprogramma om de vier jaar een bedrag van fl. 50.000,-- te reserveren. De kapitaallasten hiervan bedragen ca. fl. 16.000,--. Daarnaast is er sprake van jaarlijkse onderhoudskosten ad fl.25.000,-- .
De dekking van deze extra kosten vindt plaats in de sfeer van de financiering via een verlaging van de rentelasten (paragraaf 1 van de Verdeeldienst), welke gerealiseerd wordt door de professionalisering van de treasuryfunctie (inclusief nieuw instrumentarium).
Beslispunten hoofdstuk 6:
a. In principe besluiten om de formatie binnen CA die zich met ondersteunende treasury-activiteiten bezighoudt voor 1,1 Fte te integreren in de personeels-
bezetting van TM; de personele consequenties uitwerken volgens het Sociaal Statuut bij de reorganisatie van de Bestuursdienst.
b. Ten behoeve van de frequent terugkomende automatiseringskosten in verband met nieuwe aanschaf modules etc. vanaf 1999 in het investeringsprogramma om de vier jaar een bedrag van fl. 50.000,-- te reserveren.
c. Ophoging budget met de jaarlijkse onderhoudskosten ad fl. 25.000,--. Deze verhoging zal bij de begrotingsvoorbereiding 1999-2002 worden meegenomen.
7. Conclusies en overzicht beslispunten
De voorafgaande hoofdstukken monden uit in voorstellen/beslispunten om de huidige reasury op onderdelen aan te passen c.q. uit te breiden. Door de veranderende rol van de overheid, de stand van de automatisering, de euro en de marktwerking, wordt de gemeente zowel in staat gesteld als gedwongen haar treasury nog verder te professionaliseren in de richting van een kennisorganisatie.
Verbeteren intragemeentelijke samenwerking.
Zoals geconstateerd kan de treasurytaak uitsluitend worden uitgeoefend bij concrete en goede prognoses van de liquiditeitsbehoeften en financieringsbehoeften. Dit is een kwestie van afspraken maken en vastleggen, maar bovenal van een cultuurverandering. Zowel de diensten als het concern hebben hierin een taak.
Beslispunt hoofdstuk 2.1.:
Herbevestiging doelstellingen treasury management; daarvoor is van belang een goede
organisatie met bijbehorende systemen, processen, in te zetten middelen en professionele financieringsplanning.
Beslispunt hoofdstuk 3:
Bevorderen dat de concernsturing (via kaderstelling en control) wordt verstevigd op het vlak van:
* betalingsverkeer
* debiteuren/crediteuren
* geldstromenbeheer onroerend goed
* beleggingen nutssector
Beslispunt hoofdstuk 4:
Onderzoeken of Delft treasuryproducten aan andere instellingen kan bieden.
Vastleggen van de kaders.
Door het grote belang van treasury is het noodzakelijk dat het hoogste orgaan (de Raad) in een Treasury Statuut vastlegt welke normen en limieten aanvaardbaar zijn. Richtlijnen moeten worden opgesteld waaraan de organisatie als geheel zich zal conformeren. Deze kaderstelling wordt uitgewerkt in een Treasuryhandboek.
Beslispunten hoofdstuk 5.1.:
a. Kaders en bevoegdheden treasury vastleggen conform het als bijlage A opgenomen Treasury Statuut.
b. In te stemmen met het instellen van het treasuryberaad.
Beslispunt hoofdstuk 5.2. en 5.3.:
In te stemmen met de voorgestelde normen voor rentemanagement/renterisicos en het gebruik van derivaten en overige instrumenten conform het als bijlage opgenomen Treasury Statuut.
Beslispunt hoofdstuk 5.4.:
In te stemmen met de voorgestelde limietenlijst van geldnemers en geldgevers conform de als bijlage E opgenomen limietenlijst.
Beslispunten hofdstuk 5.5. en 5.6.:
De control en verantwoordingsinformatie alsmede de AO, interne controle en functiescheiding van de treasury te regelen in het op te stellen Treasury handboek.
Integratie CA en TM
Gelet op de noodzakelijke kwaliteitsverbetering en de te verbeteren efficiency is integratie van CA en TM op onderdelen van de treasury gewenst.
Beslispunt hoofdstuk 6:
a. In principe besluiten om de formatie binnen CA die zich met ondersteunende treasury-activiteiten bezighoudt voor 1,1 Fte te integreren in de personeelsbezetting van TM; de personele consequenties uitwerken volgens het Sociaal Statuut bij de reorganisatie van de Bestuursdienst.
Systemen
Meer professie vereist ook investeringen in systemen. Verbetering en uitbreiding van de bestaande systemen binnen het concern zijn noodzakelijk.
Beslispunten hoofdstuk 6:
b. Ten behoeve van de frequent terugkomende automatiseringskosten in verband met nieuwe aanschaf modules etc. vanaf 1999 in het investeringsprogramma om de vier jaar een bedrag van fl. 50.000,-- te reserveren.
c. Ophoging budget met de jaarlijkse onderhoudskosten ad fl. 25.000,--. Deze verhoging zal bij de begrotingsvoorbereiding 1999-2002 worden meegenomen.
| BEGRIP | OMSCHRIJVING |
| activa | bezittingen |
| a-symmetrisch instrument |
de negatieve kant van de renteontwikkeling is afgeschermd; van de positieve kant van de renteontwikkeling wordt geprofiteerd |
| call | geld met onbepaalde looptijd, meestal bestemd om de dagpositie te vereffenen tussen alle deelnemers (banken, grotere bedrijven, gemeenten, pensioenfondsen, etc) |
| call-fixe | geld voor enkele dagen |
| cap | vastleggen van de bovengrens van de rente op een lening met een variabele rente |
| certificate of deposit (CD) | verhandelbaar geldmarktpapier dat wordt uitgegeven door banken |
| chartaal geld | klinkende munt, bankbiljetten |
| chippen | met pasje voor kleinere bedragen betalen |
| collar | vastleggen van boven- en ondergrens van de rente op een lening met een variabele rente |
| commercial paper (CP) | zelfde als CD, alleeen dan uitgegeven door alle andere partijen (waaronder gemeenten) |
| deposito | tijdelijk uitgezette gelden |
| derivaat | afgeleid financieringsinstrument om posities af te schermen of in te dekken |
| eigen vermogen | bij een gemeente is dit het totaal van alle reserves |
| (wet) filo | wet Financiering Lagere Overheid. Voorschriften over de looptijd en de periode van rentevastheid van leningen waar gemeenten aan dienen te voldoen (e.e.a. is mede gebaseerd op de gulden financieringsregel). |
| Financieringsbeleid | richtlijnen voor de wijze waarop een juiste verhouding tussen eigen en vreemd vermogen moet worden verkregen |
| floor | vastleggen van benedengrens van de rente op een lening met een variabele rente |
| Future Rate Agreement (FRA) | toekomstige geldmarktrente wordt vastgelegd. Uitsluitend het verschil tussen afgesproken rente en werkelijke rente wordt afgerekend. Geen hoofdsomrisico. Derivaat. Symmetrisch instrument. |
| giraal geld | geld op bank- of girorekening |
| gulden financieringsregel | regel uit de financieringstheorie die er vanuit gaat dat het goed is het verloop van de vaste activa nagenoeg gelijk te laten zijn aan het verloop van de passiva |
| kasgeld | korte aangetrokken gelden met een looptijd van maximaal 2 jaar |
| kasgeldlimiet | de mate waarin een gemeente van rijkswege met geldmarktinstrumenten mag financieren, maximum aan de korte financiering |
| liquiditeiten | munten, bankbiljetten, girale- en banktegoeden en activa die op zeer korte termijn kunnen worden omgezet in giraal geld |
| onderhandse geldlening | kapitaalmarktpapier dat niet genoteerd staat op een beurs, doch dat volledig op maat wordt afgesproken tussen geldgevers en geldnemers. Vaak komen transacties tot stand met behulp van bemiddelaars. |
| (krediet)limiet | de maximale looptijd en het maximale bedrag dat mag worden uitgeleend aan een debiteur of een groep van debiteuren. |
| Medium Term Note | een samenvoeging van de kenmerken van een obligatie en een onderhandse geldlening. Internationaal zeer gebruikelijk. Gezien de euro een aantrekkelijk alternatief voor onderhandse leningen, mits de omvang voldoende groot is. Samenwerking met andere gemeenten noodzakelijk |
| obligatie | beursgenoteerd kapitaalmarktpapier dat is gestandaardiseerd (één looptijd, meestal geen gelijkmatige aflossingen mogelijk, op één moment uit te geven, kosten hoger dan bij onderhandse geldleningen) |
| passiva | schulden en reserves |
| performance meeting | meten van prestaties ten opzichte van een vergelijkbare eenheid |
| pinnen | via on-line verbinding betalen (zonder kontant geld) |
| rating | klassering van debiteuren naar financiële standing door bekende instituten, zoals Moodys, Standard en Poor en G.I.M. |
| renteomslag | rekenrente teneinde de betaalde rente te verdelen over de bestaande investeringen in vaste activa |
| rekening-courant | lopende rekening bij de bank |
| rekeningstelsel | geheel van rekeningen bij één bank. Afspraken gemaakt over rente- en saldocompensatie |
| renteoptie | één kant van de
renteontwikkeling wordt vastgelegd. Er wordt een premie betaald of ontvangen. Er is geen hoofdsomrisico. Derivaat. Asymmetrisch instrument (Er kan geprofiteerd worden van een positieve ontwikkeling; daartegenover staat een premie) |
| renteswap | maakt ruiling van geldmarktrente
en kapitaalmarktrente mogelijk. Uitsluitend de rentes worden verrekend. Geen
hoofdsomrisico. Derivaat. Symmetrisch instrument |
| statuut | vastlegging door de Raad van de
belangrijkste uitgangspunten voor het treasurybeleid. Onder meer: mate van renterisico, limieten,etc. |
| symmetrisch instrument | gelijke werking naar beide zijden. Het resultaat ligt vast |
| vreemd vermogen | totaal van aangegane schulden.
Dit zijn voornamelijk onderhandse geldleningen en voorzieningen |